Peter en Monique Klok bij de restanten van hun boerderij. Door aardbevingsschade moesten zij uit hun huis. Later is de boerderij verwoest door brandstichting. Foto: Marcel Jurian de Jong
In het aardbevingsgebied in Groningen zijn het niet de bevingen die de meeste schade hebben veroorzaakt. Het is de manier waarop ermee om is gegaan. De mensen die vastlopen in het versterkingstraject van hun huis zijn murw, verdrietig en boos. Deel 2: Monique en Peter Klok.
Monique en Peter Klok en hun twee dochters vluchtten uit hun boerderij in Roodeschool omdat het niet meer veilig was om daar te wonen. Jarenlang wonen ze intussen op een andere plek, in afwachting van herstel van hun boerderij. Tot overmaat van ramp staken kinderen de lege boerderij in brand. ,,We hebben niks meer. Alleen elkaar.”
Hoeveel ellende kan een mens verdragen? Dat vragen Monique en Peter Klok uit Roodeschool zich al jaren af.
Het echtpaar vecht al jarenlang voor hun boerderij, die door de aardbevingen als onveilig werd verklaard. Ze moesten eruit en verhuisden naar een huurboerderij in Schildwolde. ,,En toen kwam 2 september”, zegt Monique zuur. Op die fatale avond vorig jaar staken twee kinderen hun onveilige verlaten boerderij uit 1824 in brand. Zelf waren ze op vakantie in de Ardennen. Na jaren niet weg te zijn geweest. ,,We zagen de beelden van onze brandende boerderij op RTV Noord. Echt verschrikkelijk. Ook dat nog.”
De boerderij was gelukkig verlaten. ,,De foto’s en herinneringen hebben we wel meegenomen, maar het voelt niet eerlijk. Wat hebben wij dan misdaan?”, vraagt Monique zich hardop af. Af en toe praat ze alsof haar tranen op zijn. Soms verbeten: ,,Ja, ik heb heel veel gehuild.”
Het gezin is tussen wal en schip beland. De verzekeraar erkent de brandschade niet. De Nationaal Coördinator Groningen (NCG) beweegt ook niet mee. De stress die het met zich meebrengt, is vooral Monique te veel. ,,Je bent er steeds mee bezig.” Ze slikt, op doktersadvies, antidepressiva. ,,En slaaptabletten. Want ik lig ’s nachts in bed te malen: wat als we ook hier weg moeten? De pillen geven een klein beetje rust.” De diagnose: posttraumatisch stress stoornis (ptts).
Ook Peter gaat eronder gebukt. Gebruikt morfine tegen de pijn en slikt maagbeschermers. ,,We leven al jaren in onzekerheid. Niemand die ons kan helpen.”
Het verhaal van de familie Klok is niet een uit een ‘twaalf-in-een-dozijndossier’. Toch vragen ze niet veel, zeggen ze. Gewoon terug wat ze hadden. Niks meer. ,,Ons huis met schuur voor de paarden terug. Een normale keuken. Die hoeft echt geen 25.000 euro te kosten. Gewoon functioneel en netjes. Net zoals een normale woonkamer. Ja, dat kost geld. En dus gebeurt er niks en zijn we alweer vier jaar verder.”
Peter en Monique Klok waren voor het eerst in jaren op vakantie toen hun boerderij door brand werd verwoest. Foto: Marcel Jurian de Jong
Toen kwam die klap
Peter, Monique en de kinderen woonden sinds 2007 in de boerderij in Roodeschool. Vijf jaar later vindt de grote beving van Huizinge plaats. ,,Ik zat met mijn moeder aan de telefoon en stond op uit de stoel om op de bank te gaan zitten. Toen kwam die klap. Enkele vierkante meters plafond vielen naar beneden. Op de stoel waar ik net zat”, vertelt Monique.
Het echtpaar – ‘sinds 1984 bij elkaar’ - houdt de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) nog steeds verantwoordelijk voor de bevingsschade aan hun boerderij. Vier en een half jaar na Huizinge, het is december 2016, krijgen Peter en Monique te horen van het Centrum Veilig Wonen (dat bestaat niet meer) dat de boerderij onveilig is. Er worden twaalf punten als onveilig aangemerkt, drie daarvan worden direct gestut. Zo kon de muur naar binnen vallen. ,,Je kunt je niet voorstellen wat dat inhoudt”, verzucht Monique. Even twijfelt ze of ze het wil zeggen. En dan: ,,We kunnen zo goed samen. Maar wij hebben ook een periode gehad dat de emoties zo hoog opliepen dat het richting een scheiding ging.” Peter knikt. ,,Maar wij gooien de handdoek niet in de ring.” Zij glimlacht. Nee.
