Een boei in de Eems markeert het uiteinde van de VKA-pijp. De lozing vindt plaats onder de waterspiegel. Foto Rutger van der Meij
Inwoners van Groningen en Drenthe betalen al jaren mee aan lozingen van vervuild water in het Waddengebied.
Inwoners van waterschap Hunze en Aa’s blijken op te draaien voor bijna de helft van de kosten van de ‘smeerpijp’ waarmee Groningse bedrijven hun afvalwater lozen op de Eems, Dollard en zo uiteindelijk in de Waddenzee.
De Veenkoloniale Afvalwaterleiding (VKA), zoals de pijp officieel heet, is eigendom van Hunze en Aa’s. Tussen 2011 en 2022 was het waterschap 4,3 miljoen euro kwijt aan gebruiks- en onderhoudskosten. De vijf bedrijven die de leiding exclusief gebruiken, droegen daaraan slechts 2,3 miljoen euro bij. De inwoners van Hunze en Aa’s betaalde via de waterschapsbelasting de resterende 2 miljoen.
De lozende bedrijven zijn zetmeelfabrikant Avebe en kunststofproducent Plixxent in Foxhol, zoutverwerkers Nedmag en Kisuma in Veendam en het datacenter van Google in de Eemshaven. Deze krant onthulde vorig jaar dat er via de VKA jaarlijks honderden kilo’s zware metalen in de Dollard en de Waddenzee verdwijnen. Die stoffen zitten hoofdzakelijk in het afvalwater van Nedmag: het gaat ook om schadelijk kwik en lood.
De VKA-kosten leiden tot een oeverloze discussie tussen de lozende bedrijven, het waterschap Hunze en Aa’s en de provincie Groningen. Na zeker acht jaar overleg is nog steeds niet besloten hoe de rekening precies moet worden verdeeld. Het directe gevolg is dat een groot deel van de kosten al jaren terechtkomt bij inwoners van Groningen en Drenthe.
Het waterschap vindt het zelf niet terecht dat burgers financieel opdraaien voor de VKA, en wil al jaren dat de bedrijven zelf meer bijdragen. In 2016 stapte Hunze en Aa’s naar de rechter. Kosten ‘worden afgewenteld op de ingezetenen van het waterschap’, beargumenteerde het waterschap toen in de rechtbank, ‘...hetgeen ongerechtvaardigd is, omdat alleen de bedrijven gebruik maken van de VKA’.
Illustratie: Gerco van Beek
De rechtbank oordeelde dat het lozen van afvalwater door bedrijven geen ‘publieke taak’ is die bij een waterschap hoort. De bedrijven zouden dus een dekkende vergoeding moeten betalen. Daarover moesten Hunze en Aa’s en de bedrijven samen maar gaan overleggen, adviseerde de rechter.
Inmiddels is het acht jaar later, is het waterschap nog steeds eigenaar en blijven burgers maar betalen voor industriële lozingen. Waarom duurt het allemaal zo lang?
Druk op de ketel
,,Wij willen er gewoon van af. Punt.” Dijkgraaf Geert-Jan ten Brink van Hunze en Aa’s betaalt ook waterschapsbelasting. En omdat hij woont in zijn ‘eigen’ waterschap, betaalt hij dus zelf mee aan de VKA. Wel gaat het - omdat het jaarlijkse tekort van gemiddeld 170.000 euro over alle bewoners wordt uitgesmeerd - om maar een klein bedrag, zegt hij.
,,Bij mij thuis heb je het over 75 cent per jaar extra. En een eenpersoonshuishouden betaalt een kwartje. Dat dus even ter relativering. Maar los daarvan vinden wij het vanuit principieel opzicht not done dat de belastingbetaler kosten betaalt die bedrijven maken.”
Als eigenaar van de VKA kan het waterschap druk op de ketel zetten bij de lozende bedrijven. En dat gebeurt aanvankelijk ook, na de uitspraak van de rechtbank in 2016.
Hoewel de rechter dan oordeelt dat de bedrijven genoeg tijd moeten krijgen om zich voor te bereiden op een kostenstijging, of misschien wel afsluiting van de VKA, zijn de bedrijven het niet eens met de uitspraak. Ze zeggen plannen te hebben voor een hoger beroep.
Maar in 2017 deelt het waterschap mee dat het lozen via de VKA per 1 januari 2022 zal worden gestopt. De bedrijven moeten voor die tijd maar met een alternatief komen.
