Geen Kookboekenweek? Met deze zes boeken kook en bak je zoet, hartig, ingewikkeld én uit de losse pols

Dit jaar is er voor het eerst sinds lange tijd geen Kookboekenweek of een verkiezing van het Kookboek van het jaar. Het organiserende CPNB (Collectieve Propaganda van het Nederlandse boek) heeft dat besloten in overleg met de kookboekenuitgevers. In die branche ontstond vorig jaar grote commotie nadat een Amerikaanse (!) uitgeroepen was als winnaar van die Nederlandse prijs. Dus maken uitgevers en CPNB dit jaar even pas op de plaats. Jammer voor de culinaire auteurs die onlangs hun boek publiceerden. Bij deze een overzicht. En ja, daar zitten ook buitenlandse auteurs bij.

Zoals die uit de school van Yotam Ottolenghi. Helen Goh bijvoorbeeld, die een aantal jaren geleden met Ottolenghi samenwerkte met de boeken Sweet en Comfort. Nog steeds is ze bij dat team als ontwikkelaar, maar Goh heeft een mind of her own. In Maleisië geboren, opgegroeid in Australië, opgeleid als psychologe en beroemd als patissier: genoeg om een avondje over te praten – wat we ook wel eens hebben gedaan.

Haar nieuwe (solo-)boek heet Bakgeluk (Fontaine uitgevers, 34,99 euro) en het gaat precies over dat: bakken. Van ingetogen brood tot over de top gebak, het komt allemaal langs. Zoals het een patissier betaamt is Goh zeer precies. Alle ingrediënten worden zorgvuldig toegelicht en de receptbeschrijving is zeer uitgebreid. Zodat al dat lekkers nauwelijks kan mislukken.

Nog een Ottolenghi-adept is Noor Murad. Sterker nog, ze is mede-auteur van twee Ottolenghi Test Kitchen-kookboeken en ontwikkelde recepten voor Ottolenghi’s boeken Flavour en Falastin. Murad woont sinds 2016 in Londen, maar haar koken is geïnspireerd op het verfijnde eten uit haar jeugd in Bahrein, met invloeden uit de omringende landen in de Golf en de Levant. Ze groeide daar op met haar Arabische vader en Engelse moeder.

Ze serveert ons in haar boek Lugma (Fontaine, 29,99 euro) traditionele Bahreinse gerechten en een gevarieerde keuken die rijk is aan Arabische, Perzische en Indiase smaken. Een heel hoofdstuk is gewijd aan rijst, die in Bahrein ‘aish’ wordt genoemd — letterlijk: leven — en die de basis vormt van zowel feestelijke als alledaagse gerechten. Denk aan een spectaculair gerecht van kruidige gehaktballetjes met koolrabi en pistachesla op rijst, dat wordt omgekeerd zodat een knapperige, smakelijke rijstbodem zichtbaar wordt, en een ‘muhammar’, een rijstgerecht met dadelstroop, rijk aan kardemom, geserveerd met vis en een dadel-augurk.

Ook de Engelse invloeden van haar moeder komen aan bod. De Eton Mess wordt een ‘arab mess’, waarbij de verkruimelde meringue op smaak wordt gebracht met pistachenoten en rozenwater, de room een vleugje kardemom meekrijgt en de vruchten worden gemarineerd in sumak, melasse en limoensap. Net zo lekker als het boek zelf, dat van een enorme liefde voor vormgeving getuigt.

Daan van der Lecq heeft op Instagram als chefvanderlecq honderdduizenden volgers. Die zien hem met zijn kuif en brede grijns langs de voor hem meest inspirerende chefs en tentjes schuiven, om vervolgens uit de losse pols – denk ‘makkelijke maandag’ – het een en ander in zijn keuken te bereiden.

Hij is van opleiding een hotello – hogere hotelschool – en geen chef, zo benadrukt hij vaak. Maar ondertussen flanst hij veel mooie gerechten bij elkaar. Zoals veel influencers wil ook Chef zijn virtuele presentatie tastbaarder maken met een boek. Vandaar dit debuut F*cking Lecqer (29,99 euro). Het boek zit simpel en overzichtelijk in elkaar - zestien categorieën van ieder vijf variaties, bijvoorbeeld vijf keer kip en vijf keer salade.