Negen maanden later verlaat het echtpaar de boerderij. De situatie is zo onveilig, binnen 24 uur moeten ze eruit.
Hun minderjarige dochters wonen dan al niet meer bij hun in huis. ,,De kinderen hebben twee jaar bij hun oma gewoond in een flatje in de stad Groningen. Wat moesten we dan? Er waren scheuren in het huis. We voelden dat het niet goed zat.” De dwarsbalken waar de slaapkamer van de kinderen op rustte, zaten nog maar 2 centimeter in de muur. De boel stond op instorten. In 2018 gebeurde dat. Een deel van de schuur stortte in.
,,Als je moet kiezen tussen de veiligheid van de meisjes of ze altijd bij je hebben. Dat is toch niet te doen”, zegt Monique vol vuur. En dan: ,,Ze hebben het goed gehad bij oma. Maar ik vind het heel erg dat wij de meiden niet hebben kunnen geven wat wij ze wilden geven.”
Er is niets meer van de boerderij over. Foto: Marcel Jurian de Jong
Gebukt onder de stress en de uitzichtloosheid
Het gaat niet goed met haar ouders, zegt hun dochter, de 21-jarige Kendra een paar dagen later. Volgens haar gaan ze gebukt onder de stress en de uitzichtloosheid. ,,De onzekerheid over waar ze straks wonen. Of ze hun boerderij ooit nog terug krijgen. Het is verdrietig om te zien. Ik zie dat ze meer kibbelen, er zijn kleine ruzietjes. Af en toe een grote ruzie. Dat wil je niet zien als kind.”
Ze legt de schuld grotendeels bij de NAM. Het bedrijf dat ‘haar jeugd- en tienerjaren naar de kloten hielp’. ,,Ik ben veel sneller volwassen geworden dan ik zou willen. Ik maakte me zorgen. Om mijzelf, mijn zus en mijn ouders. Ik vind het verschrikkelijk dat we ons eigen huis uit moesten vluchten. En door die brand hebben we helemaal niks meer. Mijn jeugd zat in die boerderij. Gewoon weg.”
Sinds de beving bij Huizinge zijn er heel veel mensen die geld hebben verdiend aan hun dossier, zegt Peter. Hij probeert niet zuur te zijn. ,,Wij hebben nog steeds niks”, klinkt het dan vlak. ,,En maar wachten totdat er weer een antwoord komt van een van de instanties. Ik vertrouw bijna niemand meer”, vult Monique aan.
Onlangs hebben ze contact met de burgemeester gehad. Voor het eerst hadden ze het gevoel een beetje serieus genomen te worden. Toch blijft ze gereserveerd, want door schade en schande weten ze: niet te veel ergens op hopen. Monique: ,,Ze hebben ook jaren gezegd dat de boerderij zou worden hersteld. En de kleine schuur. Steeds maar weer beloftes die niet na zijn gekomen.”
De schade aan de boerderij is duizend maal erger dan een beving, zeggen Peter en Monique Klok. Door die bureaucratische molen. Foto: Marcel Jurian de Jong
Een keer werd het zelfs Peter, een ogenschijnlijk zachtaardige man die op rustige en vertrouwde toon spreekt, te veel. Hij schoot uit zijn slof. Voor zijn doen dan, vertelt Monique. ,,Dat was bij een afspraak met de Nationaal Coördinator Groningen. Hij verhief zijn stem.”
Peter: ,,Ik heb niet gescholden hoor. Ik was het wel zat.”
Monique: ,,Toen kreeg hij te horen dat hij moest dimmen. Anders zou er niks meer gedaan worden. Want zo gaan we niet met mensen om, zeiden ze.”
Peter: ,,Ik heb toen maar mijn excuses aangeboden. Wat moet je anders?” Monique heeft de tranen in de ogen als hij dat zegt. ,,Peter moest zijn excuses aanbieden. En wij dan?”
De schade aan de boerderij is duizend maal erger dan een beving, zeggen ze. Door die bureaucratische molen. Ze voelen zich erdoor vermalen. ,,Al die mensen bij de instanties, ze doen vast hun best. Maar ze hebben geen idee wat het met een mens doet als ze je zo laten bungelen.” Monique valt even stil. Peter roert wat in zijn thee en kijkt dan naar zijn vrouw. En dan weer naar z’n mok. ,,Het is gewoon onrechtvaardig.”
Monique en Peter Klok zijn echt ten einde raad. ,,Ik weet ook niet hoe lang we nog in Schildwolde kunnen blijven. We huren dit. Deze week zijn er kijkers. Die komen samen met een makelaar. Waar moeten we dan naar toe?”