Minister Marjolein Faber Asiel en Migratie staat de pers te woord na een bezoek aan het aanmeldcentrum voor asielzoekers in Ter Apel. Foto: ANP/Vincent Jannink
Het kabinet wil de asielcrisis uitroepen. Of dat juridisch kan is zeer de vraag, maar de Nederlandse bevolking is in meerderheid voor. Is deze crisis vooral een gevoel, of voldoende gebaseerd op feiten om noodwetgeving mogelijk te maken?
Het uitroepen van een asielcrisis door het kabinet zou terecht zijn. Dat vindt 68 procent van de Nederlanders, volgens onderzoek van opiniepeiler Gijs Rademaker. Het is een overtuigende meerderheid, die aangeeft dat een andere koers op asielbeleid breed gedragen is. Het gevoel dat een hoge instroom van asielzoekers ontwrichtend werkt op terreinen als de woningmarkt, onderwijs, zorg en sociale samenhang schreeuwt om actie.
Deze regering wil daarom een asielcrisis uitroepen en een asielcrisiswet invoeren die bestaande wet- en regelgeving tijdelijk aan de kant kan schuiven. Het gaat om maatregelen die tornen aan fundamentele rechten van mensen: zoals de stop op het behandelen van asielaanvragen en het beperken van gezinshereniging.
Alleen onder ‘buitengewone omstandigheden’
Wie dat wil, moet juridisch van goede huize komen. Alleen onder ‘buitengewone omstandigheden’ kunnen bepalingen uit de eigen Vreemdelingenwet terzijde worden geschoven. En dan zijn er nog de Europese regels en afspraken waar Nederland zich aan verbonden heeft én internationale mensenrechtenverdragen waar de Nederlandse handtekening onder staat. Het vorige kabinet achtte zo’n noodwet nog onmogelijk, omdat die buitengewone omstandigheden al een oorlog of andere bedreiging van de nationale veiligheid of gezondheid zouden moeten zijn.
De nieuwe regering ziet wél juridische gronden om een asielcrisis uit te roepen. „Die wet komt er”, verzekerde premier Schoof al. Op basis waarvan is nog de vraag. Het gevoel dat er een ernstige crisis gaande is, wordt gevoed door verhalen en beelden over buitenslapers in Ter Apel, wanhopige woningzoekers, bestolen winkeliers, overbelaste gemeenten en veranderende wijken. Maar gevoel is niet genoeg. Een zo verregaande asielcrisiswet zal gebaseerd moeten zijn op harde cijfers én een analyse van alle oorzaken die ten grondslag liggen aan de problemen.
Buitenslapers in Ter Apel in de zomer van 2022. Foto: ANP
Hoe uitzonderlijk is de hoge asielinstroom?
Belangrijkste reden om te spreken van een asielcrisis is de instroom. Na de coronacrisis is de instroom van asielzoekers sterk toegenomen. Het aantal verblijfsvergunningen dat werd toegekend lag vóór corona rond de 12.000. In 2022 was dat gestegen tot 29.000. In 2023 werden bijna twee keer zoveel asielaanvragen ingediend als in 2019: in totaal 48.500.
De instroom is inderdaad hoog. Als je verder terugkijkt naar de laatste decennia is dat niet uitzonderlijk. Asielinstroom komt in pieken en dalen. Er was een korte piek in 2015, een lange piek aan het eind van vorige eeuw. Migratiewetenschappers verwachten dat ook na deze piek weer een daling zal volgen. De laatste maanden is de instroom lager dan de afgelopen jaren, maar die periode is nog te kort om van een trend te spreken. Aan het begin van het jaar kwamen juist opvallend veel asielzoekers naar Nederland.
Net zoveel asielzoekers als in de rest van Europa
Om te bepalen of er sprake is van een uitzonderlijke crisis in Nederland moeten we niet alleen terugkijken, maar ook om ons heen. Komen er veel meer asielzoekers naar Nederland dan naar de rest van Europa? Nee. Europese landen krijgen de afgelopen jaren gemiddeld 8650 asielaanvragen per miljoen inwoners.
Nederland zit rond dat gemiddelde, en kan op basis daarvan moeilijk een uitzonderingspositie bedingen in de Europese Unie. Wel is het Nederland het ‘toekenningspercentage’ (hoeveel asielaanvragen worden goedgekeurd) hoger dan gemiddeld, wat onder meer te maken heeft met het grote aandeel Syriërs in de asielinstroom. Zij krijgen vrijwel altijd een verblijfsvergunning.
De asielinstroom mag dan gemiddeld zijn naar het aantal inwoners, Nederland is wel een dichtbevolkt land waar de ruimte schaars is. Dat wordt regelmatig als argument gebruikt voor de stelling dat Nederland vol is. Kijk maar naar het woningtekort: wij kunnen simpelweg niet nog meer mensen huisvesten. De bevolkingsgroei in Nederland wordt veroorzaakt door migratie, dat legt druk op de woningmarkt. Daarbij is het belangrijk om onderscheid te maken tussen asielmigranten en andere migranten. Van het totale aantal immigranten komt iets meer dan 10 procent voor asiel.
Groot tekort aan opvangplekken
Wel is het zo dat asielzoekers die een verblijfsvergunning krijgen over het algemeen langer in Nederland blijven dan arbeidsmigranten. Bovendien maken zij meer gebruik van sociale voorzieningen als uitkeringen en toeslagen dan arbeidsmigranten. Van de Syrische Nederlanders is 38 procent afhankelijk van een uitkering, onder de algemene bevolking is dat 3 procent. Bij de kinderen van migranten neemt de uitkeringsafhankelijkheid over het algemeen af.
