Christianne van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof en minister voor LNV Piet Adema kijken bewonderend naar Johan Remkes bij de presentatie van zijn bevindingen naar aanleiding van de stikstofgesprekken tussen het kabinet landbouworganisaties. foto: ANP
Piet Adema bekleedde misschien wel de minst begeerde ministerspost van het afgelopen kabinet. Het bezorgde hem slapeloze nachten en een paar extra kilo’s. ,,Ik ga de boeren en de debatten wel missen.”
Piet Adema steekt de Bezuidenhoutseweg over naar het Haagse Bos om een paar foto’s te laten maken. Het is een steenworp afstand van het landbouwministerie, maar in de kleine twee jaar van zijn ministerschap maakte hij er vrijwel nooit een ommetje. ,,Dat had eigenlijk wel gemoeten want ik ben in die tijd een paar kilo’s aangekomen.”
Onregelmatige werktijden, slecht slapen, niet altijd het gezondste eten en vooral veel zitten waren hier debet aan. ,,Ik heb alles gegeven, maar had het werk nog graag afgemaakt.”
Het is geen geheim dat hij de klus niet zag zitten toen zijn voorganger Henk Staghouwer begin september 2022 zijn ontslag indiende. De stikstofcrisis had die zomer een kookpunt bereikt nadat het beruchte stikstofkaartje van Natuurminister Christianne van der Wal naar buiten kwam.
Het toonde hoeveel stikstof waar gereduceerd moest worden en boeren maakten zich zorgen over hun voortbestaan. Het lukte Staghouwer niet om hen perspectief te bieden. De hulp van bestuurder en politicus Johan Remkes werd ingeschakeld om de plooien glad te strijken en het gesprek over de toekomst op gang te brengen.
Nog voordat hij zijn adviesrapport ‘Wat wel kan’ uitbracht trok Staghouwer de conclusie dat hij zogezegd niet de juiste persoon was om ‘leiding te geven aan de opgaven die er liggen’. De minst populaire baan van Nederland, zoals het landbouwministerschap destijds werd genoemd, kwam vacant. De opgaven waren groot en de middelen beperkt. Verreweg het meeste geld was ondergebracht bij de minister van Natuur en Stikstof.
Waarom was u voor partijleider Gert Jan Segers dé persoon om het ministerie van Landbouw te leiden?
,,Dat moet je hem vragen. Hier heb je zijn nummer.”
De oud-partijleider laat desgevraagd weten dat Adema in feite zijn enige troef was. Segers: ,,Als hij niet wilde had ik een groot probleem gehad.”
Zij kenden elkaar goed en hadden intensief samengewerkt in de tijd dat Adema partijvoorzitter was. Segers wist ook dat hij geen ministerspost ambieerde. ,,Je hoeft me echt niet te bellen”, liet Adema al weten bij de onderhandelingen over de deelname van de ChristenUnie aan Rutte III in 2017.
Maar nu was er een crisissituatie. ,,Ik heb je nu echt nodig Piet”, zei Segers in indringende telefoongesprekken. ,,Ik had een stevig persoon nodig die op een rijdende trein kon stappen. Piet is een man van daadkracht die ik goed kon vertrouwen en die goed tegenwicht kon bieden aan het andere deel van het ministerie (Natuur en Stikstof, red.) waarin de reductie van de veestapel centraal stond.”
Segers spreekt van een vertrouwensbreuk die toen heerste tussen boeren en het kabinet. ,,Piet is een man van de regio die weet wat er leeft bij mensen en in staat zou zijn om dat vertrouwen terug te brengen.”
Veruit de meeste landbouwministers die er na de Tweede Wereldoorlog zijn geweest waren boerenzoon of -dochter. Slechts een kwart had geen enkele relatie met de sector. Hoe zit dit bij u?
