Voorzitter Pieter Litjens van waterbedrijf Vewin durft niet te beloven dat een lekker en kwalitatief goed glas water uit de kraan een vanzelfsprekendheid blijft.
De Vereniging van Waterbedrijven in Nederland (Vewin) maakt zich zorgen over de beschikbaarheid van drinkwater
„Om die voor de toekomst te behouden zijn er echt maatregelen nodig. Drinkwater is een voorwaarde voor bestaanszekerheid en moet vanzelfsprekend blijven”, zegt Vewin-voorzitter Pieter Litjens.
Het hoofdlijnenakkoord wil de watervoorraad zeker stellen en dit moet snel worden uitgewerkt in het regeerakkoord volgens Litjens. Het steekt hem dat in het hoofdlijnenakkoord tussen PVV, VVD, NSC en BBB niets gezegd wordt over het verbeteren van de kwaliteit van onze bronnen voor drinkwater. „Dat vind ik best problematisch, want het is een van onze eerste levensbehoeftes en die moet gewoon op orde zijn. Maar we zien dat de drinkwaterbedrijven met de verontreiniging van onder andere PFAS en medicijnresten steeds meer moeite moeten doen dat voor elkaar te krijgen.”
Komt er straks nog water uit de kraan?
„Het liefst zou ik daar volmondig ja op zeggen, maar zonder voorbehoud durf ik dat niet te doen. Ik wil niet zeggen dat ik er slapeloze nachten van heb, maar maak me wel oprecht grote zorgen over de beschikbaarheid van kwalitatief goed drinkwater. Er is echt nú actie nodig, anders hebben we in de nabije toekomst op een groot aantal locaties in ons land een probleem. Drinkwater moet een bestaanszekerheid blijven.”
Waar maakt u zich de meeste zorgen over?
„Over het tempo van de vergunningverlening om extra drinkwaterbronnen te realiseren. Dat loopt nog steeds achter, ondanks de goede gesprekken met provincies. Maar we moeten de resultaten daarvan wel snel gaan terugzien in het afgeven van vergunningen voor nieuwe drinkwaterbronnen. De overheid heeft de ambitie om bijna een miljoen nieuwe woningen te bouwen. Prachtig, maar voor drinkwaterbedrijven die daarbij betrokken zijn is het heel lastig om een handtekening te zetten dat ze kunnen leveren als voor hen niet aan alle voorwaarden voldaan wordt.”
Straks dus woonwijken zonder water, net als met stroom?
„Als provincies niet sneller vergunningen kunnen verlenen en zij niet geholpen worden door de minister om ons de kans te bieden tijdig nieuwe waterwinningslocaties te realiseren, is dat het gevolg. Dan kunnen wij niet aan onze leveringsplicht voldoen. Met elektriciteit gaat het nog om piekmomenten dat het stroomnet overbelast raakt; dat kun je nog slim aanpakken. Met drinkwater is dat minder het geval en gaat het echt om de hoeveelheden die er nodig zijn om iedereen van drinkwater te kunnen voorzien.”
Verbaast het u dat water vrijwel niet benoemd wordt in het hoofdlijnenakkoord?
„Er wordt wel wat gezegd over het zeker stellen van onze watervoorraden, maar ik ben teleurgesteld dat er niets gezegd wordt over de bescherming van de kwaliteit van de drinkwaterbronnen. En dat vind ik best wel problematisch, want we zien dat het drinkwaterbedrijven steeds meer moeite kost om het drinkwater te zuiveren. De verontreiniging neemt niet af, dus ze moeten enorme inspanningen doen om het te reinigen van PFAS of andere industriële stoffen, medicijnresten, bestrijdingsmiddelen en nitraat uit mest. Het zou veel verstandiger zijn om de dingen die je er niet in wilt hebben er gewoon niet in te stoppen. Klinkt kinderlijk eenvoudig, maar het probleem bij de bron aanpakken is wel zo slim.”
„Wordt erg lastig, want dat is al over 2,5 jaar. Maar wil je de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater op orde krijgen, dan moet je wel heel snel zijn. Met alles wat we nu doen gaat dat in ieder geval niet lukken. We vragen het nieuwe kabinet drinkwaterbedrijven beter te ondersteunen zodat ze de continuïteit van de Nederlandse drinkwatervoorziening voor de lange termijn kunnen borgen. Zowel op het gebied van kwaliteit van de bronnen als de beschikbaarheid. Die belofte kunnen wij doen, mits de beschikbaarheid van nieuwe bronnen gegarandeerd wordt door tijdig vergunningen af te geven.”
Wordt het probleem van kwaliteit en kwantiteit onderschat?
„Denk ik wel. Het is de wet van de remmende voorsprong. Ook op de weg zie je dat gebeuren. Het lijkt vanzelfsprekend wat wanneer je de grens van België naar ons land overrijdt je gebit ineens niet meer klappert omdat het bij ons mooi geasfalteerd is. Maar dat is schijn, want er moeten miljarden in de infrastructuur gestoken worden om alles veilig te houden. Ook voor de toekomst van de drinkwatervoorziening moeten grote investeringen gedaan kunnen worden. ”
Gaat water ooit op de bon?
„Ik mag hopen van niet. Ik zou het een aanfluiting vinden als dat gebeurt. Duidelijk is wel dat we bewuster met drinkwater moeten omgaan, want we gebruiken nu 128 liter per persoon per dag en we moeten terug naar 100 liter in 2035.”
Dus iedereen een waterton in de tuin?
„Dat zou een goed begin zijn. Als je regenwater in een ton opvangt en daar je tuin mee besproeit, zou dat al een enorme besparing betekenen. Ook nieuwe woonwijken met zogenoemd grijs water bedienen zou een optie zijn. Dan gebruik je twee gescheiden waterleidingen: één om te drinken en douchen en één voor het toilet doorspoelen. Het is wel essentieel dat de volksgezondheid daarbij geborgd wordt. In België doen ze dat al, al kleven er ook wel een paar nadelen aan. Het is het onderzoeken waard.”