Ik heb eens iemand horen zeggen dat als je de pauzeknop van een machine indrukt, die dan stopt, maar als je de pauzeknop van een mens indrukt, die dan start. Start met nadenken, met reflecteren.
Reflecteren is een prachtig woord, want het betekent oorspronkelijk ‘je weer over iets buigen’. Je weer buigen over bepaalde gevoelens zoals verdriet en angst, of over bepaalde ervaringen, helpt je om die te verwerken en nieuwe manieren te vinden ermee om te gaan.
Maar om te reflecteren heb je dus pauzes nodig. Het woord pauze komt van het Oudgriekse pauein dat zoiets betekent als ‘doen stilhouden’. In de oorspronkelijke betekenis is een pauze daarom een tijdsspanne waarin we ons stilhouden. Waarin we niet praten of met allerlei prikkelbronnen en apparaten in de weer zijn, maar gedachten en gevoelens laten opkomen en stilstaan.
Ons dagelijks leven biedt tal van momenten voor zulke pauzes. De kunst is daarvan gebruik te maken.
Prikkelzuchtig
Maar het lijkt erop dat we die kunst ofwel verleerd hebben en prikkelzuchtig zijn geworden, of dat we denken over onze gedachten en gevoelens als te confronterend ervaren.
Hoe dan ook, de meeste mensen die een wachtkamer binnenstappen, duiken meteen weg achter een belegen tijdschrift of mobiel. Zoals de meeste mensen op andere potentiele pauzemomenten, in een wachtrij, verkeersfile of in het openbaar vervoer, ook altijd met iets bezig ‘moeten’ zijn. Zonde van de onbenutte pauzetijd.
Uit recent neuropsychologisch onderzoek blijkt dat ons brein echte pauzes zeer op prijs stelt en daarin overgaat op wat technisch het DN of Default Network heet. Eenvoudig gezegd: als wij in stilte een tijdje nietsdoen, wordt een bepaald hersensysteem actief dat als een sorteerder of archivaris gedachten en gevoelens ordent, vooral de sociale.
Maar het is ook generatief, het DN maakt ook nieuwe gedachten en inzichten voor ons. Ofwel: wat we ‘denkend doen’ in een pauze is minstens zo belangrijk als onze activiteiten daarbuiten.
Veelbetekenend is daarom dat de moderne neuropsychologie en de eeuwenoude filosofie van het Taoïsme op dit punt zo uitdrukkelijk overeenkomen. Ze zeggen beide ‘hoe meer je je inspant om een uitdrukking, een naam of zin in je geheugen te vinden, hoe verder die uit je bewustzijn lijkt weg te glippen’. Terwijl als je stopt met je zo in te spannen die naam of inhoud zich vaak vrijwel meteen meldt.
Wu Wei
Taoïsten noemen dit het principe van de leegte of wu wei. Om iets te kunnen vullen moet het eerst leeg worden gemaakt. Om iets te laten gebeuren moet je eerst juist niets doen.
Precies daarom wordt zowel in de neuropsychologie als de Tao mediteren zo gunstig geacht. Je maakt je als het ware innerlijk leeg waardoor gedachten of ideeën die tot dan toe geen kans hebben gekregen, plotseling de ruimte krijgen zich te melden.
Om een vergelijking uit het Taoïsme te gebruiken: ‘Uit klei worden potten gevormd, maar de bruikbaarheid van het vaatwerk berust op zijn leegte’.
Ofwel: de bruikbaarheid en daarmee de gezondheid van onze geest berust op de mate waarin we deze geregeld weten leeg te maken van lopende gedachten, ideeën, plannen. De Amerikaanse schrijver Ralph Waldo Emerson hierover: ‘In elke pauze hoor ik een oproep, een oproep tot nadenken’.