Het besluit om in DVHN geen aandacht te besteden aan de NRC-reconstructie van de zaak rond oud-burgemeester Koen Schuiling van Groningen, heeft tot veel onbegrip geleid. Niet alleen bij lezers, ook op de redactie. Waarom schreven we niets over iets dat de gemoederen in Groningen en daarbuiten zo bezighoudt?
NRC reconstrueerde vorige week uitvoerig de zogeheten zaak-Schuiling. Het is een zaak waarover DVHN vorig jaar als eerste berichtte. Wij onthulden dat het openbaar ministerie de burgemeester een strafbeschikking had opgelegd vanwege schennis van de eerbaarheid, en dat de burgemeester vanwege deze kwestie moest besluiten om zijn functie neer te leggen.
Na de NRC-reconstructie bleven wij stil. Op de dag van publicatie concludeerden wij dat het artikel te weinig nieuwe aanknopingspunten bevatte om in actie te komen. Dat was een verkeerde journalistieke beslissing. In een speciale redactievergadering hebben we deze week ons eigen (niet-)handelen geëvalueerd. Daarbij zijn stevige woorden gevallen, want ook een deel van de redactie heeft zich niet gehoord gevoeld.
We hebben gezamenlijk de conclusie getrokken dat we het anders hadden moeten doen. En daarnaast dat onze lezers transparantie verdienen.
Wat is er gebeurd? In de eerste afweging hebben wij met een te beperkte blik naar het artikel gekeken. Welke nieuwe feiten stonden erin? Juist omdat we zo diep in de zaak zaten, waren de meeste feiten die bij NRC naar voren kwamen al bekend.
Zo hebben wij, en andere media, al gemeld dat Koen Schuiling een medische verklaring heeft voor de situaties waarin hij is aangetroffen. We hebben beschreven hoe de minister van Binnenlandse Zaken hem dwong af te treden. Dat er maar één getuige was die Schuiling in zijn auto heeft gezien, was tijdens de rechtsgang duidelijk.
Bovendien, zo was onze afweging, is Schuiling door de politierechter veroordeeld en loopt er een hoger beroep in de zaak. Het oordeel over Schuilings (on)schuld is aan de rechter. Wij kunnen de conclusies die collega-journalisten na lang onderzoek trekken niet zomaar overnemen.
Door deze feitelijke blik op de zaak hebben wij iets heel belangrijks gemist. Het feit dat Koen Schuiling, een geliefd burgemeester, voor het eerst uitvoerig zijn kant van deze uiterst gevoelige zaak vertelde, had al een grote impact op de stad en bij betrokkenen.
Het was het gesprek van de dag op het stadhuis en daarbuiten. Het artikel leidde bovendien tot vraagtekens over de rol van de hoofdcommissaris van politie en de hoofdofficier van justitie, en over de rechtsgang in deze precaire zaak. Dat kun je als regionale krant niet negeren.
We hadden een nieuwsbericht moeten maken, volledig toegeschreven aan NRC. Dat zou ons in staat hebben gesteld vervolgens reacties te halen over bijvoorbeeld de rechtsgang en de communicatie in de driehoek tussen de burgemeester, de hoofdofficier en de hoofdcommissaris van politie.
Een van de gevolgen van ons stilzwijgen vorige week is dat we geen mededogen met Koen Schuiling hebben getoond. Hij is zijn baan als burgemeester kwijt en zijn medisch dossier ligt op straat, met details die maar weinig mensen met anderen willen delen. Stel dat hij wordt vrijgesproken, dan nog zal er geen reden tot vreugde zijn.
In deze tijden, waarin het vertrouwen in de media daalt, realiseren wij ons dat we beter moeten uitleggen wat we doen en wat we niet doen. Onze lezers verdienen een transparante uitleg over de keuzes die we maken. Ook als die keuzes, zoals in dit geval, slecht hebben uitgepakt.