,,Ik kom niet uit een boerenfamilie, maar de boerenwereld was nooit ver weg. Mijn opa’s werkten bijvoorbeeld als boerenarbeider of in de melkfabriek. Mijn broer is wel boer geworden. Eerst varkens en later koeien. Door hem raakte ik ook in het boerenwerk als bijbaan voor de weekenden en de vakanties. Toen hij nog varkens had deed hij het vee bij kaasboerderij De Deelen in de Tijnje er naast. Daar begon ik ‘s ochtends met kazen te keren in pekelbaden en later melkte ik de koeien van de broer van de eigenaar, Wybren de Jong. Tot mijn 22e was ik daar bij Wiepie en Roelie.”
De wens om iets voor hen en alle Wiepie’s en Roelie’s te betekenen gaf de doorslag om na ampel beraad – ,,Ik heb echt met een heleboel mensen overlegd. Het is een wonder dat het niet is uitgelekt’’ – de ministerspost te aanvaarden.
De tijd dat u ‘s ochtends om 4.00 uur op brommer vanuit Drachten naar Aldeboarn reed is al lang geleden. Hoe zorgde u ervoor dat u als minister voldoende kennis kreeg van de sector?
,,Ik heb het wel wat gevolgd en kom natuurlijk van het platteland, maar er is veel veranderd. Ik heb bijvoorbeeld contact gezocht met boeren om te horen wat er in de praktijk leeft. Als ik ergens was en een boer kwam ergens mee dan gaf ik mijn telefoonnummer en als ik een appje kreeg dan stuurde ik dat op het ministerie door en vroeg ik of ze er even naar konden kijken.”
,,Als er mailtjes of brieven binnenkwamen met een nummer eronder dan belde ik terug. Dan viel het vaak eerst even stil aan de andere kant van de lijn en kwamen er verontschuldigingen over de toonzetting, maar uiteindelijk leverde het altijd een waardevol gesprek op.”
Om hoeveel telefoontjes ging dit?
,,Tientallen.”
Was dat niet veel werk?
,,Je hebt altijd wel ergens een halfuurtje over. ‘s Avonds bijvoorbeeld.”
Dus door de week niet met uw vrouw op de bank maar met een boer aan de lijn?
,,Ja daar kwam het wel op neer. Ik heb ook een keer een boer in de polder gevraagd of hij de koffie klaar had toen ik na de ministerraad op vrijdag terugreed naar huis. Hij zei: ,,Natuurlijk, ik heb een machine, de koffie staat altijd klaar.” Hij wist niet wat hem overkwam, maar ik vind het vooral belangrijk dat je weet voor wie je het doet en wat de impact is van het beleid dat van de Haagse tekentafel komt.”
De sfeer is opperbest tijdens een debat over landbouw in de Tweede Kamer met ministers Christianne van der Wal en Piet Adema. Foto: Sem van der Wal
Naast het Haagse beleid is er ook veel te doen geweest over de invloed van Brussel. Uw opvolger Femke Wiersma had het er in Boerderij onlangs weer over om met de vuist op tafel te slaan. Heeft u dat daar weleens gedaan?
,,Nee, zo werkt dat niet in Brussel en dat heb ik ondertussen ook van een zeer betrouwbare bron vernomen.”
Wat heeft u wel in Brussel gedaan om bijvoorbeeld het verlies van de uitzondering om meer mest uit te mogen rijden, de derogatie, tegen te gaan of te beperken?
,,Neem nu de Friese boeren. Die zijn bijna allemaal grondgebonden, zitten vaak in een gebied waar de waterkwaliteit wel in orde is dus die zouden wel derogatie kunnen krijgen. Dat heb ik ingebracht bij de Eurocommissaris. Ik hem hem verschillende vragen dwingend gesteld en hem op zijn verantwoordelijkheid aangesproken omdat heel mooie bedrijven nu in de knel komen. Alles heb ik op tafel gelegd, maar je moet halen én brengen in Europa.”