Ondertussen ziet de provincie Groningen de VKA niet graag verdwijnen, want de bedrijven die op de pijp zijn aangesloten zijn belangrijk voor de werkgelegenheid. Het provinciebestuur wil een ‘gedragen oplossing’ waar iedereen zich in kan vinden.
Dus start de provincie een onderzoek dat moeten uitwijzen op welke manier de pijp toch kan blijven bestaan, zonder dat de burger ervoor betaalt. In 2019 concluderen die onderzoekers dat het eigendom het best kan overgaan naar Groningen Seaports, de havenbeheerder van Delfzijl en Eemshaven.
Ook Seaports vindt het belangrijk dat de VKA er is. Zonder deze pijp was het bijvoorbeeld niet gelukt om het datacenter van Google naar de Eemshaven te halen. Het datacenter moet zijn koelwater kwijt, en dat kan mooi dankzij de nabijgelegen VKA.
En dan zijn er nog de ambities om van Groningen een waterstofprovincie te maken. Waterstof dat wellicht in de Eemshaven wordt geproduceerd, en misschien wel kan worden opgeslagen in de ondergrondse zoutcavernes bij Veendam. Laat de VKA daar nu precies tussenin liggen.
Maar eind 2020 trekt Seaports zich toch terug. Wie eigenaar is van het VKA, ‘mag’ de pijp onderhouden of vervangen. Maar het geeft juridisch niet het recht om het tracé uit te breiden met een nieuwe buis. Als het zo zit, concludeert de havenbeheerder, dan heeft het voor ons ook geen meerwaarde om eigenaar te worden.
Impasse
En zo verandert er, vier jaar na de uitspraak van de rechter, helemaal niks. Het lozen van industriewater is volgens het vonnis geen taak van Hunze en Aa’s, maar toch gebeurt het. Het wordt 2021. Dat jaar zullen de inwoners van het waterschap, via hun belastingen, 189.000 euro voor de VKA betalen. Ter vergelijking: de lozende bedrijven betalen samen 146.000 euro.
De provincie en het waterschap willen de impasse doorbreken. Weer komt er een onderzoek. Dat leidt nog datzelfde jaar tot een intentieovereenkomst tussen bedrijven, provincie en waterschap.
De bedrijven zeggen te zullen afzien van hun hoger beroep en zijn ze bereid om gezamenlijk, per 1 januari 2022, alle kosten te dragen. Ook zullen ze samen 10 miljoen euro reserveren om de VKA te vervangen op het moment dat dat nodig is. Als dat allemaal geregeld is, krijgen de bedrijven de zekerheid dat ze de pijp nog maximaal 40 jaar kunnen gebruiken.
Als 1 januari 2022 verstreken is, lijkt er weinig te zijn gebeurd. De bal ligt bij de lozende bedrijven: zij moeten eerst afspreken hoe ze de kosten onder elkaar zullen verdelen. Pas daarna kan het waterschap het eigendom overdragen.
‘Proces niet verstoren’
Maar tot op de dag van vandaag komen de bedrijven maar niet tot een akkoord. Vragen van deze krant aan de drie bedrijven met de grootste waterlozingen op de VKA, blijken vergeefse moeite. Nedmag ‘wil er niet inhoudelijk op reageren om het proces niet te verstoren.’
Google, eigenaar van datacenter Greenbox in de Eemshaven, wil alleen zeggen dat het ‘een complex dossier’ is. Avebe: ‘Het proces om de overeenkomsten uit te werken loopt nog.’
Er is een voor de hand liggende reden waarom de bedrijven weinig haast lijken te maken: ze gaan na de overdracht van de VKA meer betalen voor hun waterlozing. Doordat ze ook moeten gaan sparen voor onderhoud of vervanging van de leiding, zullen hun gezamenlijke kosten stijgen met tonnen per jaar. Dat is niet bepaald een prikkel om er snel samen uit te komen.
Harm Küpers, secretaris-directeur van waterschap Hunze en Aa’s en ook al jaren met de VKA-kwestie in de weer, wijst op andere complicaties. Zo zijn de meeste op de pijp lozende bedrijven (deels) in buitenlandse handen. ,,Ik heb zelf ook met Google om tafel gezeten. Op het moment dat het ingewikkeld werd, moest er altijd met Ierland of Amerika worden gebeld.”
De Groninger bedrijven hebben bij de gesprekken over de kostenverdeling dus steeds de zegen nodig van hun buitenlandse moederconcerns, verwacht Küpers. ,,En dan: waar baseer je de kostenverdeling op? Op hoeveel water je werkelijk loost? Of op wat je maximaal volgens de vergunning mag lozen?”
