Albert Ruben gaat er regelmatig op uit om een ritje met zijn auto te maken. Foto: Harry Tielman
Een 100-jarige die nog zelfstandig woont, autorijdt en appt met familie en vrienden. Dat is voor veel mensen bijzonder, maar Albert Ruben uit Assen vindt het de normaalste zaak van de wereld.
Albert Ruben rakelt verhalen op over zijn jeugd, als zijn vrouw Annie (95) via het raam ziet dat de postbode voor de deur staat. Ze staat op, pakt een brief van hem aan en geeft die aan haar man. De inhoud? Een foto van koning Willem-Alexander en koningin Maxima, met daarbij een felicitatie. „Dat is een grote verrassing. Hartstikke fijn”, reageert Ruben.
Geheim
Hij krijgt de vraag vaker. Vorige week nog, bij zijn oogarts. Wat is het geheim om zo fit 100 jaar te worden? „Als ik mijn geheim vertel, is het geen geheim meer”, lacht hij. Toch wil hij een tip van de sluier oplichten.
„Een vaste regel bij ons is om regelmaat in het leven te hebben. Zo worden wij elke dag op dezelfde tijd wakker en gaan we op dezelfde tijd naar bed. We eten warm in de middag, hebben contact met mensen en zijn iedere dag in de tuin bezig.”
Die rituelen werpen zijn vruchten af. Ruben woont met zijn vrouw Annie zelfstandig en is bijzonder goed bij de tijd voor een 100-jarige. Hij appt met zijn familie, leest het nieuws en doet zijn online betalingen via de computer. „Ik zit niet zoveel op mijn telefoon als de jeugd, hoor. Het is een fijn hulpmiddel om contact te houden met familie. Dan krijg je soms leuke foto’s, dat is toch fantastisch?”
Autorijden
Ook rijdt hij regelmatig in zijn auto. Voor hem een normale zaak. „Zo bijzonder is het toch niet dat een 100-jarige nog rijdt?”, vraagt hij zich hardop af. Een paar seconden stilte. „Ja, als je het vergelijkt met leeftijdsgenoten wel. Maar daar sta ik niet bij stil.”
Lange ritten en ‘s avonds rijden doet hij niet meer. Hooguit ritjes naar de supermarkt, zijn oudste zoon in Stadskanaal en het UMCG in Groningen. „Het is veel drukker op de weg geworden en automobilisten rijden agressiever. Ik rijd altijd rustig, zo behoud je de controle.”
Op de Roldermarkt ontmoette Ruben de liefde van zijn leven. Al 70 jaar is hij getrouwd met Annie. Wandelen en fietsen is een gezamenlijke passie. „Daar haalden we heel veel plezier uit. In de buitenlucht zijn, fit blijven en ondertussen veel zien van de wereld.” Hun hobby’s beoefenden ze in onder meer Japan, Amerika, Canada, Indonesië en vrijwel alle landen in Europa.
Ze beklommen bergen, leerden nieuwe culturen kennen en genoten van musea. De meest bijzondere ervaring? „Die was in Amerika, in de staat Alaska. Ieder dorpje stond op de kaart, ook al waren er slechts twee huizen. Bijna iedereen had een tweepersoonsvliegtuigje thuis staan. Ze gebruikten de openbare weg als landingsbaan. Bijzonder, hé?”
Zuivelfabriek
Ruben zag in 1924 het levenslicht aan de Norgervaart, tussen Smilde en Norg. Na drie jaar verhuisde hij naar Appelscha, om later in Rolde te belanden. Zijn ouders hadden een boerderij. Zo herinnert hij zich dat hij op zijn zevende al koeien moest melken. Mooi werk, vond Ruben. „Maar na schooltijd konden we niet met andere kinderen spelen.”
Na de Tweede Wereldoorlog („daar praat ik liever niet over, die tijd heb ik uit mijn hoofd gezet”) gaat hij werken in een zuivelfabriek in Rolde. Daar volgt hij diverse cursussen, waarna hij assistent-directeur wordt in de zuivelfabriek in Gieterveen. Later is hij dat ook in Rolde en Slochteren.
In 1964 treedt hij in dienst bij Acmesa, een zuivelfabriek in Assen, als bedrijfseconomisch-assistent. Hij neemt afscheid van Rolde en verhuist naar Assen. Op zijn zestigste gaat hij met pensioen en heeft hij tijd om te reizen.
De reisjes zitten er sinds de coronacrisis niet meer in, want lange afstanden lopen en fietsen gaat niet meer. Maar zich vervelen doet hij nooit. „Ik ben elke dag bezig in de tuin, krijg veel bezoek en volg het nieuws. Dat hoop ik nog vele jaren te doen.”