Bestuursvoorzitter Frank Candel en zijn collega Sadhia Rafi van VluchtelingenWerk voorafgaand aan het kort geding in Den Haag.
De Staat en het COA erkennen dat de noodopvang voor asielzoekers onder de maat is.
Het heeft echter geen zin hen te bevelen de omstandigheden binnen een paar dagen te verbeteren, zo zei de landsadvocaat tijdens een kort geding van VluchtelingenWerk. Iedereen doet namelijk z’n best.
Verbeter de omstandigheden voor asielzoekers in de noodopvang en de crisisnoodopvang. Stop met het plaatsen van kwetsbare asielzoekers in deze als tijdelijk bedoelde opvangplekken zoals sporthallen en tenten. Zorg voor voldoende geschikte plekken om alleenstaande asielkinderen op te vangen.
Zo klonken de eisen van VluchtelingenWerk in het kort geding dat het had aangespannen tegen de Staat en het COA. „In dit jaar zijn we van 0 naar 72 noodopvanglocaties en een onbekend aantal crisisnoodopvanglocaties gegaan”, zei advocaat Tom de Boer namens de stichting.
In de noodopvang zitten nu 12.400 asielzoekers. In de crisisopvang, waar de omstandigheden nog schraler zijn, verblijven inmiddels 5750 asielzoekers. Op deze noodlocaties verblijven zo’n drieduizend kinderen. „Onhoudbaar”, vond VluchtelingenWerk.
Flexwoningen
Het niveau van de opvang is inderdaad lager, beaamde landsadvocaat Elisabeth Pietermaat. „Soms veel lager dan we gewend waren en wat de Staat en het COA wenselijk vinden.” Toch is de kwaliteit van de opvang in Nederland ’over het algemeen dik in orde’. Bovendien is er ’volledige urgentie’ bij het Rijk, het COA en de gemeenten om de asielcrisis op te lossen, zei Pietermaat.
Zo is er een afsprakensysteem gekomen voor wie zich aanmeldt in Ter Apel, zodat niemand meer buiten hoeft te slapen. Voor de 17.000 statushouders die nu nog in de asielopvang zitten, worden versneld flexwoningen gebouwd. Verder is er met de veiligheidsregio’s afgesproken dat er 5625 noodopvangplekken bij komen en is er wetgeving in de maak om gemeenten desnoods te dwingen asielzoekers op te vangen.
Het is een onderdeel van een plan om de asielketen om te vormen. Zoiets versnel je niet even met een rechtszaak, zei Pietermaat. Sowieso kunnen asielzoekers zelf al naar de bestuursrechter stappen als ze het ergens niet mee eens zijn. De Staat vindt VluchtelingenWerk dan ook niet ontvankelijk. Bovendien: stel dát de rechter daadwerkelijk oordeelt dat aan de noodopvang een einde moet komen. „Dat kan ertoe leiden dat mensen straks helemáál niet worden opgevangen.”
Lege gebouwen
Volgens VluchtelingenWerk hoeft het helemaal geen probleem te zijn om extra asielopvang van goede kwaliteit te scheppen. Zo staat 5,3 procent van het rijksvastgoed leeg, 650.000 vierkante meter bij elkaar. Zou je daarvan de helft benutten, dan heb je ’30.000 kwalitatief volwaardige opvangplekken’, zei De Boer. Onzin, vond de landsadvocaat. „Leegstand betekent niet dat je daar onmiddellijk mensen in kunt zetten.” Bovendien voldoen de gebouwen vaak niet aan de eisen voor bijvoorbeeld brandveiligheid.
Ook over de situatie van kinderen in de noodopvang en in Ter Apel hoeven we niet moeilijk te doen, zei een medewerker van het COA. „Dat zijn er veel. Veel te veel.” In Ter Apel verblijven nu 250 alleenstaande asielkinderen, terwijl er eigenlijk maar plek is voor 55. In het land zijn voor hen 1800 plekken beschikbaar, vijfhonderd te weinig. Ook hier wordt met man en macht gewerkt om de situatie te verbeteren. „Het is de moeilijkste groep om onder te brengen. Je kunt ze niet zomaar ergens plaatsen”, zei de landsadvocaat. De sector kampt met personeelstekort. Wel houdt het COA nauwgezet zicht op hen.
Met andere woorden, besloot de landsadvocaat: VluchtelingenWerk kan wel eisen, maar waartoe moet zoiets leiden? „Het heeft weinig zin de Staat een bevel te geven dat hij niet kan nakomen.”