Duidelijk is dat er een groot tekort is aan opvangplekken voor asielzoekers. Het aantal bewoners in COA-locaties is gestegen van 27 duizend in 2019 naar bijna 70 duizend. Ongeveer de helft van deze mensen verblijft in noodopvang. De verwachting is dat het COA op 1 januari 2025 bijna 90 duizend opvangplekken nodig heeft en een jaar later ruim 130 duizend.
Die groei wordt niet alleen veroorzaakt door hoge instroom, maar ook door gebrek aan doorstroom: er zijn te weinig woningen voor de vluchtelingen die een verblijfsvergunning hebben gekregen, waardoor deze statushouders langer in asielzoekerscentra verblijven.
Asielzoekers komen aan in Ter Apel Foto: ANP
Problemen door vluchtelingen stroom of overheidsbeleid?
Bij de beoordeling of we te maken hebben met een asielcrisis die noodwetgeving rechtvaardigt gaat het over meer dan cijfers. Als we het hebben over het tekort aan woningen en opvangplekken in Nederland wordt vaak het woord ‘crisis’ gebruikt. Logisch: jongvolwassenen hebben grote moeite een eigen huis te vinden, asielkinderen verpieteren in noodopvang.
Voordat je volgens de wet kunt spreken van een crisis, moet je ook kijken naar de oorzaken. Is Nederland in problemen gekomen door onvoorziene situaties zoals een oorlog, pandemie of een ongekend hoge vluchtelingenstroom? Of zijn de problemen gevolg van eigen beleid?
Bij de opvang van Oekraïners werden gemeenten inderdaad overvallen. Poetin startte een oorlog en plotseling was er een grote vluchtelingenstroom: in 2022 ving Nederland 100 duizend Oekraïners op. Die Oekraïense vluchtelingen worden niet gerekend tot de asielinstroom. Voor hen geldt een aparte regeling, die niet zal vallen onder een eventuele asielcrisiswet.
Bezuinigingen op COA en IND
De tekorten in de ‘reguliere asielopvang’ worden maar ten dele veroorzaakt door de hoge instroom, die bovendien niet heel uitzonderlijk is. De Nederlandse regering heeft er na de vorige piek van Syrische vluchtelingen in 2015 voor gekozen om opvanglocaties te sluiten, terwijl te voorzien was dat de instroom ook weer zou toenemen omdat dat altijd zo is gegaan. Eind 2015 had het COA ruim 47 duizend opvangplekken, begin 2018 nog maar 20 duizend.
Ook op de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is in tijden van lage instroom sterk bezuinigd waardoor gekwalificeerd personeel is ontslagen. Als gevolg daarvan heeft de dienst tekort aan personeel om alle asielaanvragen te beoordelen. Dat maakt dat meer mensen langer wachten in azc’s.
Verschil met 2015 is het woningtekort
Maar zelfs als het COA na 2015 niet was gekrompen, zou de organisatie nog steeds bedden tekort komen. In 2015 waren er bijna 50 duizend opvangplekken, nu zijn dat er met 70 duizend nog te weinig. Het belangrijkste verschil met 2015 is niet de instroom, maar het woningtekort.
Van die 70 duizend zijn bijna 20 duizend statushouders die wachten op een huis. Het woningtekort in Nederland is deels veroorzaakt door bevolkingsgroei als gevolg van migratie, waarvan asielmigratie 10 procent uitmaakt. Wat ook meespeelt is dat we met steeds minder mensen in één huishouden wonen. Daarnaast is er, als gevolg van economische recessie, overheidsbeleid, regelgeving en de stikstofproblematiek de laatste twee decennia te weinig gebouwd.
Bedreiging voor nationale veiligheid of gezondheid?
Zijn dit ‘buitengewone omstandigheden? Vormen de problemen rond asiel een bedreiging voor nationale veiligheid of gezondheid? De meerderheid van de Nederlanders vindt van wel, blijkt uit de opiniepeiling. Of het ook een asielcrisiswet rechtvaardigt zullen de juristen de komende tijd gaan uitvechten.
Als het al lukt de eigen Vreemdelingenwet te omzeilen, is Nederland nog steeds gebonden aan Europese afspraken en internationale mensenrechtenverdragen. Binnen de Europese Unie is de Nederlandse asielinstroom geen buitengewone situatie dus daar zullen waarschijnlijk geen uitzonderingen gemaakt worden.
Aan de andere kant: Nederland zou niet de eerste lidstaat zijn die regels en afspraken schendt of op zijn minst ruim interpreteert. België weigert opvang aan alleenstaande mannen, Duitsland voert langer grenscontroles uit dan volgens het Schengenverdrag is toegestaan. Voor de rechter houdt het geen stand, maar er gaat veel tijd overheen voordat zo’n uitspraak er ligt, en ook daarna is er geen directe handhaving.
Het respecteren van de rechtsstaat
Overheden kunnen er, in ieder geval tijdelijk, voor kiezen om het niet zo nauw te nemen met wetgeving, internationale afspraken en mensenrechten. Maar deze coalitie heeft voor de vorming van het kabinet juist lang gesproken over de rechtsstaat en heeft duidelijk uitgesproken zich te zullen houden aan nationale en internationale wet- en regelgeving. Nergens zal het kabinet daarbij over zo’n dun koordje lopen als bij het uitroepen van een asielcrisiswet.