Het theater eind jaren 60, kort na de opening. Foto: Collectie Streekhistorisch Centrum
Met Geert Teis kreeg Stadskanaal in 1967 het eerste theater van Oost-Groningen. Met dank aan Philips. Volgens een nieuw bouwrapport staat het nu op zijn laatste benen. Maar wat wil Stadskanaal nu?
In 1955 opende Philips uit Eindhoven een vestiging in Stadskanaal. Het wereldberoemde concern stelde wel enkele voorwaarden: één daarvan was dat er meer en betere voorzieningen zouden komen. ,,En dat leidde uiteindelijk ook tot de bouw van het theater’’, weet Bert Roossien, kenner van de Stadskanaalster geschiedenis.
Het theatergebouw wordt door velen gezien als eeuwmarkering, onderdeel van het moment waarop het veendorp écht ging groeien.
Hotel Dopper
Had die veenkolonie voor de opening van het theater geen centrale plek voor het culturele leven? Ja, dat had zij wel. Hotel Dopper was de plekwaar toneelstukken werden opgevoerd, artiesten optraden en andere evenementen werden ondergebracht.
Het hield die functie aanvankelijk na de komst van Philips, werd zelfs nog eens verbouwd. Maar in diezelfde tijd werd ook de Stichting Sociaal Cultureel Centrum Stadskanaal opgericht, die als doel had de plaats een nieuw cultureel hart te geven.
Woningen en flats
,,Het was een periode waarin Stadskanaal zich enorm ontwikkelde'’, aldus Roossien. ,,Het aantal inwoners groeide, ook door het personeel van Philips dat zich er vestigde. Rond 1960 werkten er al duizend mensen. Er werden nieuwe woningen en flats gebouwd, Stadskanaal kreeg meer scholen, sportvoorzieningen, een nieuw winkelcentrum. Allemaal zaken waar Philips op hamerde en waar de toenmalige gemeente Onstwedde haar best voor deed. Voor het Refaja Ziekenhuis bestonden al plannen, maar ook daar gaf Philips een duw in de goede richting.'’
En in de herfst van 1967 werd dan ook een nieuw cultuurcentrum geopend, met daarin een bibliotheek, een muziekschool en het Theater Geert Teis, vernoemd naar de schrijver van het Gronings volkslied en veel Groningse verhalen. Het Rijk legde er geld voor op tafel, minister Marga Klompé verrichtte de opening.
Stadskanaal kreeg zo dus het eerste echte theater in de regio. De Klinker, het theater in Winschoten, werd in 1973 geopend. ,,De musical Anatevka was een enorme hit in het eerste seizoen, met Lex Goudsmit in de hoofdrol'’, vertelt Roossien. ,,De eerste directeur was Tim Kuik, het theater werd gerund door de Stichting Sociaal Cultureel Centrum Geert Teis.’’
Die stichting loodste het theater door de eerste succesvolle jaren heen, kreeg toen te maken met tekorten en uiteindelijk, in 1981, werd het theater een onderdeel van de gemeente Stadskanaal. Het werd een gemeentelijke tak van dienst, de personeelsleden werden ambtenaar.
Het theater klom uit het (financiële) dal, kreeg na het plotselinge overlijden van Tim Kuik een nieuwe directeur in Bé Lamberts. De musical Cats luidde een nieuw succesvol hoofdstuk in.
‘Geregeld werd gepraat over privatisering’
Vanwege die gemeentelijke status was Geert Teis regelmatig onderwerp van discussie bij de vergaderingen van de gemeenteraad. Zoals dat nu ook weer het geval was.
In het eerste decennium van deze eeuw was Jan-Willem van de Kolk namens de wethouder van Stadskanaal. ,,Ik was verantwoordelijk voor het theater'’, weet hij nog goed. ,,Binnen de gemeenteraad werd geregeld gepraat over de vraag of Geert Teis niet geprivatiseerd moest worden. Zover kwam het nooit. Mijn partij en ik wilden daar niets van weten.”
,,De discussies over Geert Teis volg ik nog altijd van afstand. Over de inhoud doe ik geen uitspraken, maar ik ben vooral blij dat Geert Teis er is. Het is een mooie, belangrijke voorziening.’’
Van verleden naar toekomst en terug?
Die uitspraak roept gelijk de vraag op: hoe nu verder? Volgens een bouwkundig rapport moet de komende vijf jaar 1,5 miljoen euro worden geïnvesteerd om het theater open te kunnen houden. Echter, als het langer dan vijf jaar open blijft en het aan de regels wil voldoen, zal het theater de komende tien jaar 10 miljoen euro kosten. En zelfs dan is het nog de vraag of het na die periode open kan blijven. ‘Kapitaalvernietiging’ oordeelde bouwbureau Paas, dat het onderzoek deed.
Binnen de gemeenteraad van Stadskanaal moet nu gekozen worden of de gemeenschap dat geld erin wil stoppen. Politici hebben het theater in het hart gesloten, het rapport over de bouwkundige staat doet hen pijn. Of Paas alsjeblieft ook nog iets positiefs kon zeggen over het theater, verzuchtte PvdA-er Theo Klinkhamer laatst.
Is geen theater ondenkbaar?
Het college van burgemeester en wethouders steekt niet onder stoelen of banken dat het een nieuw ‘Huis van cultuur en bestuur’ wil: een nieuw gemeentehuis met theater en eventueel andere voorzieningen. Tegelijk: de komende jaren heeft Stadskanaal, opnieuw, grote tekorten. Én enorme opgaven. Scholenbouw, sporthallen, dorpshuizen, het vervangen van sportvelden: de lijst is lang. De verwachting is dat de komende jaren opnieuw bezuinigd moet worden.
Toch proeft de sfeer in de raad alsof het ondenkbaar is dat er geen theater meer is. Óf het huidige theater moet worden gerepareerd. Óf er moet een nieuwe theater komen. Het theater is onmisbaar voor het culturele leven in de Kanaalstreek, vindt het college. 90 procent van de bezoekers woont binnen een straal van 35 kilometer van Stadskanaal.
Dat gevoel is begrijpelijk, maar Stadskanaal heeft geen onderbouwd ideean het belang van het theater voor de gemeenschap. Zo waren er in 2023 zes amateurvoorstellingen en veertien schoolvoorstellen. Nagenoeg alle (amateur)evenementen vinden plaats buiten het theater. Het aantal bezoekers is in vijftien jaar met 20.000 teruggelopen. Ben je dan onmisbaar voor het culturele leven? Wat heeft Stadskanaal nodig om te voorzien in een cultuurbehoefte?
Meer theaters
Dat staat nergens. Er is namelijk geen cultuurvisie. Het ‘toneel’ waarop het Geert Teis zich begeeft is inmiddels veranderd. Emmen, Assen, Winschoten, Veendam: ook daar staan nu moderne theaters. Wat moet de rol van een nieuw theater zijn? Moet dat een volwaardig concurrerend theater zijn met orkestbak, trekkenwand en grote landelijke shows, of mag dat ook kleiner? Hotel Dopper was immers een begrip waar (klein)kunst goed uit de voeten kon.