Wethouder Ellen van Klaveren op de locatie aan de Schoolstraat in Oude Pekela waar woningen van hennep worden gebouwd. Foto: Huisman Media/archief
Woningcorporatie Acantus bouwt te weinig huizen in Pekela, vindt de gemeente. Bovendien verkoopt de organisatie slechte woningen waardoor kopers uiteindelijk in de problemen komen.
Dat vindt wethouder Ellen van Klaveren (SP). Ze weigert een krabbel te zetten die onderstreept dat de gemaakte afspraken worden nageleefd. „Dit speelt al een paar jaar. Nu heb ik besloten om een punt te maken.”
Voor Acantus kwam dat als een verrassing, de woningcorporatie zegt het te ‘betreuren’, dat de gemeente en zij er niet samen uit zijn gekomen. „We hopen oprecht dat we in het nieuwe jaar samen een positieve stap vooruit kunnen zetten”, zegt een woordvoerder.
Gemeenten maken afspraken met woningcorporaties over wat ze van elkaar kunnen verwachten om de volkshuisvestingsdoelen te behalen. De plannen die er nu liggen lopen tot en met 2025 en worden ieder jaar besproken en bijgewerkt. Maar zoals het nu lijkt, moet er bij Acantus nog ‘behoorlijk wat gebeuren’om die doelen ook daadwerkelijk te bereiken, stelt de wethouder.
De gemeente mikt erop om een ‘woongemeente’ te worden. Concreet betekent dit dat er flink wordt ingezet op nieuwe wijken en hofjes en kwalitatief goede woningen voor verschillenden groepen mensen, zoals starters en senioren. Hoewel er stevig wordt gebouwd, blijft Acantus achter, meent Van Klaveren. „Neem bijvoorbeeld de nieuwe woningen aan de Lindenlaan in Nieuwe Pekela. Die zouden jaren geleden al gebouwd worden, daar is in september pas mee begonnen.”
‘Mooie stappen’
Acantus vindt dat ze het afgelopen jaar juist ‘mooie stappen’ heeft gezet, laat een woordvoerder weten. Zo zijn ruim honderd woningen gerenoveerd. Daarvan stonden 23 in Nieuwe Pekela en 90 in Oude Pekela. En in het eerste kwartaal van dit jaar hoopt Acantus de sleutels te geven van nieuwe woningen aan twintig gezinnen in Nieuwe Pekela. Voor de zomer zijn er 12 nieuwe woningen in het centrum van Oude Pekela. En afgelopen maand is het hoogste punt van het appartementengebouw aan de Feiko Clockstraatbereikt, hier komen 24 woningen.
Extra pijnlijk vindt de wethouder dat Acantus niet is aangehaakt bij een speciaal project om 68 woningen te bouwen aan de Hooiweg. Die zijn voor de helft voor statushouders en voor de helft voor Pekelders. Over tien jaar zijn alle woningen voor Pekelders. „Daarvoor hebben veel mensen hun interesse opgegeven.” De gemeente is eigenaar, maar de woningcorporatie wil het beheer ervan niet op zich nemen. Volgens de woningcorporatie was het vanaf het begin af aan duidelijk dat zij niet zou meedoen.
Financiële problemen
Een ander kritiekpunt van de wethouder is dat Acantus woningen die in slechte staat zijn zou verkopen aan huurders. „Vaak moet er nog een heleboel gebeuren aan zo’n woning. Bijvoorbeeld aan onderhoud of de energielasten zijn heel hoog.” Veel kopers zijn zich daar niet van bewust en verslikken zich in de kosten. „Daardoor komen ze op termijn financieel in de problemen.”
Woningen die Acantus verkoopt hebben volgens de corporatie minimaal energielabel C. Dat is te laag, zegt Van Klaveren. „Dat moet minimaal label A zijn. Ze moeten de woningen geschikt maken voor de toekomst voordat zij die verkopen.” Pekela heeft Acantus verzocht de verkoop van huizen een half jaar op te schorten, totdat er andere afspraken liggen. Daarin ging Acantus niet mee volgens de gemeente.
‘Juist intensief en constructief samengewerkt’
Het gaat niet om veel verkochte woningen, kaart Acantus echter aan. Dat de meningen uiteen lopen klopt, laat de woordvoerder weten. Het voordeel van deze wijze van verkopen is volgens de organisatie dat het starters een kans biedt op een betaalbare woning en de verkoop tegelijkertijd zorgt voor inkomsten voor de corporatie. Dat geld kan worden gebruikt voor de bouw van nieuwe woningen.
Dat de wethouder de afspraken nu niet wil ondertekenen, komt voor Acantus onverwacht. „Met name omdat de collega’s van de gemeente en Acantus intensief en constructief hebben samengewerkt en het eens waren over de inhoud. Juist daarom vinden we het ontzettend jammer dat het niet is gelukt om ook bestuurlijk overeenstemming te bereiken.” Volgens Van Klaveren was de samenwerking echter ‘moeizaam’ en bevond deze zich in een ‘impasse’.
Van Klaveren herkent wel dat aan de overlegtafel een hoop goede wil en voornemens zijn van Acantus. „Maar uiteindelijk zie je het niet terug. En ik weet niet hoe dat komt. Ik vind het een principekwestie. Als ik nu mijn handtekening onder de afspraken zet, lijkt het alsof alles in orde is. Dat is het niet, er moet veel gebeuren. Acantus moet zijn sociale gezicht laten zien.”
Beide partijen gaan binnenkort opnieuw om tafel om te kijken of ze het één en ander kunnen uitpraten.