De Wachtenden uit het boek 'Ik Wacht: 101 verhalen uit het aardbevingsgebied' Foto: DVHN
Meer dan 6 jaar geleden interviewde DVHN 101 gedupeerden in het aardbevingsgebied. Het leverde een onthutsend en schrijnend boek op over Groningers die wegzakken in een bureaucratisch moeras, Ik wacht. DVHN zocht ze opnieuw op. Is hun situatie verbeterd?
In september stuurde DVHN een vragenlijst naar de 101 wachtenden, die in 2019 meededen aan de serie Ik Wacht. 85 deelnemers vulden die in. De resultaten stemmen niet hoopvol. Sommige reacties zijn ontluisterend. ‘Het huis is 5 jaar geleden onbewoonbaar verklaard, sindsdien woon ik in een recreatiewoning’, zegt een van de gedupeerden.
Dat de aardbevingsellende nog lang niet achter de rug is, toont ook de zware aardbeving van eind deze week aan. De klap van 3.4 op de schaal van Richter onderstreept het belang om huizen snel te versterken, zodat gedupeerden veilig in Groningen kunnen wonen. Maar veel deelnemers aan de enquête wachten juist op versterking en het herstel van complexe schades.
Sinds 2019 zijn wel dingen veranderd. Zo is er een staatssecretaris van Mijnbouw aangesteld, is de gaskraan dichtgedraaid en is er een parlementaire enquête geweest. Hebben al die veranderingen zoden aan de dijk gezet?
Iemand schrijft: ‘Mijn situatie is verergerd.’ Een stel laat weten: ‘Ons huis is in 2019 versterkt, maar staat op de lijst van slopen.’ En: ‘Er komt geen einde aan. Wat je ook doet, je krijgt er geen grip op. Was de opdracht maar: loop naar de Zuidpool en weer terug. Dan weet je tenminste waar het begin is en waar het einde.’
‘Maakt het nog confronterender’
Het is belangrijk te benoemen dat in de serie veel Groningers zitten wier huizen tot de complexe schade- en versterkingsgevallen behoren binnen het bevingsdossier. Gedeputeerde Susan Top, die schade en versterking in haar portefeuille heeft, vindt dat juist dat gegeven het nog confronterender maakt. „Het is pijnlijk om te zien dat, dat de meest zwaar getroffenen vaak het langst op een oplossing moeten wachten.”
„Er is lang gestuurd op snelheid en aantallen. En eenvoudige schades zijn makkelijker op te lossen, dus worden die eerder afgewerkt. Het is goed dat er met het IMG [Instituut Mijnbouwschade Groningen, red.] inmiddels een goed schadebehandelingsproces is opgericht voor de eenvoudige schades. Maar we moeten ook echt iets met de complexe groep.”
Geen vertrouwen meer
Het vertrouwen in de instanties onder de ondervraagden is nog steeds gering. Sommigen zijn het helemaal verloren en voelen zich door politici en organisaties zoals de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) en Nationaal Coordinator Groningen (NCG) nog steeds niet serieus genomen.
Zo schrijft iemand last te hebben van: ‘het tegenwerken, ontkennen, wegkijken en het bagatelliseren van de gaswinningsschade.’ De respondent erkent wel dat er het een en ander is veranderd. Maar: ‘Er moet nog veel werk verzet worden om Groningen weer op de rails te krijgen.'
Nog steeds heeft de aardbevingsproblematiek in Groningen invloed op het dagelijks leven van een groot deel van de deelnemers van Ik Wacht. Ook als ze inmiddels in een aardbevingsbestendig huis wonen. ‘Het blijft onder je huid zitten.’
Nieuw huis, oud huis, wisselwoning...
Bijna 60 procent van de geinterviewden woont nog op hetzelfde adres, 13 procent wel in een nieuw huis. Negen ondervraagden verblijven tijdelijk ergens anders, bijvoorbeeld in een wissel- of recreatiewoning, omdat hun huis onder handen wordt genomen. Zij gaan als alles volgens plan verloopt terug naar de oude stek.
Van de ‘Ik Wachters’ die nog in dezelfde woning zitten, wacht maar liefst 70 procent nog steeds. De gemiddelde wachttijd onder de deelnemers aan de vragenlijst is 9 jaar. „Dit geeft in elk geval aan dat we nog genoeg te doen hebben”, reageert Top. „Niemand had verwacht dat we 6 jaar na die interviews in Dagblad van het Noordendit nog zouden lezen.”
Vooral de ingewikkelde procedures en onenigheid over beoordeling van de schade leveren vertraging op, blijkt uit de antwoorden.
