Honderdvijftig Drenten kunnen volgend jaar meepraten over wonen of vervoer: proef met Burgerberaad

Het betreft een voor Drenthe nieuw experiment om meer burgers te betrekken bij het provinciale beleid. Woensdag praat het Drents Parlement over de plannen, die een werkgroep onder leiding van Statenlid Fenneke Mensen (PvdA) uit Klazienaveen heeft gemaakt. Belangrijkste vraag is of wonen dan wel verkeer en vervoer het onderwerp wordt voor een Burgerberaad. „Het wordt te veel als we beide onderwerpen agenderen voor het Burgerberaad”, zegt Fenneke Mensen.

Een zienswijze indienen, inspreken bij een vergadering van het Drents Parlement of gewoon een Statenlid bellen of een e-mail sturen. Er zijn al tal van mogelijkheden om als inwoner invloed uit te oefenen op de provinciale besluitvorming. Maar het valt de politici op dat maar een kleine groep hiervan gebruik maakt.

Het zijn dikwijls mensen met goede opleidingen en dito banen, of ze zijn al gepensioneerd en hebben alle tijd om zich met de politiek te bemoeien. Vaak zijn ze lid van een natuurorganisatie of andere belangengroep.

Een Burgerberaad moet veel meer een afspiegeling zijn van de samenleving. „We schrijven in eerste instantie 30.000 willekeurige inwoners aan met de vraag of ze belangstelling hebben mee te doen. Vervolgens loten we daaruit 150 mensen met wie we het Burgerberaad vormen.” Mensen benadrukt dat inwoners zich niet kunnen opgeven voor het Burgerberaad. „De selectie gaat aan de hand van loting.”

De bedoeling is dat deze mensen hun mening geven over waar het provinciale beleid met een van deze onderwerpen naar toe moet. Punt is wel dat de provincie het bepaald niet alleen voor het zeggen heeft als het gaat over woningbouw. Gemeenten, corporaties en projectontwikkelaars hebben hier eigenlijk de hoofdrol. „Klopt”, zegt Mensen, „we zullen de gemeenten hier dan ook zeker bij betrekken. En het Burgerberaad kan zich laten adviseren door deskundigen.”

Als het gaat over openbaar vervoer, bestaat de kans dat deelnemers sociaal wenselijke antwoorden geven. Mensen zeggen bijvoorbeeld dat het heel belangrijk is dat hun dorp goed bereikbaar is met het openbaar vervoer, maar ze stappen vervolgens in de auto omdat dit toch makkelijker en comfortabeler is. „Mensen mogen het ook gerust aangeven als ze vinden dat een bus voor hen niet hoeft”, zegt Mensen.

Omdat het Burgerberaad uit 150 deelnemers bestaat, is het volgens Mensen goed mogelijk om de groep te splitsen, zodat een deel zich met openbaar vervoer bezig kan houden en een ander deel met wegen en andere voorzieningen. „We willen ook graag weten hoe deelnemers aankijken tegen zaken als deelauto’s.

Mensen vervolgt: „Als Statenlid moet ik beslissen over openbaar vervoer, terwijl ik er zelf nooit gebruik van maak. Daarom is het belangrijk dat we mensen vragen die wel met het onderwerp te maken hebben.”

Het Burgerberaad zal wel in beslotenheid de beraadslagingen houden, verzekert Mensen. „We willen daarmee voorkomen dat belangengroepen zich er mee gaan bemoeien. Als het gaat over wonen in het buitengebied, moeten de deelnemers hun zegje kunnen doen zonder dat bijvoorbeeld de landbouworganisaties hen proberen te beïnvloeden. Gelukkig hebben we voor onze plannen uitgebreid advies ingewonnen bij politicoloog Kristof Jacobs. Op basis van ervaringen elders adviseerde hij ons dit zo te gaan organiseren.”

Dit wil niet zeggen dat die organisaties hun mening niet mogen geven, maar daarvoor zijn de gebruikelijke inspraakprocedures van het Drents Parlement.