De uitvoering van de 'Johannes-Passion' in podium Zandberg58 in Breda, met Klaas Hoek op harmonium. Foto: Perry Roovers
Klaas Hoek promoveerde in 2019 in Franeker op zijn zeer afwijkende visie op de Johannes-Passion. Donderdagavond werd de editie die de Groningse Fries maakte van Bachs passie uitgevoerd in Breda. Een openbaring.
,,Bij Ruht wohl zag ik een prachtige kwal voor me die zich golvend voortbewoog in zee”, stamelt uw verslaggever donderdag aan het eind van de middag tegen twee koorleden. ,,En bij de koralen kreeg ik associaties met een bloem van klank die zich in slow motion openvouwt, zijn kleurenpracht openbaart, en zich daarna langzaam sluit.”
Hoe vind je woorden voor muziek die je nog nooit zó gehoord hebt? ,,Dat is jouw werk”, zeggen de koorleden glimlachend. ,,Doe je best.” Het is radicaal anders dan alle andere uitvoeringen van de Johannes-Passion, maar toch volkomen natuurlijk en vanzelfsprekend. ,,Alsof het een levend organisme is”, probeert uw verslaggever nog.
,,Het is een openbaring om zo te zingen”, vertelt alt Maria Kuijpers. ,,En heel moeilijk. Je moet veel dingen afleren die je gewend bent.” We zijn in podium Zandberg58, een grote, sfeervolle kerk in Breda, waar de leden van projectkoor Personare net de generale repetitie achter de rug hebben. Over enkele uren is de eerste en enige uitvoering.
‘Niet marketinggericht’
Even verderop bespreekt Klaas Hoek (74) nog wat zaken met dirigent Ad van Unen. Toeval en corona zorgden ervoor dat zijn editie nu in Breda wordt uitgevoerd, voor het eerst na zijn promotie. ,,Ik ben niet erg marketinggericht”, zegt Hoek, die zelf het harmonium bespeelt. ,,Ik hou ervan dat dingen lopen zoals ze lopen.”
Van Unen, dirigent en artistiek leider van Personare, was in coronatijd op zoek naar een Johannes-Passion in een kleinere bezetting. Hij stuitte op een krantenartikel over de editie waarmee Hoek in 2019, in Franeker, promoveerde tot Doctor in de Kunsten aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Hij was meteen gefascineerd door Hoeks afwijkende opvattingen over muziek maken.
,,We hebben 11, 12 keer gerepeteerd”, vertelt Van Unen. ,,Het kost tijd om je deze manier van zingen eigen te maken en om het koor echt te laten stromen. We zijn veel te netjes opgevoed. Het was net bij de generale ook nog wat braafjes, vond ik. Eigenlijk moet het koor mij meenemen in plaats van ik hen. Als een paard dat in toom gehouden moet worden.”
Vrouwenstem voor Christus
De Johannes-Passion van Hoek is er een zonder aria’s, met een strijkkwartet in plaats van een orkest, en geen orgel maar een harmonium. Een vrouwenstem vertolkt Christus. ,,In de huidige concertpraktijk trekken de aria’s heel veel aandacht naar zich toe”, legt Hoek uit. ,,Ze werken niet meer als momenten van reflectie.”
Hoek, die in Boer woont en afkomstig is uit Bellingwolde, zet zich nadrukkelijk af tegen de huidige concertpraktijk, waarin de muziek van Bach sterk pulsgericht uitgevoerd wordt, strak in de maat, en waarbij vooral gedacht wordt vanuit de structuur. Bij Hoek gaat het juist om klank en klankontplooiing, waardoor veel meer ruimte ontstaat voor details die anders worden vermalen door de structuurdwang.
,,Hoe sta je ten opzichte van je materiaal? Die vraag is essentieel”, zegt Hoek. Vandaar ook de keuze voor het harmonium en een vrouwenstem voor Christus. Hij heeft een achtergrond in de nieuwe muziek en is in zijn opvattingen beïnvloed door componisten als Xenakis, Cage en Feldman, maar ook door negentiende-eeuwse visies op muziekmaken.
Gasproblematiek Groningen
Het is een basishouding die bij Hoek verder gaat dan muziek alleen. ,,Of je het nu over klanken hebt of over je leefomgeving, de denkmechanismen zijn hetzelfde”, zegt hij. ,,Hoe kijk je naar je materiaal en hoe kom je tot een zinvol geheel? Kijk naar de gasproblematiek in Groningen of andere grote maatschappelijke kwesties: denk je vanuit het grotere verband of vanuit de mensen?”
Voor de muziek heeft het grote consequenties, zegt Hoek. ,,Materiaal, klank, kan verzelfstandigen, tegen de vorm in”, zegt de musicus. En dan krijg je in de Johannes bijvoorbeeld extreme vertragingen en koralen die bijna stilstaan, maar waar de klank altijd blijft stromen. ,,Als je bepaalde klanken naar voren wilt laten komen, heb je tijd nodig. Rustmomenten. Als je in de puls zit ben je aan handen en voeten gebonden.”
Hyper-expressief
Het resultaat dat het uitstekende amateurkoor Personare donderdag in Breda laat horen, zowel tijdens de repetitie als bij het concert, is een openbaring. Een meanderende stroom van klank, soms wat foezelig en diffuus, dan weer stralend als de zon. En overal hyper-expressief en emotioneel zonder ook maar een moment melodramatisch te worden.
Wat meehelpt is dat het strijkkwartet rond viooltalent Emmy Storms en de prima solisten zoveel mogelijk proberen mee te gaan in Hoeks visie. Joost van Velzen is een prachtige, lyrische tenor die als evangelist niet alleen het verhaal in woorden vertelt, maar vooral in klank. ,,De tekst nestelt zich in de melodie”, zoals Hoek het formuleert.
Voor de Groningse Fries Klaas Hoek gaat het in de muziek om klankontplooiing. Foto: Perry Roovers
Sopraan Wendy Roobol zong zondag in Joure nog sopraanaria’s in de Matthäus-Passion, nu vertolkt ze de Christus-partij. ,,Dit voegt echt iets heel nieuws toe”, vertelt ze. ,,Ik probeer het te doen zoals Klaas het wil en ik heb ook delen uit zijn proefschrift gelezen. Het is voor mij een uitdaging: ik word gedwongen om in te gaan tegen mijn eigen gewoontes.”
‘Een bevrijding’
,,Ik heb heel wat keren de Johannes gedirigeerd, maar ik voel me nu voor het eerst vrij om muziek te maken”, zegt dirigent Van Unen, terwijl hij een broodje eet, voorafgaand aan de uitvoering. ,,Klaas schrijft alles nauwgezet voor in de partituur, maar zijn aanpak voelt van binnen als een bevrijding, een openbaring.”
En nu maar hopen dat er meer koren komen zoals Personare, die het aandurven om tegen de stroom in te roeien. ,,Ik hoop dat wij het nog een keer kunnen doen”, zegt Van Unen. ,,Ik hoop echt dat dit zich gaat verspreiden”, zegt ook sopraan Roobol.
Er moeten toch ook koren in het Noorden zijn die dit aandurven? ,,Ik heb geen netwerk”, zegt Hoek. ,,Ik doe wel een oproep in de krant”, zegt uw verslaggever tegen hem. ,,Want dit is zo wonderbaarlijk en tegelijkertijd zo volkomen natuurlijk. Dit móet vaker gehoord worden.” Bij deze.