Vorig jaar ging glasvezelfabrikant NEG failliet. Het bedrijf in Westerbroek loosde op de VKA. Met het wegvallen van NEG verdween dus ook een medefinancier voor de pijp. Dat zal de gesprekken tussen de overgebleven bedrijven niet makkelijker maken, denkt Küpers.
Nog zoiets: niet elk bedrijf gebruikt evenveel kilometers van de VKA. ,,We zien de bedrijven discussie voeren over de plaats van de aansluiting. Google zit helemaal aan het eind, die gebruikt maar een klein stukje. Nedmag heeft hier weer een heel ander belang. Dit soort dingen spelen allemaal mee.”
Provincie wordt eigenaar
Wie wordt straks nou de eigenaar van de VKA, als opvolger van het waterschap? In de intentieverklaring staat het niet zwart-op-wit, maar de provincie Groningen heeft al toegezegd de pijp over te nemen.
De VKA is er en blijft er, wat gedeputeerde Henk Emmens betreft. De pijp is voorlopig onmisbaar voor de aangesloten bedrijven, waar ,,pak hem beet achthonderd mensen” direct of indirect hun broodwinning hebben.
,,Wij voelen ons wel verantwoordelijk voor de bedrijven, in die zin dat ze een voortbestaan moeten kunnen hebben. Die leiding moet in stand blijven zolang er geen andere oplossing is voor het lozen. Maar ik vind dat de gebruikers van de pijp de volledige kosten moeten betalen.”
Met andere woorden, de inwoners zullen niet langer meebetalen aan de lozingen in de Dollard en Waddenzee zodra de provincie VKA-eigenaar is. En als er onverwachts iets gebeurt met de pijp, zal de provincie de kosten voorschieten, maar de bedrijven moeten dat wel terugbetalen.
Gedeputeerde Henk Emmens. Foto: Corné Sparidaens
Provinciaal ambtenaar Klaas Stadens: ,,We hebben nooit uitgezocht of we hiertoe juridisch verplicht zijn, maar het belang van de bedrijven en de werkgelegenheid vooropgesteld. Wij willen er in den minne uitkomen. Dat is tot vandaag de dag ons standpunt.”
Er is nooit een deadline afgesproken waarop de bedrijven hun kostenverdeling rond moeten hebben. Stadens: ,,Ik durf nu niet te zeggen hoe snel het gaat. De provincie neemt de leiding pas over als de bedrijven eruit zijn. Zo zitten we nu een beetje op elkaar te wachten.”
Maar druk zetten is niet aan de provincie, zegt gedeputeerde Emmens. ,,Het pressiemiddel ligt bij het waterschap. Dat gedoogt de situatie nu, maar we hebben het waterschap en de bedrijven gevraagd om op te schieten”
Mes tussen de tanden
Dijkgraaf Ten Brink is niet van plan om een deadline op te leggen. ,,De bedrijven hebben gewoon wat meer tijd nodig. Dan kan je twee dingen doen: met het mes tussen de tanden gaan praten, of dat respecteren.”
Geert-Jan ten Brink, dijkgraaf Hunze en Aa's.
Hij voorspelt dat de overdracht van de VKA dan toch dit jaar, ,,of uiterlijk in 2025”, plaatsvindt. ,,We zitten nu in een fase dat het gewoon geregeld gaat worden.”
Ten Brink wacht dus de gesprekken tussen de bedrijven af. Dat is bovendien in lijn met hoe de provincie rond de kwestie optreedt, zegt hij. ,,We hebben het college van Gedeputeerde Staten gevolgd. Die zijn trekker hierin. Die hebben om ruimte gevraagd. En wij hebben die ruimte gegeven. Dat is hoe het is.”
Provinciale Staten van Groningen zijn volgens statenlid Dries Zwart (Partij voor het Noorden) nooit geïnformeerd over het forse meebetalen van inwoners aan de VKA. Hij benadrukt dat het waterschap alles moet doen om burgers te ontzien en de kosten te leggen waar ze gemaakt worden.
„In een tijd waarin we erop staan dat de vervuiler betaalt voor zijn eigen afval, is deze kostenverhouding zorgwekkend.”
Statenlid Stijn ten Hoeve (Partij voor de Dieren), die woont in het gebied van Hunze en Aa’s, noemt het ,,bizar” dat ze zelf nu indirect bijdraagt aan de lozingen.
Het illustreert volgens haar dat ,,bedrijven geen strobreed in de weg wordt gelegd om te vervuilen.” Haar partij wil dat de lozers stoppen met het verder belasten van het milieu.