Politiek gaat FC Emmen aan nieuw stadion op sportcampus helpen. 'Wij willen geen tweede Wildlands'

Donderdagavond gaven politici voor het eerst in het openbaar hun mening over de zomerse deal tussen de gemeente, het Carmelcollege en FC Emmen. De nieuwbouwwensen lijken de, al dan niet uitgesproken, steun te krijgen van een meerderheid van in ieder geval Wakker Emmen, PvdA, CDA en D66. Over twee weken volgt een finaal oordeel van de gemeenteraad. Bij een ja vanuit de politiek kan binnenkort gezocht worden naar enthousiaste bouwers en ontwikkelaars die het avontuur in Emmen aandurven.

Al sinds begin deze eeuw wordt er gepraat over en gelobbyd voor een nieuw stadion voor de enige profclub van Drenthe. Die plannen werden concreter na promotie naar de eredivisie in 2018. Volgens club en gemeente kan alleen in een nieuw en groter stadion, van 8500 stoeltjes nu naar 12500 plaatsen straks, betaald voetbal binnen de gemeentegrenzen voortbestaan.

Sinds toetreding tot het profvoetbal halverwege de jaren tachtig stond FC Emmen met regelmaat aan het randje van de financiële afgrond. Even vaak stak de gemeente een helpende hand uit met daarin meestal ook een getrokken portemonnee.

Ditmaal zweert het gemeentebestuur geen euro in de club zelf te zullen steken. Externe geldschieters moeten de verhuizing van het onrendabele vlaggenschip van de Drentse topsport naar het nieuwe sportcomplex langs de Emmer rondweg mogelijk maken, de politiek wil daar absoluut geen rol in spelen.

„We willen geen tweede constructie zoals bij Wildlands’’, verwoordde raadslid, en tot voor kort wethouder, René van der Weide van Wakker Emmen.

De steun van de lokale grootmacht is cruciaal en de fractie zette donderdagavond Van der Weide in als ervaren politicus. De voormalig criticaster van het voetbalbedrijf FC Emmen bleek dit keer een stevige verdediger van de nieuwe sportcampus tegenover een kritische inspreker.

„Het gaat hier niet over twintig parkeerplaatsen, maar over een substantiële ontwikkeling voor Emmen. Dit levert honderden banen op en heeft een spin-off van tien tot vijftien miljoen euro. U moet niet doen alsof het de economie van Emmen ernstig gaat beschadigen.’’

Die boodschap was gericht aan het adres van Klaas Bijl van handelsvereniging De Koepel. Die toonde zich als enige van de vijf insprekers, verder sportbestuurders, schooldirectie en grote ondernemers, tegenstander van meer commerciële bedrijvigheid in en rondom het stadion en voelde zich daarbij zichtbaar een roepende in de woestijn.

Bijl: „Ik proef veel liefde voor de ontwikkelingen op de Meerdijk. Maar liefde maakt ook blind. Iedereen is voor een prachtige sportcampus met een mooi nieuw stadion en alles erop en eraan, maar doe het alsjeblieft zonder detailhandel. Alleen al met een grote fietsenzaak in het stadion brengt u zeker twintig kleine fietsenmakers in dorpen en wijken in grote problemen.’’

Daarmee werd duidelijk dat het belangrijkste twistpunt in de planmakerij niet over centen, maar over de gevoelige wijziging van gemeentelijk spelregels gaat. Nu is grootschalige detailhandel buiten het centrum van Emmen uit den boze. In de deal staat dat ruimtes in en rondom het stadion worden vrijgegeven voor een grote fietsenzaak, doe-het-zelf-winkel, een sportschool, horeca, studentenkamers en een grote supermarkt.

De gemeente moet daarbij dus de eigen spelregels breken. Grotere ondernemers in het buitengebied wensen dat al jaren, maar winkeliers in het centrum zijn faliekant tegen, omdat zij oneerlijke concurrentie van de periferie en een leegloop van het winkelhart vrezen.

Die angst verloor het in het raadsdebat van een andere ambitie. Raadsleden en wethouders hopen juist met het miljoenenproject meer studenten, inwoners en topsport, zoals (inter-)nationale turn-, handbal, korfbal en volleybalwedstrijden, naar Emmen te trekken. FC Emmen mikt na de verhuizing op een vaste stek in de Nederlandse eredivisie. „En dat is absoluut geen luchtkasteel’’, benadrukt algemeen directeur Rinse Bleeker.