Adema wijst op de maatregelen die genomen worden om de mestcrisis aan te pakken en tot een grondgebonden melkveehouderij te komen in 2032. Dat zijn bedrijven die zoveel mogelijk hun eigen mest op hun eigen bedrijf kwijt kunnen. Voor de aanpak van de mestcrisis wordt in eerste instantie toegewerkt naar een maximum van 2,8 koeien per hectare grasland en wordt besloten om meer fosfaatrechten af te romen.
,,Als die maatregelen zijn doorgevoerd dan kunnen we best weer eens terug naar Brussel met de vraag om hulp bij de afbouw van de derogatie. Dat zou op zijn vroegst volgend jaar zijn. Maar je moet wel echt wat kunnen leveren.”
U had te maken met Sinkevičius, een Eurocommissaris van de Groenen. Die leden flink verlies na de laatste Europese verkiezingen, maakt dat de situatie gunstiger voor uw opvolger?
,,Er zal best wat veranderen in Europa, maar het mestprobleem is niet direct opgelost. Wij hebben de slechtste waterkwaliteit van Europa, dat is een Nederlands probleem. De ruimte voor derogatie is beperkt en je ziet ook dat andere landen het niet meer krijgen.”
,,Aan de andere kant betekent een verrechtsing van Europa ook meer nationalisme en rechtse partijen gaan dan veel meer voor de belangen van hun eigen boeren. Wij zijn een ontzettend belangrijke agrarische speler in Europa dus als onze boeren een toontje lager moeten zingen is dat goed voor boeren in andere landen. Zo denkt men dan.”
Een belangrijke landbouwspeler die twee kabinetten geen ministerie van landbouw had. Onder uw partijgenoot Carola Schouten kwam dat er weer. Wat kenmerkte nou zeven jaar landbouw onder de ChristenUnie?
,,Het was ronduit schandalig dat Rutte I het ministerie van Landbouw opdoekte. Als ik kijk naar het belang van de Nederlandse landbouw in de wereld als het gaat om uitgangsmaterialen als zaad en als je kijk naar de wijze waarop de Nederlandse landbouw in het buitenland wordt gewaardeerd dan is het onbegrijpelijk dat wij het enige land van Europa waren zonder landbouwministerie. Ik heb me er kapot aan geërgerd.”
Als partijvoorzitter was Adema in 2017 betrokken bij de onderhandelingen over deelname van de ChristenUnie aan Rutte III. ,,Zonder de ChristenUnie was er toen geen ministerie van Landbouw gekomen. Dat was echt de verdienste van Carola en Gert Jan. Dat is misschien wel het allerbelangrijkste resultaat van de ChristenUnie in de afgelopen jaren geweest. Dat landbouw en het ministerie van Landbouw weer op de kaart staan.”
Het belangrijkste kenmerk noemt hij het oog houden voor de mensen die het beleid treft. ,,Dat er naast de spreadsheets en modellen ook gezinnen zijn die geraakt worden.”
Toch heeft al dat werk zich electoraal niet uitbetaald bij de laatste Tweede Kamerverkiezing. Voelt dat ook zuur?
,,Ik denk dat wij ons belang niet goed genoeg voor het voetlicht konden brengen omdat er achter de schermen zaken werden tegengehouden die voor ons heel belangrijk waren. We zijn afgerekend op deelname aan dit laatste kabinet dat sterk gekleurd werd door D66.”
Wat is er dan bijvoorbeeld tegengehouden?
,,Dat zou het meest pikante zijn geweest natuurlijk, maar daar kan ik niets over zeggen.”
,,De onderhandelingen in het kabinet waren minstens zo zwaar als die met de agrarische sector. Ik wilde graag perspectief geven aan boeren en verder met de verduurzaming van de sector, maar het was moeilijk om zaken voor de boeren voor elkaar te krijgen. Er zat vanuit het kabinet druk op krimp van de veestapel en ik had een andere benadering. Niet sturen op krimp, maar maatregelen nemen om de problemen op te lossen waar krimp dan een mogelijk gevolg van was. Ik heb altijd geprobeerd om dicht bij de sector te blijven.”
