De zwaar beschadigde Fremantle Highway. Foto: ANP/Vincent Jannink
Het grotendeels uitgebrande rampschip Fremantle Higway is door de nieuwe eigenaar omgedoopt tot Floor. Om te voorkomen dat Floor in de hoogovens van Tata Steel belandt, diende vrijdag een kort geding in Den Haag.
Koole is die nieuwe eigenaar. Het bedrijf wil Floor naar China brengen, de sleepboot ligt klaar maar de Staat ligt dwars. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) vindt of ze nou Fremantle Highway of Floor heet, het sinds een verwoestende brand geen schip meer is maar afval en daarom vanwege Europese wetgeving niet voor reparatie naar China mag varen.
De Fremantle vloog eind juli vorig jaar brand uitbrak toen het op zee ten noorden van Ameland voer. Aan boord waren 3784 luxe dure auto’s, waarvan zo’n 2800 al in de ovens van Tata Steel belandden. De overige ging terug naar de fabrikanten.
Koole kocht het later voor het symbolische bedrag van 1 euro van de Japanse eigenaar, Luster Maritime. Koole wil het in 2013 gebouwde schip weer opknappen en doorverkopen. Er is al een overeenkomst getekend met Qingshan, een Chinese werf voor een verkoop van 11 miljoen euro.
Elke dag dat Floor blijft kost 29 mille
Vertraging van Floors reis naar de nieuwe koper kostte Koole tot nu al 121.000 euro. De sleepboot ligt klaar en het speciaal transportschip ook. Elke dag langer aan de kade in Rotterdam kost Koole 29 mille euro.
Mr. De Jager, de advocaat van Koole toonde zich tijdens het kort geding verbaasd dat ILT nu opeens schip ‘gevaarlijke afvalstoffen’ beschouwt. Hij legde uit dat Koole handhaving van het uitvoerverbod vreest omdat als Floor niet op tijd in China komt, de koper het contract kan ontbinden. Koole wil niets liever dat het schip weer in de vaart komt.
‘Kans op door midden breken van schip’
Bij de brand zijn de dekken 5 tot en met 12 totaal vernield. De ‘bovenkant’ moet eraf, alleen de 4 onderste dekken zijn nog in tact. Bovendien zou als de bovenkant er in Nederland wordt afgehaald het schip instabiel worden en mogelijk in tweeën kunnen breken als er mee naar China wordt gevaren, waarschuwde De Jager.
Volgens De Jager vreest ILT ten onrechte dat het afval in China niet op een goede wijze wordt verwerkt en in het milieu terechtkomt. De Chinezen hebben er alle belang bij om Floor op te kalefateren, want er is een tekort aan autovrachtschepen. Bovendien duurt reparatie acht maanden en nieuwbouw al gauw zes jaar. Bovendien is dat vele malen duurder.
Landsadvocate mr. Nielen vroeg zich af of Floor nog wel een schip is met het oorspronkelijke doel. Niet volgens Europese regels, volgens haar. Ook de Staat wil graag dat schip weer in de vaart komt.
Bovendien kan het schip ook in Nederland of het buitenland gerepareerd worden. Ze wees op een offerte van de werf van Damen in Rotterdam en naar landen als Turkije, Japan en Zuid-Korea. De Staat gelooft het nieuwe argument niet dat bij het vervoer naar China gevaar is op het doormidden breken van Floor als de bovenkant er hier wordt afgehaald en dan de zee op gaat.
‘Staat wil hoe dan ook niet dat Floor naar China gaat’
Volgens de landsadvocate zou zelfs als China het geen afval vindt, het wettelijk nog niet mogelijk zijn om het rampschip te laten gaan. De Staat zal een uitvaarverbod eisen en vindt ook dat Koole naar bestuursrechter moet, en niet hier bij de kort geding-rechter zijn.
Mr. De Jager: „Het lijkt er op dat de Staat eigenlijk wil dat het schip helemaal wordt gestript en dan nóg steeds niet naar China mag.”
Volgens Koole zijn er helemaal geen gevaarlijke vloeistoffen aan boord. „Ja de motoren draaien iedere dag. WC’s en douches zijn er al uit. Het is alleen nog staal en motoren.”
Volgens een ILT-expert zijn wel gevaarlijke stoffen aan boord. „Minimaal 100 ton brandstof voor motoren. En er zijn nog computers en lampen aan boord, dat is volgens de Europese wet afval, en zelfs gevaarlijk afval.”
Volgens de Staat is het is ‘een risicovolle keus geweest om Floor naar China te sturen’. Dat er een contract bestaat met een koper daar, maakt wel uit voor de zekerheid over wat er met Floor in China gebeurt, erkent landsadvocate op vragen van de rechter.
De kort geding-rechter zei dat hij hiervoor een zaak over een kat had en daarmee snel klaar was. „Hier moeten we wel even over nadenken.” Zijn vonnis over Floors toekomst hoopt hij over twee weken, 5 april, uit te spreken.