Aardbevingsproblematiek voor sommigen reden om te verhuizen
Dik 30 procent van de invullers is verhuisd, in sommige gevallen zelfs naar het buitenland. Bij de meesten speelt de aardbevingsproblematiek mee in het besluit. Maar ook op een nieuw adres lopen sommige mensen weer tegen aardbevingsschade aan. En er zijn mensen bij wie de versterking van het nieuwe huis niet volgens plan is gegaan. ‘Al 1,5 jaar zitten we met een bovenverdieping die niet gebruikt kan worden.’
Uit vragen over stress blijkt hoeveel impact de aardbevingsproblematiek nog steeds op de deelnemers heeft. Ook als ze al in een versterkt huis wonen. ‘Ik kan nog steeds kwaad worden over wat ons is aangedaan.’ ‘Het blijft onder je huid zitten. Ondanks een verhuizing naar Friesland.’ En ook: ‘Ik ben er een ander mens door geworden. Kort lontje en allergisch voor onrecht.’
Enkele deelnemers geven aan dat ze vermoeden dat gezondheidsklachten zoals hartproblemen zijn veroorzaakt door de stress rondom de bevingen. Anderen hebben een knop omgezet. Zij willen door met hun leven en er niet meer bij stilstaan. ‘Ik ben aardbevingsmoe en wil het er niet meer over hebben.’
„Dit horen we vaak”, zegt Top. „En ook dat mensen die wel zijn geholpen daarna scheef aangekeken worden in hun dorp of wijk. Het doet echt heel veel met de bewoners. Het is nog een gezamenlijke zoektocht hoe we kunnen bijdragen op het vlak van nazorg en sociale steun. Dat dat nodig is, is duidelijk.”
Er gaan ook dingen goed
Gelukkig zijn er ook succesverhalen. ‘Alles is netjes hersteld. De aannemer heeft goed zijn best gedaan’ en ‘de woning is hersteld en de rechtszaak is door ons gewonnen’ schrijft een Ik Wachter. Iemand anders is blij met zijn nieuwe woning: ‘Wat terug is gebouwd voldoet aan de modernste eisen van bouw en energiebeheer. En, niet onbelangrijk, aan onze woonwensen.’
Top: „In de afgelopen periode zijn stappen gezet. Zo zitten partijen als IMG, NCG, de provincie en gemeenten nu écht met elkaar om tafel. De slechte communicatie onderling was veel mensen lange tijd een doorn in het oog. Achter de schermen gebeurt er van alles, ook al lijkt dat soms niet zo. We zijn er druk mee bezig.”
Reactie van het IMG op de enquête
„Het onderzoek laat een herkenbaar beeld zien, hoe diep de aardbevingsproblematiek ingrijpt in het leven van Groningers. Niet alleen materieel, maar ook emotioneel. Gelukkig kan een steeds grotere groep inwoners verder met hun leven, maar helaas zijn er nog steeds mensen die niet voldoende geholpen zijn of in onzekerheid verkeren”, zegt een woordvoerder van het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG).
„We begrijpen dat procedures voor veel mensen ingewikkeld zijn en niet snel genoeg gaan. Daarom hebben we hard gewerkt aan eenvoudigere schadeafhandeling. Voor de complexe dossiers zoeken we naar maatwerkoplossingen. Waarschijnlijk valt een aanzienlijk deel van de deelnemers aan dit onderzoek onder deze groep.”
„We willen inwoners zo goed mogelijk ondersteunen bij hun aanvraag, het liefst persoonlijk. Zo hopen we stap voor stap bij te dragen aan herstel van woningen, maar ook van vertrouwen. Dat lukt nog niet overal goed genoeg, maar we blijven ons daar elke dag voor inzetten.”
Reactie directeur Marieke Ferwerda van NCG:
„Wij herkennen dat veel mensen nog wachten op de versterking en dat dit veel stress en frustratie geeft. Onze medewerkers zien en horen dat dagelijks in hun gesprekken met bewoners. Het blijkt ook uit de onderzoeken die we zelf uitvoeren.”
„De versterkingsopgave is groot en ingewikkeld en duurt daardoor langer dan we zouden willen. We begrijpen dat bewoners het wachten en de onduidelijkheid zat zijn en dat het vertrouwen laag is. Daarom blijven we ons inzetten om huizen zo snel mogelijk te versterken.”
„We willen het niet alleen zo snel mogelijk doen, maar ook zo goed mogelijk. Door huizen ook meteen te verduurzamen en eigen wensen van bewoners mee te nemen. Tegelijkertijd werken we hard aan betere ondersteuning voor bewoners en het verbeteren van het contact en de communicatie met hen.”