Marga Kool na het voorlezen van haar Vasalis-essay in boekhandel Daan Nijman in Roden. Foto Jan Willem van Vliet
In Roden wordt de nagedachtenis van M. Vasalis levend gehouden. Dit keer met een verzoek aan Marga Kool een essay te schrijven geïnspireerd door de dichter die deze week 114 jaar geleden werd geboren.
Is het overdreven om Marga Kool de grote dame van de Drentse letteren te noemen? Nee, dat is het niet. Lees maar eens wat ze geschreven heeft. Hoor het publiek vergenoegd zuchten als ze heeft voorgelezen.
Deze avond gebeurt het meerdere malen in boekhandel Daan Nijman in Roden. De eerste keer is na de laatste strofe van een door haar vertaald gedicht: ‘En alle weken wordt e vanneis geboren/ En wried lös-eropt van ’t veilig water-leven,/ en alle weken is hum hetzölfde lot beschören:/ hij is vanneis een bange idioot ebleven.’
Geweldig, oordeelt het publiek.
Een beetje lezer herkent achter de Drentse taal van Kool de Nederlandstalige regels van M. Vasalis, bij de burgerlijke stand bekend als Margaretha Droogleever Fortuyn Leenmans. Dat is niet de eerste de beste, inderdaad.
Een essay op uitnodiging
Marga Kool – dichter, schrijver, oud-gedeputeerde, voormalig dijkgraaf – weet dat. Ze vertaalde Vasalis jaren geleden naar het Nedersaksisch. En mag nu, in het dorp waar de dichter van 1964 tot haar sterfjaar 1998 woonde, die vertalingen voorlezen. Op verzoek van de plaatselijke Vasalis-werkgroep. Als onderdeel van een essay dat ze op uitnodiging schreef.
Minimaal zestig anderen weten het ook. Afgaand op de bezoekers in de boekhandel zijn het merendeels vrouwen die uit vaste dienst zijn en in een kalm tempo grijzer beginnen te worden. Aan eind van de avond laat de organiserende werkgroep hen weten graag meer jongeren te bereiken. Of ze dat even willen doorgeven aan hun kinderen en kleinkinderen. Vertel dan ook dat aan fiets- en wandelroutes wordt gedacht en er contacten zijn met het onderwijs. ,,Want we willen Vasalis hoog houden.”
Een gebouw, een poëzietuin en kunstwerken
Er is al veel werk verzet. Een stuk verderop in Roden is bijvoorbeeld een gebouw naar haar vernoemd, er zit een woonzorgcentrum in. In een ‘poëzietuin’ bij Havezathe Mensinghe herinnert een gedenkteken van kunstenaar Eric de Lyon aan het werk van de dichter. En eind vorig jaar werd op het Heereborghplein een kunstwerk van onthuld van Nicolaas Dings geïnspireerd op Vasalis’ gedicht Daphne.
Het is niet voor het eerst dat iemand is gevraagd een Vasalis-essay te schrijven. Drie jaar geleden mocht dichter Nicolette Leenstra het doen, samen met dichter Ton Peters. Ook Kool heeft gezelschap: kunsthistoricus Geert Pruiksma laat in hetzelfde essay zijn licht schijnen op de door Vasalis bewonderde kunstenaar Hercules Seghers (1589 – 1638). Bedoeling is dat de komende jaren nog acht essays verschijnen. Steeds mag een duo over de ervaring met Vasalis vertellen.
Hoe haar keel werd dichtgeschroefd
Toen Marga Kool (Beekbergen, 1949) voor het eerst de poëzie van M. Vasalis las, had ze er weinig mee. Het ging langs haar heen. Alleen die saaie naam al, die deed denken aan planten uit de les biologie.
Dat veranderde toen ze als 16-jarige hopeloos verliefd werd en Vasalis’ gedicht Wachten in de ochtend in handen kreeg. Al lezend merkte ze hoe haar keel werd dichtgeschroefd en achter haar ogen tranen begonnen te branden. Ze herkende haar eenzaamheid in het gedicht, voelde zich een worden met de dichter.
Wat zou er nu door hopeloos verliefde meisjes van 16 heengaan als ze Vasalis lezen? Op de eerste plaats verwarring, vermoedelijk. Nog meer dan het leven zo vaak verpest.
Het mooie van Vasalis is dat ze met je meegroeit. Haar gedichten zijn als vrienden voor het leven, betoogt Kool. Ze doet dat vanachter een lessenaartje in een nis waar op normale boekhandeldagen de afdeling ‘Eten & drinken’ zich bevindt. Een stukje verderop, in de nis ‘Leuke dingen’ staat een tafel poëzie-uitgaven, van Lieke Marsman tot Hester Knibbe. Voor elk wat wils.
Niet op de grond blijven, maar klimmen
Margaretha Droogleever Fortuyn Leenmans mag dan overleden zijn, Vasalis spreekt nog steeds tot lezers. Wie haar wil verstaan, moet daar echter wel moeite voor doen. Niet op de grond blijven, maar omhoog, klimmen. Stapje voor stapje. Langs de touwladder van haar woorden.
Bij wijze van uitnodiging leest Kool ook haar vertaling voor van Is het vandaag of gistren, wederom in het Drents. In het gedicht verzorgt een dochter een moeder op leeftijd: ‘Ik treust heur, dierbaore sneiwitte astronaute/ zo wied al van de eerde vut-edreven,/ zo moedig uut-estapt en in de ruumte zwevend’. En even later de slotregels: ‘Har ik oe mar as kiend ekend,/ die nou mien kiend en mamme bent’.
Als ze is uitgesproken, klinkt er opnieuw een verzuchting. Dit keer nog hartgrondiger: geweldig.
.
Het Vasalis-essay Langs de touwladder. Op bezoek bij Vasalis van Marga Kool (met een bijdrage van Geert Pruiksma) is een uitgave van de Vasalis-werkgroep Roden. Zie www.vasalis.nl