Geen lange verhalen, want Daan is – zo hebben we tijdens een gezamenlijke reis gemerkt - meer van de plaatjes. Dus zijn persoonlijke verhalen zijn vastgelegd in mooie foto’s met bijvoorbeeld zijn familie of culinaire helden als Cees Holtkamp. Prima plaatjes, prima hands on gerechten.

Over Karin Luiten hoeven we ons intussen geen zorgen te maken. Onder de nom de plume Koken met Karin – immer in rood gekleed en met rode omslagen om bijna al haar boeken, alleen haar vegaboek is groen – heeft in de twintig jaar van haar culinaire schrijverij met tweeëntwintig boeken zo’n 350.000 exemplaren verkocht. And counting, want haar laatste De zoete oven (uitgeverij Rood, 26,99 euro) is ook alweer binnengekomen in de culinaire bestsellerlijsten.

Haar motto is ongewijzigd gebleven: kleine moeite, groot effect. Bij haar geen ingewikkelde dikdoenerij, ze kookt met ingrediënten die iedereen kan vinden en zoekt altijd naar de makkelijkste manier om iets te doen én hoe je mensen behoedt voor mislukkingen. Met tips en tricks loodst ze de lezer in 99 recepten langs de hoofdstukken koekjes, cake, taart, klein spul, toetjes, feestdagen, basisrecepten.

Elk hoofdstuk vind je een beslisboom om je te helpen kiezen uit de recepten. Uiteraard cupcakes, madeleines, energierepen en roze koeken. En een bruidstaart ontbreekt ook niet. Alles op de gebruikelijke heldere manier uitgelegd, met vaak tips over het bewaren, hoe vlak van tevoren je hem kan of moet maken, wat je met restjes kan doen. Precies het boek dat naast de oven behoort te staan. Overigens nu al een aankondiging: Luitens volgende heet De hartige oven.

Romy Gill’s India (uitg. Good Cook, 29,95 euro) brengt ons naar de geuren, kleuren en smaken van het subcontinent dat zo’n overvloed aan ingrediënten levert, dat daar alleen maar veel lekkers vandaan kan komen. Hoewel dé Indiase keuken niet bestaat – het zuidelijke Kerala is zo anders dan de bergstreken in het noorden – weet zij toch een verhalend kookboek te maken dat de smaken met elkaar verbindt.

Gill is een nieuwsgierige chef, reiziger en verhalenverteller, die thema’s als herinnering en identiteit onderzoekt door middel van eten. Het begon op de dag dat haar ouders verhuisden van Punjab in het noordoosten naar West-Bengalen, een regio die grenst aan Bangladesh. Als dochter van Punjabi-ouders, opgegroeid in Bengalen, ontwikkelde Gill al op jonge leeftijd een begrip en waardering voor verschillende culturen en hun keukens.

Zo’n dertig jaar geleden verhuisde ze naar Engeland, waar ze een restaurant opzette, voor kranten, bladen en tv de keuken van haar geboorteland besprak en drie kookboeken schreef. Haar laatste is een feest voor de smaakpapillen. Denk een rijstpudding geparfumeerd met laurier en kardemom, pakora’s met paneer en een chutney van munt en koriander, de butter chicken of kroketten van rode bieten. Om maar wat te noemen.

En dan nog Sama Sama van Perry de Man (uitg. Becht/Harper Collins, 29,99 euro). De tv-chef (24 Kitchen) heeft samen met elf Molukse en/of Indische chefs het boek Sama Sama uitgebracht. Hij schoof bij hen aan tafel en ontdekte de verhalen achter gerechten als macaronischotel, Indische erwtensoep en risolles.

Recepten waarin de Indische en Molukse keuken samenvloeien met de Nederlandse, omdat veel Indiërs na aankomst in Nederland moesten roeien met de culinaire riemen die ze hier hadden. Veel Indische ingrediënten waren hier niet te vinden, vaak waren Nederlandse ingrediënten goedkoop. Dit boek verhaalt over de vindingrijkheid waarmee men te werk ging.