Anni (20) uit Denemarken kwam naar Groningen om haar droomstudie te doen en haar vleugels uit te slaan. Nu bivakkeert ze in een verlopen gebouw aan de ringweg. 'De universiteit had wel wat eerlijker mogen zijn'
Annika Geschke woont nog een paar dagen in de noodopvang voor internationale studenten. Foto: DVHN
Tot kerst blijft Martini House in Groningen nog noodopvang voor internationale studenten die geen kamer kunnen vinden. En daarna? De bewoners kunnen blijven, als ze een veel hogere huurprijs betalen. De Deens-Duitse Anni is blij dat zij dat niet hoeft.
Op een bordje boven de deur staat ‘Johan Dijkstrazaal’, maar de bewoners spreken van the common room. Op de vloer – oranje linoleum – staan een paar tafels van donker hout; her en der verspreid liggen bierdopjes, een frisdrankfles, en een halfvolle fles wijn. Uit het raam zijn de ringweg en de Gasunie te zien. Binnen is de lucht droog en heet.
‘RUG heeft niet gezegd hoe moeilijk de kamermarkt is’
,,De verwarming staat altijd keihard en we kunnen ‘m niet uitzetten’’, verklaart Annika ‘Anni’ Geschke (20) met een flauwe glimlach. ,,Op de slaapkamers ook. Gelukkig kunnen er ramen open.’’
Ze zit een college te kijken op haar laptop. Anni studeert International and European Law aan de Rijksuniversiteit; ze is er speciaal voor naar Groningen gekomen. ,,Er is geen andere plek waar je deze opleiding kunt doen. Later wil ik misschien voor het Europees Parlement werken. En het leek me leuk om in het buitenland te studeren.’’
Bij haar aanmelding kreeg Anni te horen dat de RUG géén eigen huisvesting regelt voor studenten. ,,Maar meer hebben ze niet verteld. Niets over hoe ontzettend moeilijk het is om aan een kamer te komen – daar hadden ze best wat eerlijker over kunnen zijn. Het viel me enorm tegen.’’
Sinds ze half augustus in Groningen aankwam, woont Anni in Martini House, een tijdelijke opvangplek van de Stichting Studentenhuisvesting (SSH) aan de Donderslaan. Hoe dat bevalt? ,,De groep mensen is heel leuk, ook omdat je allemaal in hetzelfde schuitje zit’’, vindt ze. ,,De voorzieningen zijn minder. Het is een oud gebouw, er zijn wat elektriciteitsproblemen geweest. We delen hier op de eerste verdieping één keuken met vijftig mensen.’’
Dan nog: het kan altijd beroerder, weet ze uit de verhalen van haar huisgenoten. ,,Sommige bewoners hebben eerst in een tentje geslapen. The Village people waren ook superblij toen ze hier terecht konden.’’ The Village is een studentenwoongebouw aan de Peizerweg, waar tot 1 november ook noodopvang was. ,,Daar sliepen ze met z’n allen op één grote zaal.’’
Hier delen de bewoners kamers per twee. ,,Ik en m’n kamergenootje betalen allebei 300 euro per maand. De nieuwe huisbaas gaat 450 euro per persoon per maand vragen.’’ SSH stopt na kerst met de noodopvang, maar Martini House blijft een studentenhuis. Verhuurbedrijf DJB vastgoed neemt het over.
‘Waarom alleen Nederlandse huisgenoten als je zo goed Engels spreekt?’
Anni hoeft hier niet te blijven, tot haar grote vreugde.: twee weken geleden heeft ze eindelijk iets anders gevonden ,,In januari kan ik bij vrienden wonen en daarna heb ik een kamer op een andere SSH-locatie. De nieuwe huisbaas was hier laatst in het gebouw. Weet je wat ik hem hoorde zeggen? Dat-ie zelf nog geen 50 euro huur over zou hebben voor onze kamers.’’
Toch hebben al zo’n 25 Martini House-bewoners een nieuw, duurder huurcontract ondertekend, weet ze. ,,En het worden er waarschijnlijk nog wel meer.’’ De kamermarkt is simpelweg te krap – en te ongastvrij. ,,Nederlandse studentenhuizen willen alleen Nederlandse huisgenoten’’, verzucht Anni. ,,Ik snap er niks van. Gaat het er puur om dat je thuis geen Engels wilt spreken? Jullie Nederlanders kunnen dat juist hartstikke goed.’’