Het idee van ergens opnieuw beginnen, klinkt aantrekkelijk. Toch doen we dat niet altijd vrijwillig.
Uit nood moeten we soms opnieuw een leven opbouwen, bij ontslag, scheiding, sterfte, grote rampen zoals een oorlog ontvluchten. Weinig mensen zullen zomaar op een nieuwe plek gaan wonen waarmee geen binding is, geen reden, geen familie of vrienden. Wanneer doen we dat?
Wanneer we het huis uit gaan om aan een studie te gaan beginnen, van je geboortedorp vertrekt naar de grote stad, en later misschien voor een baan, en voor de romantici onder ons: voor de liefde.
Reistijd eerlijk verdeeld
Mijn collega-acteur moet elke dag tijdens het filmen een behoorlijk stukje rijden naar de set. Zijn familie woont in Amsterdam, die van haar in België Ze bedachten dat het handig zou zijn daar precies tussenin te gaan wonen Hij heeft met zijn vrouw een pin op de kaart gezet, en ze zijn daar neergestreken met hun kleine kinderen. Zo hebben ze de reistijd van de opa’s en oma’s aan beide kanten eerlijk verdeeld, dat was het idee.
De pin kwam terecht op een klein dorp, ergens tussen Boxtel en Vught. Ze kenden er niemand, hadden er nog nooit van gehoord. Na de euforie van de verbouwing en nadat ze een patatje oorlog hadden gehaald bij de plaatselijke snackbar, raakten ze thuis op de bank in complete paniek. Wat nu? Opeens waren ze overal ver vandaan. Was het nog steeds een goed plan?
Sommigen van ons blijven lekker hangen in hun geboortedorp, anderen keren er misschien terug na de studie. Ik ben van Groningen naar Amsterdam verhuisd. Regelmatig fantaseer ik erover om ergens anders opnieuw te beginnen. Zoals de meeste Amsterdammers dromen van een tuin, droom ik van een plek aan het water. Maar ja, voor water gaan verhuizen naar, noem eens wat, Ellewoutsdijk, is ook zo wat.
Wat maakt een huis een thuis. Familie, vrienden, werk. Ik zal niet meer gauw terugkeren naar Groningen, al raad ik iedereen die stad aan, het is er groen, prettig, levendig, cultureel, tolerant. Soms blijkt er te veel veranderd, en ben je onderweg niet meegegroeid.
Maar is een drukke stad als Amsterdam een plek waar je oud wilt, of sterker nog, kunt worden? Toen ik een enkelblessure had, merkte ik hoe snel het fietsverkeer er in de spits aan toegaat. ,,Rot op, stomme kut” en ,,Aan de kant!” Ik had ineens de grootste sympathie voor de ouderen in de stad.
Onmiskenbare blauwdruk
En toch woon ik inmiddels al zo’n zeventien jaar in een stad, waarvan ik als Groninger riep dat ik er nooit zou kunnen wonen. Straks woon ik er langer dan de plek waar ik vandaan kom, en toch laat die plek voor altijd een onmiskenbare blauwdruk achter.
Dat zie als ik naar mijn ouders kijk, die het Groningse landschap niet kunnen zien door de stoom van de rijstkoker die de ramen laat beslaan, terwijl op de achtergrond de televisie beelden laat zien van de plek waar zij vandaan komen. De plek waar zij zoveel minder jaren hebben gewoond dan zij inmiddels in Nederland doen.