De pendelbus voor asielzoekers in Ter Apel. Foto: Corné Sparidaens
Donderdag opent in Ter Apel de speciale opvang voor kansarme asielzoekers. De verwachtingen van deze procesbeschikbaarheidslocatie (pbl) zijn hooggespannen: de overlast in de dorpen Ter Apel en Nieuw-Weerdinge zou fors moeten afnemen. Hoe werkt dat en wie komen er precies?
Wie komen straks in die pbl terecht? Alleen de overlastgevers?
Nee. Alle asielzoekers die zich melden in Ter Apel en weinig kans hebben om hier een verblijfsvergunning te krijgen, moeten voortaan worden opgevangen in de nieuwe sobere opvang pbl. Dat zijn dus niet allemaal overlastgevers, maar uit de cijfers blijkt wel dat verreweg de meeste overlast wordt veroorzaakt door asielzoekers uit deze groep. In de pbl doorlopen zij een versnelde procedure, waarvoor ze de hele dag beschikbaar moeten zijn. Zo hebben deze ‘kansarme’ asielzoekers nauwelijks nog gelegenheid om buiten het azc problemen te veroorzaken, mochten ze daar op uit zijn. Ze worden niet opgesloten, maar als ze niet verschijnen op afspraken verliezen ze hun recht op opvang.
Kansarmen? Het zijn toch steeds de veiligelanders die overlast veroorzaken?
De meeste overlast wordt veroorzaakt door jongemannen uit Noord-Afrika: Marokko, Tunesië, Algerije. In het verleden werden zij vaak ‘veiligelanders’ genoemd, maar sinds 2021 staat Algerije in Nederland niet meer te boek als veilig land. Desondanks wordt de overgrote meerderheid (95 procent) van de asielaanvragen van Algerijnen afgewezen. Op basis van dat afwijzingspercentage worden ook Algerijnen die asiel aanvragen voortaan opgevangen in de pbl.
De verzamelnaam ‘kansarme asielzoekers’ geldt dus niet alleen voor veiligelanders. Naast Algerijnen vallen ook de zogeheten ‘Dublinclaimanten’ onder deze groep. Dat zijn migranten die eerder al in een ander veilig land asiel hebben aangevraagd, en volgens internationale afspraken dan daarnaartoe moeten worden teruggestuurd.
Wie bepaalt eigenlijk of een land veilig is?
Dat doet de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. Nederland gebruikt een lijst met veilige landen van herkomst. Asielzoekers uit deze landen hebben vrijwel nooit recht op bescherming. Op de lijst staan landen waar volgens de Rijksoverheid over het algemeen geen sprake is van vervolging vanwege bijvoorbeeld ras of geloof, foltering of onmenselijke behandeling. De staatssecretaris beoordeelt de situatie in een land op basis van internationale rapportages.
Het kan zijn dat vluchtelingen uit veilige landen wél recht hebben op asiel, bijvoorbeeld omdat ze worden vervolgd vanwege politieke overtuiging of seksuele geaardheid. Daarom moeten alle aanvragen door de Immigratie- en Naturalisatiedienst worden beoordeeld. De groep die overlast veroorzaakt maakt daar misbruik van door een kansloze asielaanvraag te doen en gedurende de procedure te profiteren van het recht op opvang. Met een versnelde procedure en versoberde opvang met beperkte bewegingsruimte wordt geprobeerd deze groep snel af te wijzen of, nog beter, af te schrikken om überhaupt een asielaanvraag te doen.
Waarom sluiten we deze groep niet op? Of weren we ze al aan de grens?
Omdat volgens internationale vluchtelingenverdragen iedereen het recht heeft om een asielaanvraag te doen en dus ook een Marokkaan vanwege politieke vervolging recht kan hebben op bescherming. En iemand die geen strafbare feiten heeft gepleegd mag je volgens de wet niet opsluiten.
In de nieuwe migratiedeal van de Europese Unie is wel afgesproken dat asielzoekers uit veilige landen aan de Europese buitengrenzen worden vastgezet terwijl ze hun procedure doorlopen. Daarop is kritiek van mensenrechtenorganisaties. Als die deal werkelijkheid wordt, wat nog wel een paar jaar kan duren, zouden migranten uit veilige landen Nederland alleen nog moeten kunnen bereiken als ze daadwerkelijk worden vervolgd. Probleem daarbij is overigens ook dat niet alle Europese landen dezelfde lijst van veilige landen hanteren. De lijst van Nederland is het langst.
Is de overlast in Ter Apel en Nieuw-Weerdinge met de komst van de pbl opeens opgelost?
Dat zal de komende weken en maanden moeten blijken. De pbl wordt langzaam opgebouwd om rustig te kijken hoe deze nieuwe methode uitwerkt. In de eerste periode verblijven er in Ter Apel ook nog kansarme asielzoekers in de reguliere opvang, dus het effect zal in ieder geval niet direct merkbaar zijn. Dit was eigenlijk niet de bedoeling, maar het COA (Centraal Orgaan Asielzoekers) had te veel tijd nodig om iedereen te laten uitstromen en vanwege de grote problemen met overlast was nog langer uitstel van de pbl geen optie. Gedurende de overgangsperiode is extra inzet van politie en marechaussee toegezegd.
In de pbl is in eerste instantie plek voor vijftig asielzoekers, wat kan worden uitgebouwd naar honderd. Het is de vraag of dat genoeg is om alle nieuwe kansarme asielzoekers op te vangen. De hoop is dat ook andere gemeenten op korte termijn een pbl openen, als de ervaringen in Ter Apel positief zijn.