Een Perzische kat, ter illustratie. Beeld: Shutterstock
Dieren zijn alles voor hem. Toch wordt een 77-jarige man uit Leek veroordeeld voor het niet goed zorgen voor Speedy, de Perzische kat die hij 16 jaar heeft gehad.
Hij noemde de aantijgingen donderdagochtend ‘flauwekul’. Speedy zou, zoals katten doen als ze hun laatste uur voelen naderen, zelf een plekje hebben gezocht om te sterven. De enige schuld die de Leekster bekende waren de veel te lange, omgekrulde nagels: ,,Die had ik moeten zien.”
Maar het Openbaar Ministerie (OM) en de politierechter vonden dat er wel iets meer aan de hand was. De sterk vermagerde en ziek ogende kat werd vorig jaar november in Lettelbert gevonden, op zes kilometer van de woning van de man. Een afstand die een dier in die conditie met zulke lange nagels niet zelfstandig zou kunnen afleggen.
Sectie door een dierenarts wees ook uit dat de conditie zeer slecht was. Speedy woog slechts 1,75 kilo, terwijl dat voor een Perzische kat tussen de 3,5 en 4 kilo moet zijn. De vacht was slecht verzorgd en vervilt en het dier kreeg duidelijk te weinig medische zorg.
Ernstige longaandoening
De kat is, aldus het rapport, vrijwel zeker overleden aan een ernstige longaandoening. Dat is onder meer zichtbaar door pus die uit neus en ogen stroomt. Een eigenaar moet dat zien. De voor de politierechter ‘ongebruikelijke zaak’ kwam aan het rollen toen de dierenambulance op 19 november vorig jaar een verwaarloosde kat in Lettelbert ophaalde.
Een medewerker zag diezelfde dag een oproep op Facebook van de schoondochter van de verdachte. Ze vroeg of mensen het dier hadden gezien. De man van de dierenambulance deed aangifte, omdat in het bericht stond dat de verdachte zou hebben gezegd dat hij Speedy had gedumpt.
,,Klopt niet’’, zei de verdachte man. Speedy was volgens hem ontsnapt toen de man boodschappen uit de auto haalde. Hij kreeg hem niet te pakken en wachtte tot de kat zelf weer terugkwam. Hoe de kat in Lettelbert belandde, bleef een raadsel.
Op de laatste benen
De verdachte ontkende ook dat Speedy ziek was. ,,De kat was 16 jaar, liep op de laatste benen en is altijd mager geweest. Er staan de hele dag brokken, er is blikvoer en water. Ik heb vier honden, die krijgen ook voldoende eten.’’ Uit onderzoek bij hem thuis bleek inderdaad dat het de honden goed gaat.
De relatie tussen schoondochter en verdachte was volgens hem ook nog goed. Ondanks dat zij met haar Facebook-bericht de dierenambulance alarmeerde. ,,Ze vond het vreemd dat ik daarvoor naar de rechtbank moest. ‘Heb ik aan jou te danken’, zei ik.’’
Het al dan niet dumpen bleek niet meer van belang. Er was volgens het OM voldoende bewijs voor verwaarlozing, inclusief het onthouden van medische zorg. De richtlijnen van justitie voorzagen in ‘pittige eisen’, een taakstraf van 80 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van een maand. ,,Die kat heeft geleden, daar moet iemand voor boeten.’’
‘Laat me maar zitten’
Bijkomende eis was dat de verdachte drie jaar lang moet meewerken aan een halfjaarlijkse controle, om te kijken of hij de overige dieren – en daar mocht trouwens best eentje bijkomen – goed verzorgde. De Leekster liet weten niks voor een taakstraf te voelen. ,,Ik ben hartpatiënt, kan nog geen twee kilometer lopen. Laat me maar zitten, word ik ook nog verzorgd.’’
Bewezen kon niet worden dat Speedy te weinig eten en drinken kreeg, wel dat er onvoldoende medische zorg is geweest. En dat is strafbaar. Een eigenaar is verplicht goed voor een dier te verzorgen.
De rechter vond taakstraf en gevangenisstraf een brug te ver. Een straf moest er echter wel komen, dus kwam er een boete van 1000 euro, waarvan 500 voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. In die periode wordt elk half jaar gecontroleerd of het goed gaat met de andere dieren van de Leekster. Hij knikte: ,,Heb ik geen moeite mee.’’