Bob, Wilma en Obi wonen met plezier in de nieuwe 'statushouderswijk' in Oude Pekela. Huisman Media
Alle woningen in de nieuwe ‘statushouderswijk’ in Oude Pekela zijn verhuurd. Dertig Nederlanders en zo’n zestig statushouders noemen het nu hun thuis. Een kijkje in de wijk.
Toen anderen uit het dorp hoorden dat Bob Wessels-Beljaars (67) en zijn vrouw Wilma (71) in een wijk ging wonen die ze delen met statushouders, werd hen verteld dat ze de fiets dan wel goed op slot moesten zetten. Wie weet werd die wel gestolen. „Daar kan ik dus echt niet tegen. Dat je last van ze hebt? Grotere onzin heb ik nooit gehoord. Het zijn vooroordelen. Dat zie je ook bij asielzoekerscentra. Eerst is er allerlei protest, daarna hoor je er nooit meer iets van.”
De wijk van Bob is een bijzondere. De helft van de woningen is bestemd voor statushouders, de andere helft voor Nederlanders. De statushouders zijn erkende vluchtelingen met een verblijfsvergunning. Ze moeten zich net als iedere Nederlander zelf bedruipen en kunnen Nederlander worden.
Dat ze voor zichzelf moeten zorgen, betekent dat ze niet meer opgevangen hoeven te worden door COA. Toch wonen nog zo’n 19.000 statushouders in asielzoekerscentra, bijna een kwart van het totaal aan mensen in de opvanglocaties. Ze kunnen niet doorstromen naar gemeenten waaraan ze zijn toegewezen. Want die kampen veelal met een woningtekort.
De nieuwe huurwoningen aan de Hooiweg in Oude Pekela. Huisman Media
COA betaalde mee
Een ‘statushouderwijk’ zoals in Oude Pekela biedt uitkomst. Het is voor statushouders een tussenstation waar ze wonen voordat er een woning vrijkomt in de gemeente waar ze aan zijn toegewezen. Het COA wilde daarom meebetalen aan de huizen en legde 8 miljoen euro op tafel. Dit op voorwaarde dat de helft van de woningen de komende tien jaar bewoond mogen worden door statushouders die zijn toegewezen aan andere Groningse gemeenten. De woningen zijn van Pekela.
Bob loopt naar buiten met een doos oud papier in de ene hand en de riem van allemansvriend Obi de hond in de ander. Hoe het is om tussen de statushouders te wonen? Hij kijkt wat bevreemd om de vraag: „Je merkt helemaal niets van ze. Het is hier heerlijk rustig wonen. En wat een groen!”
‘Morele en juridische plicht’
Bob was de allereerste Pekelder die zich aanmeldde voor een woning, een twee-onder-een-kapper. „Kom maar even binnen.” Het is modern en een beetje een rommeltje: Wilma zit midden in de kerstversiering. „Wij hebben anderhalf jaar gewacht voordat we hier konden wonen.”
Bob en Wilma bereiden de kerstboom voor. Ze wonen met plezier in de statushouderswijk. Huisman Media
Tussen de statushouders wonen heeft hen geen moment tegengestaan. Bob: „Ik ben er enthousiast over. En ook dat de gemeente Pekela het initiatief nam om deze stap te nemen. Het is een morele – en juridische – plicht om gevluchte mensen te helpen. Een multiculturele wijk is bovendien hartstikke gezellig.”
Met de Koerdische familie aan de andere kant hebben ze goed contact. Dat is een groot gezin, waar een hoop nodig is. „ En wij hebben laatst een nieuw kastje gekocht”, zegt hij wijzend naar het meubelstuk. „Toen hebben we aan de buren gevraagd of ze onze oude wilden hebben. Nou, dat wilden ze dolgraag.” Als dank kwam de buurvrouw het echtpaar een grote schaal met gevulde aubergines brengen. Bij Bob, tot 2022 eigenaar van restaurant de Piekenier in Oude Schans, ging het er wel in. „Ik heb daarna eten voor hun gemaakt.”
‘Matchmaker’ Obi
In de nabije toekomst wil hij met wijkbewoners koken om hen beter te leren kennen. Dat gezegd hebbende, hond Obi is een echte matchmaker. Wilma: „Als kinderen hem zien, rennen ze naar hem toe: ‘Obiiii’, roepen ze. Hij heeft hier de tijd van zijn leven.”
Wijkconciërge Paul Stuut loopt een rondje. Het is, zoals gebruikelijke, rustig aan de Hooiweg. Huisman Media
Paul Stuut (67) is aangesteld als wijkconciërge. Hij moet ervoor zorgen dat de wijk autoluw blijft en dat kinderziektes in de nieuwbouwhuizen in kaart worden gebracht. Tot nog toe is dat alleen de bel die het bij sommige huizen niet doet. Hij vindt het werk leuk. Voor zijn pensionering was hij conciërge bij het Dollard College in het dorp. „Maar om acht uur had ik de krant uit.” Wat hij met de rest van de dag moest, hij had geen idee. „Ik kom hier nu ook allemaal oud-leerlingen tegen.”
Geen protesten of gemor
„Mensen zijn veel weg”, zegt Stuut. Ze werken, gaan naar school of doen vrijwilligerswerk. „Een kok uit Turkije wil graag Nederlands leren. Ze doet vrijwilligerswerk bij de Binding.” Daarin zitten onder andere de sporthal, bieb en dorpshuis van Oude Pekela. „Achter de bar staan, schoonmaken, dingen organiseren: ze doet van alles. Een stukje verderop woont een lesbisch stel dat moest vluchten. En er zijn mensen uit Myanmar. Dat is ook een heel leuk stel.” Er wonen meer dan vijf nationaliteiten in de wijk, weet hij. „Dat gaat hartstikke goed.”
Wethouder Ellen van Klaveren (SP) van de gemeente Pekela. Huisman Media
Dit weekend zou een open dag zijn voor de laatste huizen die nog niet zijn bewoond. Daarvoor is inmiddels interesse. De open dag gaat niet meer door, zegt wethouder Ellen van Klaveren (SP). Waar andere bestuurders last krijgen van allerlei bedreigingen en de keutel intrekken als het over de opvang van asielzoekers of statushouders gaat, is dat bij haar niet aan de orde geweest. „Helemaal niet. Wij hebben duidelijk uitgelegd wat we gaan doen en wat een statushouder is.” Er is zelfs geen bezwaarschrift ingediend.
Ze denkt al over een uitbreiding van de wijk. Of dat in dezelfde opzet zal zijn met ook met statushouders, weet de wethouder nog niet. Het huidige wijkje ziet ze als succes. „En weet je wat ook leuk is? De eerste baby is al geboren!”