De oppositie vond u weleens té dicht bij de sector staan. Zo gaf Laura Bromet (GroenLinks-PvdA) aan klaar met u te zijn nadat u twee keer een motie niet opvolgde waarin verzocht werd om tegen toelating van glyfosaat te stemmen. Een motie om vrijstelling te verlenen zodat twee middelen in de kersenteelt toch konden worden gebruikt werd wel direct opgevolgd.
,,Dat is een complex verhaal. Ik vind dat boeren moeten verduurzamen, dat staat buiten kijf. De Commissie voor de Toelating van Gewasbeschermingsmiddelen (CTGB) gaf een positief advies. Aan de andere kant merkte ik dat er onrust was in de maatschappij over glyfosaat en Parkinson en ik wilde weten hoe dat zat en heb opdracht gegeven om dat te onderzoeken. Als die relatie er is dan wordt er direct met glyfosaat gestopt. Zodoende heb ik mij van stemming onthouden.”
Adema vindt het jammer dat de Europese doelstelling om het gebruik van bestrijdingsmiddelen met 50 procent terug te dringen van tafel is. ,,Ik vind echt dat er geminderd moet worden. Zo mag gras straks niet meer worden doodgespoten maar moet wordt het omgeploegd als er maïs inkomt. Deze doelstelling konden we halen. De markt gaat wel gewoon door met reductie, bijvoorbeeld bietenverwerker Cosun.”
Het grootste deel van uw ministerschap was demissionair. Wat heeft u voor elkaar weten te krijgen waar u het meest trots op bent?
,,De gesprekken in de agrarische sector zijn in elk geval weer op gang gekomen met de overleggen voor het landbouwakkoord en er is weer een stukje vertrouwen gekomen.”
Dat de onderhandelingen voor dit akkoord een jaar geleden stukliepen lag volgens Adema aan landbouworganisatie LTO die toch niet mee durfde gaan. ,,Wij hebben er echt alles aan gedaan.” Onder ander de graslandnorm die nu ook als oplossing voor de mestcrisis wordt aangedragen, was een breekpunt.
Voor boeren in Noord-Nederland zou dit geen probleem zijn, maar wel voor de intensievere bedrijven die meer in het zuiden en oosten zitten. Het waren dan ook de zuidelijke LTO-bestuurders die uit het overleg stapten liet Adema in december bij Omrop Fryslân weten. ,,LTO moet de belangen behartigen van een grote groep dus dat zal meegespeeld hebben.”
Toch brachten de onderhandelingen voor het akkoord alleen al enig perspectief voor de boeren. ,,Er is wel wat op gang gekomen, kijk bijvoorbeeld naar de Rabobank die leningen beschikbaar stelt voor duurzame boeren.”
Adema wilde nog wel iets doen met alles wat de maandenlange gesprekken over het akkoord opleverden en werkte aan een toekomstvisie. Voordat hij hier goed en wel aan kon beginnen was het kabinet gevallen.
,,Dat was heel zuur. Maar uiteindelijk hebben wij toch nog het een en ander voor elkaar gekregen. Bijvoorbeeld de 230 miljoen voor de jonge boeren. We hebben ook stappen gezet met het verduurzamen van de sector, maar het werk was nog niet klaar.”
Die verduurzaming betreft onder ander het versterken van de biologische sector. Die moet de komende vijfenhalf jaar groeien van 4,5 naar 15 procent. Hiervoor is onlangs een consumentencampagne begonnen. In de hal van het ministerie staat een banner met biologische appels ‘net zo lekker voor de dorst’.
Uw opvolger wilde als gedeputeerde de biologische landbouw minder promoten en stimuleren. Blijft deze banner hier straks nog staan?
,,In de hoorzitting zei ze dat ze doorgaat met de campagne. Er is zoveel moois in gang gezet en ik geloof nooit dat ze van plan is om zaken terug te draaien en dat geldt ook hiervoor.”
Is de boer straks beter af onder het nieuwe ministerie?
