Burgemeester Jouke Spoelstra van de gemeente Westerveld sust de gemoederen bij een protestactie tegen de lelieteelt. Foto: DuoFocus/Persbureau Meter
Gemeenten willen dat de landelijke politiek met duidelijke wet- en regelgeving komt als het gaat om het spuiten van gewasbeschermingsmiddelen. Dat blijkt uit een onderzoek van het journalistieke platform Pointer (KRO-NCRV). Vijf vragen en antwoorden.
Waarom doen gemeenten in Nederland een oproep aan Den Haag om met duidelijke richtlijnen te komen bij het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen? Bestaan er geen landelijke regels?
Nee. Er bestaat momenteel geen eenduidige landelijke regelgeving specifiek voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in Nederland. Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) in Ede toetst in feite welke stoffen en middelen mogen worden gebruikt in bijvoorbeeld de lelieteelt.
Het Ctgb doet dat in Europees verband, al mag er per land wel afgeweken worden als het gaat om bijvoorbeeld gebruiksvoorschriften. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) ziet toe op de juiste toepassing van de middelen en de gebruiksaanwijzingen en moet bij misstanden ook handhaven.
Hoe zit het dan met de minimale afstanden van bebouwing en natuur tot de lelieteelt? De ene keer lezen we 50 meter, de andere keer 250 meter.
Wettelijk vastgelegde regels met betrekking tot afstand van de lelieteelt zijn er niet. Gedeputeerde Staten van Drenthe voerden in een rechtszaak aan dat een afstand van 250 meter voldoende zou zijn om negatieve effecten van gewasbeschermingsmiddelen op Natura 2000-gebieden uit te sluiten. De Raad van State (RvS) was het daar echter niet mee eens. De RvS oordeelde dat er geen wetenschappelijke onderbouwing is dat 250 meter voldoende bescherming biedt.
Een teler spuit gewasbeschermingsmiddelen op een perceel met lelies. Foto: Leonie van Baarsen
Gemeenten hanteren soms een spuitvrije zone van 50 meter bij nieuwbouwprojecten, maar dit is niet wettelijk vastgelegd en gebeurt op basis van jurisprudentie en maatwerk. Uit onderzoek van het televisieprogramma Pointer blijkt dat slechts 14 van de 61 ondervraagde gemeenten een dergelijke afstand overwegen bij nieuwbouwprojecten als de gezondheid van mensen mogelijk in het geding is.
Wat is de rol van de provincie eigenlijk?
We beperken ons maar even tot de provincie Drenthe. Om de groeiende onrust in Drenthe te beteugelen werden in het verleden onder leiding van commissaris van de Koning Jetta Klijnsma gesprekken gevoerd met telers, natuurorganisaties en bezorgde burgers.
Dit leidde uiteindelijk tot een dialoogprogramma en het initiatief Drentse Lelie, gericht op verduurzaming van de sector. Uiteindelijk werd de provincie tot meer actie en snelheid gemaand door burgerinitiatief Meten=Weten, dat tal van juridische procedures aanspande tegen de provincie.
De Raad van State oordeelde op 2 april dat lelietelers voortaan vergunningplichtig zijn. Met ingang van 1 januari 2026 moeten de lelietelers in het bezit zijn van een natuurvergunning. Die krijgen ze alleen als ze kunnen aantonen dat hun activiteiten op het land geen schade toebrengen aan kwetsbare natuur.
Hebben gemeenten zelf ook tools in handen om de lelieteelt aan banden te leggen?
Jazeker wel. Gemeenten hebben enkele beleidsmatige en juridische middelen in hun gereedschapskist, zoals voorschriften in bestemmingsplannen, lokale verboden, de genoemde spuitzones bij nieuwbouw of handhavingsverzoeken van belanghebbenden. Maar het is juridisch vaak complex.
Gemeenten vrezen taaie en kostbare bezwaarprocedures. Bovendien is het voor gemeenten als bijvoorbeeld Westerveld en Midden-Drenthe al vaak balanceren op een wiebelig koord. Zij staan voor de belangen van hun inwoners. Maar dat zijn naast omwonenden net zo goed de lelietelers zelf.
Een babywiegje, beschuit met muisjes en veel kraamvisite bij de introductie van de nieuwe duurzame Drentse leliebol in Smilde. Foto: Rens Hooyenga
In de Friese gemeente Opsterland is de lelieteelt al tien jaar verboden. Is het probleem daar nu opgelost?
Dat zou je wel denken, maar volgens een artikel in de Leeuwarder Courant was dat allerminst het geval. ‘Lelieteelt is in Opsterland verboden, maar de lelies schieten nog ieder jaar uit de grond. Hoe kan dat?’, kopte de krant nog in april van dit jaar.
Een akkerbouwer uit Hoornsterzwaag, die al 20 jaar de lelies teelt voor zijn collega’s in Noord-Holland, bevond zich in een stevig, juridisch conflict met burgemeester en wethouders. De rechter stelde de gemeente uiteindelijk in het gelijk.
De gemeente Opsterland heeft de teler nu een last onder dwangsom opgelegd om hem te bewegen te stoppen met de teelt van lelies. Bij een overtreding is de dwangsom 10.000 euro per week tot een maximum van 100.000 euro.
Pointer over gewasbeschermingsmiddelen
Het televisieprogramma Pointer besteedt zondagavond aandacht aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de bollenteelt. De uitzending start zondag 21 september om 22:10 uur bij KRO-NCRV op NPO 2.