In Emmen loopt het bestaande spoor waar de Nedersaksenlijn kan komen tot aan het stootblok. Boudewijn Benting
Vóór 2040 moeten de eerste treinen kunnen rijden op de Nedersaksenlijn, de nieuwe treinverbinding van Veendam via Stadskanaal naar Emmen.
Dat is de volgens staatssecretaris Chris Jansen de ambitie van het kabinet, nu de benodigde 1,9 miljard op tafel ligt om dit Gronings-Drentse spoorplan verder uit te werken. De bewindsman wil al dit najaar een startbeslissing nemen voor een verdere technische en financiële verkenning.
Dat stelde Jansen woensdag in een Tweede Kamerdebat over de toekomstplannen voor het Nederlandse spoornet. Daarin kregen het kabinet en vooral de coalitiepartners harde kritiek over de greep die zij voor de Nedersaksenlijn hebben gedaan in de spaarpot voor de Lelylijn van Groningen naar Amsterdam.
NSC en BBB onder vuur over greep uit Lelylijn-pot
Met name NSC en BBB kregen het zwaar voor de kiezen van de oppositie. Het vorige kabinet had 3,4 miljard opzij gezet om de plannen voor de Lelylijn uit te werken. Daarvan is bij de onderhandelingen tussen de coalitiepartijen over de Voorjaarsnota 3 miljard weggesluisd, niet alleen voor de Nedersaksenlijn maar ook voor de aanpak van de flessenhals in het spoor bij Meppel en de zeesluizen bij Kornwerderzand.
Daarmee is de Lelylijn feitelijk de nek omgedraaid, stelt GL-PvdA-woordvoerder Habtamu de Hoop. Volgens hem lapt de coalitie alle moeizaam tot stand gebrachte afspraken met het Noorden aan zijn laars. „Een staaltje onbehoorlijk bestuur”, oordeelt ook Pieter Grinwis van de ChristenUnie.
„Het vertrouwen is compleet weg”, stelt CDA’er Eline Vedder. Het is de vraag hoe het Lelylijn-geld nog terug op de plank komt, vooral omdat het kabinet daarvoor ook de hoop heeft gevestigd op Brussel. „Maar daar hebben we onze kansen helemaal aan gort geschoten.” Als Nederland zijn eigen spaarpot al plundert, waarom zou Europa dan nog wel in de bres springen?
‘U heeft het godsgruwelijk onmogelijk gemaakt’
Vooral NSC-Kamerlid Olgert van Dijk riep de toorn van GL-PvdA, CDA, ChristenUnie en ook Volt over zich heen toen hij de Kamer opriep om „vol voor de Lelylijn te gaan”. Ongeloofwaardig, vinden de oppositiepartijen. Zat Van Dijks partij immers niet ook aan tafel toen de Lelylijn-pot leeg werd getrokken?
Juist NSC’er Van Dijk kreeg in december nog unanieme steun van de Kamer kreeg voor een motie om dat per se niet te doen. „U heeft de het godsgruwelijk onmogelijk gemaakt”, werpt De Hoop zijn NSC-collega voor de voeten.
Dat verwijt treft evenzeer coalitiegenoot BBB, terwijl die partij juist claimt de Lelylijn dit voorjaar te hebben gered van de prullenbak. Zonder de BBB was ook de laatste 600 miljoen ingepikt bij de nachtelijke onderhandelingen, stelden politiek leiders Caroline van der Plas en Henk Vermeer in een interview met deze krant.
‘Een Broodje Aap-verhaal’
„Een Broodjeaapverhaal”, sneert Grinwis. ,,Het is als de koektrommel plunderen, maar zeggen dat je de boel gered hebt omdat je een enkel mariakaakje hebt achtergelaten. Je moet het maar durven.” BBB’er Cor Pierik voelt zich niet aangesproken. Volgens hem nam zijn partij wel degelijk het voortouw om tenminste nog iets van het potje overeind te houden.
NSC-woordvoerder Van Dijk blijft optimistisch dat realisatie van de Lelylijn alsnog in zicht valt te krijgen, mét geld uit Brussel. Om het project volgens planning in 2050 te kunnen realiseren, moet niet alleen de weggesluisde 3 miljard terug op tafel komen, maar ook nog eens minstens 10 miljard extra.
Ook staatssecretaris Jansen houdt hoop dat het Lelylijn-project op de rails blijft. Hij verwacht eind 2026 een Masterplan te presenteren met een uitgewerkt scenario om de hogesnelheidslijn te realiseren en financieren. Hij erkent dat dat ‘lastiger’ is geworden en ziet ook de ‘wrevel en onbegrip’ daarover bij de bestuurders van de vijf betrokken provincies, maar wil wel snel met hen in overleg over hoe het verder moet en kan.
Snel verkenning voor aanleg Nedersaksenlijn
Ook in de Nedersaksenlijn-regio gaat Jansen in overleg. De verkenning die hij dit najaar wil opstarten, moet in kaart brengen hoe het spoor kan worden gerealiseerd, hoeveel het precies gaat kosten en hoe dat moet worden gefinancierd. Ook moet het antwoord geven de vraag waar het noodzakelijke nieuwe station in Stadskanaal precies moet komen.
Het gemeentebestuur wil dat het liefst bouwen bij de Dideldom-locatie bij de vroegere Philips-fabriek, maar mogelijk moet er eerst een tijdelijk station komen in Stadskanaal-Noord. „Als daardoor eerder gereden kan worden dan pakken we die kans graag op”, stelt Jansen.