Na Nederland gaan ook Duitsland en Denemarken meer doen tegen lichtvervuiling in het Waddengebied. Dat wordt woensdag bekrachtigd op de Waddenzeeconferentie in Wilhelmshaven.
,,Wij moeten als Wadden Sea Board een strategie gaan bedenken om duisternis te bevorderen”, zegt Henk de Vries. Hij is directeur van It Fryske Gea, maar ook lid van het Wadden Sea Board, het bestuursorgaan van de trilaterale samenwerking tussen Nederland, Duitsland en Denemarken. ,,Het wordt tijd dat wij hier serieuzer werk van maken.”
De Vries was er al bij toen in 2016 in Zwarte Haan een grote groep organisaties in een intentieverklaring erkende dat duisternis heel erg van belang is voor mens en natuur. Nederland nam toen het voortouw tegen lichtvervuiling in de Waddenregio, zegt programmamanager Sonja van der Graaf van ‘Naar een Rijke Waddenzee’. ,,Lichtvervuiling kan 30 kilometer ver reiken. Nederland was een van de landen met de meeste lichtvervuiling ter wereld, terwijl het Waddengebied tot de donkerste gebieden van Europa behoort.”
Minder verlichting met behoud van veiligheid
,,Overal waren al initiatiefjes, het is van belang om het samen te doen”, vervolgt Van der Graaf, die opmerkt dat duisternis volop kansen biedt op toeristisch gebied. ,,Nachtwandelingen, ‘s nachts met de boot het water op. In de Randstad zie je geen Melkweg.” Ze vindt het heel goed dat nu ,,op trilateraal niveau” de waarde van duisternis in het Waddengebied erkend wordt. Meer dan veertig instanties zetten daar een handtekening onder. Van gemeenten en havens tot universiteiten en natuurbeschermers.
Met behulp van satellieten en Sky Quality Meters zal de Rijksuniversiteit Groningen de stand van de duisternis in kaart brengen, zegt De Vries. Aan een bepaald percentage waarmee de lichtvervuiling moet afnemen, waagt hij zich niet. ,,Substantieel, dat wel.”
Minder verlichting met behoud van veiligheid, luidt het credo. De Waddenzee is nog altijd ,,net een kermis”, zoveel licht als er brandt, zegt De Vries. ,,Natuurlijk, de vuurtoren is de laatste die je afschrijft. Maar verder is er wel een slag te maken, daarvoor is al heel veel slimme techniek beschikbaar.” Met sensoren is bijvoorbeeld een hoop op te lossen. ,,Zoals bij het toilet van de sportvereniging het licht aangaat als je binnenkomt, zo kan dat ook in de openbare ruimte.”
Minder licht betekent bovendien minder stroomgebruik en minder CO2-uitstoot, vervolgt De Vries. Daarnaast kan fel, wit licht worden vervangen door diervriendelijker groen licht.
‘Met minder licht, zie je meer’
Bij de overvloed aan licht zit een hoop gewenning, stelt Van der Graaf. ,,Licht geeft een veiliger gevoel, maar het is lang niet altijd veiliger. Als je van heel licht naar donker gaat, zie je bijna niks. Je ogen passen zich aan. Met minder licht zie je meer.” Momenteel ligt er bij een Europees Noordzee-programma een aanvraag van 4,2 miljoen euro subsidie voor een proef naar het donkerder maken van havens in Brest, Lauwersoog, Holwerd, Norddeich, Hamburg en Esbjerg.
Het Lauwersmeergebied is al een aantal jaren officieel een duisternispark. De aangrenzende haven wil al enige jaren de lichtvervuiling aanpakken. Inmiddels is een een scan gedaan hoe de verlichting nu is, zegt Van der Graaf. ,,Je moet altijd rekening houden met sociale veiligheid. Lauwersoog heeft bijvoorbeeld last van illegale stortingen, die moet je niet makkelijker maken. Maar ook zoiets kun je misschien oplossen met sensoren, dat gaan we uitvinden. Andere havens kunnen later van de bevindingen profiteren.”