,,Er staan mooie dingen in het hoofdlijnenakkoord voor landbouw. Bijvoorbeeld de steun voor langjarig natuurbeheer door boeren.”
Toch lijkt er op het eerste gezicht minder geld naar landbouw te gaan. ,,Wij hadden 13,5 miljard klaarstaan vanuit het landbouwakkoord en nu wordt er 5 miljard uitgetrokken, dus dat is minder. Maar wij zullen het zien of de boeren erop vooruit gaan. Het wordt wel een lastige tijd.”
Het Friese gehalte zal op het ministerie gelijk blijven. Het was al bijna een halve eeuw geleden dat het ministerschap met Jaap Boersma (ARP) door een Fries werd bekleed en voor het eerst dat er ook een Friese opvolger klaar staat. Het tegeltje ‘it is de boer hast likefolle as de ko skyt oft de bolle’ (red. het is de boer om het even of de koe schijt of de stier) laat hij dan ook achter voor Wiersma.
De uitspraak is tekenend voor Adema’s relativeringsvermogen dat hem als het ware soms door ministerschap sleepte. Hij wijst hierbij op jonge dood van zijn vader (46), zus (40) en de broer (41) die hem bij het boerenwerk bracht. ,,We hebben wel aardig wat meegemaakt. Het helpt om zaken in perspectief te zien en oog te houden voor wat het echt om gaat.”
Heeft u al nagedacht over uw nieuwe baan? Tussen de sollicitanten voor de vacante burgemeesterspost van Smallingerland zat geen 50’er van de ChristenUnie, maar wellicht terug naar de provinciale politiek?
,,Nee ik weet niet of ik weer de politiek inga. Ik ben gewoon vol doorgegaan met werk en heb er nog niet over nagedacht wat ik ga doen. Ik ga de debatten en de boeren wel missen.”
Wat gaat u als eerste doen als het werk erop zit? U bent een fervent zeiler net als Tjeerd de Groot (D66) uit Woudsend die onlangs afzwaaide. Zien we jullie wellicht straks samen op de Friese meren?
,,Nou, nee. Ik denk niet dat ik ernaar uitzie om een wereldreis met Tjeerd de Groot te maken. Beslist niet. Hij mag zijn opvattingen hebben en die respecteer ik, maar dat zijn zeker niet de mijne.Maar ik ga natuurlijk wel meer met mijn vrouw op pad. Meer lopen en vooral genieten van het weer samenzijn en dat heeft mijn vrouw ook wel verdiend.”
Paspoort Piet Adema
Naam Pieter (Piet) Adema
Geboren 6 november 1964 in Opeinde
Opleiding mts-energietechniek, organisatiekunde
Loopbaan commercieel manager bij een installatiebedrijf, ondernemer, directeur Breman Groep, regio-directeur VolkerWessels, bestuurder van Schoonmakend Nederland en WoningBouwersNL
Politieke loopbaan lid van Gereformeerd Politiek Verbond (GPV), voorloper van de ChristenUnie. Gedeputeerde in Friesland, waarnemend burgemeester in achtereenvolgens Achtkarspelen, Tynaarlo en Borger-Odoorn, partijvoorzitter ChristenUnie, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Privé getrouwd met Helma, vier kinderen, woont in De Wilgen
Noordelijke Landbouwministers
Het Noorden is een landbouwregio bij uitstek en levert nu voor het eerst drie ministers van Landbouw op rij. Van de 38 ministers en staatssecretarissen die sinds de komst van het eerste landbouwministerie in 1905 dit ambt bekleedden kwamen er elf uit het Noorden. Dat waren vooral Groningers, maar de Friezen maken een inhaalslag nu met Femke Wiersma voor het eerst een Fries een andere Fries opvolgt voor dit ambt. Door de uitzonderlijk lange ambtstermijn van Sicco Mansholt zal het echter nog wel even duren voordat de Groningse jaren op het ministerie worden ingehaald.