Feestend Assen krijgt een TT om in te lijsten

De zwartwit geblokte vlag zat alweer in zijn hoes en de uittocht vanaf het TT Circuit was al lang en breed begonnen toen er uit de pitbox van Ducati nog zware basklanken over de Drentse hei dreunden. De anders zo rustige oude baas van de Italiaanse renstal, Gigi Dall’Igna, liep met een reusachtige Prosecco-fles rond te spuiten die zijn ster Marc Marquez even daarvoor had meegenomen van het podium. De Spaanse coureur zelf ging te midden van alle techneuten en andere teamleden van Ducati ook heerlijk uit zijn dak.

Het was eind goed al goed voor de achtvoudig wereldkampioen, die het TT-weekend begon met twee pijnlijke crashes. Ze maakten het chagrijn flink in hem los. Er deugde op dat moment in zijn ogen werkelijk niets meer van de beroemde Drentse kathedraal van de snelheid, die door velen zo vaak wordt geroemd. Volgens Marquez waren de stenen in de grindbakken ineens te groot. En nee, het was ook nooit zijn favoriete circuit geweest ondanks vijf eerdere zeges op het Asser asfalt.

Zondagmiddag, toen Marquez na het winnen van de sprintrace op zaterdag ook de hoogmis in de koningsklasse op zijn naam schreef, was er niets meer te bespeuren van kritiek bij de 32-jarige Ducati-coureur. Met en tas vol punten keerde hij huiswaarts naar Catalonië. Een megastap op weg naar een volgende wereldtitel, gezet in, jawel, het door hem vooraf zo verafschuwde Assen waar hij naar eigen zeggen alleen maar de schade wilde beperken.

,,Ik zou het nog steeds geen perfect weekend willen noemen, want de vrijdag was echt waardeloos’’, mopperde Marquez nog wat na. ,,Maar uiteindelijk kunnen we het maximum aan punten aan ons totaal toevoegen, dus ja, dan kan je echt wel spreken van een superweekend. Ik ben heel erg blij, vooral ook omdat we twee keer hebben gewonnen zonder dat ik het gevoel had dat we het snelst waren dit weekend. Zo voel ik het. Ik heb de race gewoon goed gemanaged. Daar ben ik heel tevreden over.’’

Toch kon Marquez niet volmaakt gelukkig zijn. Daarvoor was het leed dat zijn broertje en grootste concurrent in het wereldkampioenschap, Alex Marquez, overkwam in Assen iets te groot. De jongste Marquez crashte hard tijdens de hoofdrace en hield aan die valpartij een gebroken vinger over. Het is maar de vraag of hij de volgende race op de Sachsenring haalt, die over twee weken op de rol staat.

,,Ik hoorde het net van mijn vader’’, treurde Marc Marquez. ,,Alex moet waarschijnlijk een operatie ondergaan en dat gun ik hem echt niet. Hij is mijn belangrijkste uitdager op het circuit als je naar de WK-stand kijkt, maar hij is boven alles mijn broertje. Ik voel met hem mee. Ik zal hem helpen waar ik kan om hem op hetzelfde niveau terug te keren als waar hij was.’’

Voorafgaand aan de races waren alle ogen gericht op Fabio Quartararo, die van pole position mocht vertrekken in Assen. Het bracht de Fransman uiteindelijk niets. In de sprintrace op zaterdag ging Quartararo op een halfgare voorband onderuit en op zondag moest hij zijn koppositie razendsnel inleveren, omdat de Ducati’s duidelijk sneller waren dan zijn Yamaha. Als eerste profiteerde Francesco ‘Pecco’ Bagnaia, de man die de voorgaande drie edities van de TT won, van zijn snellere motor, maar al gauw moest de Italiaan op zijn beurt zijn meerdere erkennen in Marquez.

De eerste, rake aanval van de Spanjaard werd meteen in de eerste ronde al ingezet. Marquez lag vanaf dat moment op kop, op de huid gezeten door Pecco Bagnaia en later door Rossi-adept Marco Bezzecchi, die ook verrassend snel was op zijn Aprilia. Terwijl Alex Marquez achterop een scootertje langs de kant van het parcours terug werd gebracht naar zijn pitbox, leidde zijn broer de dans. Marquez werd tot op het laatste nog stevig op de huid gezeten door Bezzecchi, maar stevende toch onbedreigd af op de winst. Het was voor hem ondanks het stroeve begin een fijne traktatie op de 100ste verjaardag van de TT.

En ja, eerlijk is eerlijk, het was ook een geweldige prestatie van Marquez, die zijn 68ste zege in de MotoGP binnenhaalde. Tijdens zijn ereronde ramde hij zichzelf overtuigend op de borst. Ook de nummer twee Marco Bezzecchi oogstte een warm applaus van het racepubliek. Bezzecchi verklaarde naderhand dat het onmogelijk was om Marquez in te halen. ,,Ik heb alles gegeven, perste alles uit de motor, maar Marc was zo snel en stuurde zo goed. Ik was sneller in sector drie, stelde wanhopige pogingen in het werk om het voor elkaar te krijgen, maar ik kon niet dichtbij genoeg komen. Toch ben ik meer dan tevreden. Ik kan me de laatste keer dat ik een dubbel podium haalde niet eens herinneren. Het was dus een heel goed weekend op een prachtig circuit. Ik houd van Assen.’’

En Bagnaia? Hij kon geen vervolg geven aan zijn drie zeges op rij in de Drentse hoofdstad en moest genoegen met een derde plaats. ,,Toch wil ik het positieve eruit halen. We konden het gevecht aan. Dat is het goede nieuws. Voor het eerst in tijden wisten we een goede snelheid uit de motor te halen. Daar kunnen we mee verder. Marc Marquez was veel beter in het eerste deel van de race. Daar kon ik niet tegenop. Maar los daarvan hebben we nu een basis voor de komende wedstrijden, hoewel de Sachsenring me minder goed ligt dan Assen. Maar we zullen zien. Als we zo doorgaan, komt het allemaal goed.’’