Natalie Klok van Emmer-Compas warkt 26 jaor as podotherapeut. Foto: Cor Lasker
„Mijn weg was lang, maar uiteindelijk ben ik gekomen waar ik wil”, zeg Natalie Klok achter heur bureau op Emmer-Compas. Van een introvert wichie oet Valthermond, die het stoer har op schoel, is ze oetgruid tot een podotherapeut met doezenden patiënten.
Achter in de schoenenwinkel van heur partner Klaas Bijl op Emmer-Compas hef Natalie Klok (54) heur podotherapiepraktiek. Het is ien bedrief met twee ofdielingen. „Wij zijn allebei van die kapiteintjes, dat gaat niet samen op één schip”, vertelt Klok.
Achter de bar
Nao heur schoeltied warkte Klok in Bremen as au pair en as kelner. Later dee ze de laboratoriumschoel en warkte ze ’s weekends achter de bar in discotheken in Duutsland. „Daarna heb ik in discotheek Bermuda in Ter Apel gewerkt en daar kwam ik, 31 jaar geleden, de liefde van mijn leven tegen”, zeg ze met een twinkeling in de ogen.
Hier kom ik weg
Klaas Bijl komt oet een schoenenfamilie. Hij hef de zaak van zien olders overnummen. „Mijn schoonvader was podoloog. Hij maakte zooltjes en vroeg of podotherapie niks voor mij zou zijn. Eerst dacht ik: ik ga niet aan andermans voeten zitten! Dat leek me helemaal niks.”
Maor op een open dag van de opleiding in Eindhoven is ze al gauw verkocht. „Ik zag al die machines, waarmee zooltjes werden gemaakt en dat leek me prachtig. Inmiddels zit ik alweer 26 jaar in het vak.”
Mèensenschuw
Klok gruide op as oldste van drei dochters op Valthermond en har gien gemakkelijke jeugd. „Onze moeder kwam uit Servië. Op haar 18e was ze naar Nederland gekomen om bij de Emmer kousenfabriek Danlon te gaan werken. In Emmen heeft ze mijn vader uit Valthermond ontmoet.”
„Ons gezin was anders en dat viel op in Valthermond. We hoorden er niet bij. Mijn moeder was een mooie vrouw, ze droeg mooie kleding en make-up”, vertelt ze wieder. „Dat kenden mensen daar niet. Een reden voor pesterijen, waar vooral ik veel last van heb gehad.”
Hier kom ik weg
De streektaolrubriek Hier kom ik weg is een samenwarking met het Huus van de Taol en giet over Drenten en heur verhalen. As kandidaten plat praot, wordt ze in heur eigen variant van het Drèents citeerd. Schrievers Jessica Bonnema en Annemiek Meijer gebruukt heur eigen variant: resp. het Zuudoost-Veen- en het Zuudoost-Zaand-Drèents.
Leren gung stoer en Klok mus hen de hoesholdschoel in Emmen, waor ze weer pest weur. Ze weur mèensenschuw. Daor is nou weinig meer van over. „Mijn weg was lang, maar uiteindelijk ben ik gekomen waar ik wil”, zeg ze. „Ik heb geleerd dat je je nooit moet laten vertellen dat iets niet kan.”
Meertaolig
Klok, die al dartig jaor op Emmer-Compas woont, prat Nederlands met een Veenkoloniaols accent. „Thuis praatten we vroeger Nederlands vanwege mijn moeder. Ik gebruik nu wel Drentse woorden; een mengelmoesje. Vaak pas ik me aan aan wie ik tegenover me heb. Ik versta alles.”
In het Servisch kan ze zuch ok verstaonbaar maken en Duuts sprek ze as de beste, wat handig is met veul patiënten van over de grup. Heur patiënten bint van alle leeftieden, zeg ze. „We doen alles wat met voeten te maken heeft: van wondverzorging tot zooltjes aanmeten.”
Natalie Klok hef heur praktiek achter in de schoenenwinkel van heur partner. Foto: Cor Lasker
Klussen en bouwen
De creativiteit in het vak sprek heur an. „Ik heb bijvoorbeeld een patiënt die als kind een deel van zijn voet is kwijtgeraakt in een grasmaaier. Voor hem maken we een zool waardoor hij toch gewone schoenen aan kan.”
In september hef Klok een old-stagiair annummen die mede-eigenaar van heur praktiek wordt. Zij warkt zölf nou minder. Nao de tropenjaoren toen de beide kinder nog klein waren en ze volledig warkte, hef ze nou tied veur heurzölf. „Ik sport graag, maar ik ben ook gek op klussen en bouwen. Ons nieuwe huis heb ik samen met mijn vader gebouwd.”