In de blauwe container van zijn bloemenland bewaart Willem van Hemmen nog altijd zijn plannen voor zijn vlinderboerderij. Foto: Wouter Hoving
Een vlinderboerderij in Gasselte was de lang gekoesterde droom van Willem van Hemmen (87). Na 34 jaar lijkt het er te gaan komen, maar nu is de vraag: wie gaat die droom ten uitvoer brengen?
Het is inmiddels een decennia oud plan: de vlinderboerderij bij het Gasselterveld. Ooit opgetekend door Willem van Hemmen om vlinders te kweken en het publiek voor te lichten over het belang van biodiversiteit. Nog altijd is het plan niet de prullenbak in, maar zelf is Van Hemmen inmiddels te oud om zijn levensdoel te realiseren.
De vraag is: wie gaat de plannen uitvoeren waar hij zijn hele leven voor heeft geknokt? Want een moeizame weg was het zeker.
De vlinderboerderij moet komen op een stuk grond aan de Bosweg tegen het Gasselterveld aan. Van Hemmen kocht die grond in 1979, na de ruilverkaveling, om te zorgen dat typische bloemen van de Drentse Hondsrug niet verloren zouden gaan. Nog altijd groeien er zeldzame planten, zoals een van de laatste populaties valkruid (gele bloemetjes) en talloze orchideeën. Van Hemmen ‘redde’ na de ruilverkaveling zaden van andere percelen en strooide die op eigen terrein.
Bewaren van Drentse soorten
In de jaren die volgden, haalde Van Hemmen talloze keren de krant en tv, zoals de documentaireserie Ruimteschip Aarde. Wat hij deed was vooruitstrevend en heeft ervoor gezorgd dat allerlei inheemse Drentse soorten bewaard zijn gebleven. Inmiddels helpt Landschapsbeheer Drenthe de 87-jarige Van Hemmen bij het onderhoud van zijn land. „Eerder maaide ik met de zeis grote stukken. Maar als ik nu vijf slagen doe, moet ik rusten. Ik kan het niet meer.”
Maar dat betekent niet dat Van Hemmen geen plannen meer heeft op dit stukje grond.
In de jaren tachtig raakte hij gebiologeerd door vlinders. Daarom kwam hij in 1990 – op 53-jarige leeftijd – met het plan op om een vlinderboerderij op het stuk grond te zetten, waar hij zelf wilde wonen. Daar wilde hij vlinders opkweken en voorlichting geven over de insecten.
In de schetsen die Van Hemmen indertijd maakte, tekende hij de boerderij half onder de grond, met bloemen op het dak en waterstoftanks rond het huis, die opgeladen moesten worden met zonne-energie. Vooruitstrevend vandaag de dag, revolutionair dertig jaar geleden.
‘Fluiten naar mijn vlinderboerderij’
De woning kwam er nooit. In 1993 kopte de Drentse en Asser Courant: ‘Raadslid Gasselte ziet privébelangen getorpedeerd’. Van Hemmen, die toen raadslid was namens de tweemansfractie Gemeentebelangen, hoorde dat het agrarische bestemmingsplan de bouw niet toestond. Van Hemmen was volgens het artikel ‘de luis in de pels’ van het gemeentebestuur. „Iedere keer dat ik mijn mond opentrok in de raad, kon ik weer een paar jaar fluiten naar mijn vlinderboerderij”, concludeert Van Hemmen terugkijkend.
In de jaren die volgden bleef het moeizaam met de gemeente. Ook moest Van Hemmen het geld voor de bouw (geschat: 600.000 gulden indertijd) verdienen met de verkoop van de 2,5 hectare en zijn dienstwoning. De ondernemende vlinderfanaat woonde indertijd achterop het hotelterrein Gasselterveld, waar hij rond 1970 een motel bestierde. Verschillende ondernemers hadden wel oren naar die grond, maar Van Hemmen wilde pas verkopen als hij zeker wist dat hij dan ook zijn vlinderboerderij kreeg.
In 2016 ging de gemeente (Aa en Hunze, inmiddels) overstag en maakte het papierwerk in orde. In 2020 verkocht Van Hemmen zijn grond aan vastgoedontwikkelaar Joost Mellies uit Assen, die er op dit moment Dormio Resort De Hondsrug bouwt.
Opnieuw de papiermolen in
Er stond Van Hemmen – inmiddels 84 jaar oud – niets meer in de weg om zijn vlinderboerderij te krijgen. Met goed gevulde zakken klopte hij bij de gemeente Aa en Hunze aan. Daar bleek dat de nieuwste regeltjes nog altijd niet een vlinderboerderij toestonden, maar alleen een ‘dienstwoning’. En dus moest Van Hemmen opnieuw de papiermolen in. Hij liet nieuwe architectentekeningen maken, stikstofberekeningen uitvoeren, archeologisch onderzoek verrichten en hield een bewonersavond.
Toen de aanvraag voor het nieuwe bestemmingsplan er eind 2023 éíndelijk lag, verwachtte Van Hemmen geen tegenslag.
Maar in januari dit jaar, op de laatste dag van de zes weken durende inzageperiode, besloot de provincie niet akkoord te gaan met de bouw. Er moest eerst nog ecologisch onderzoek plaatsvinden omdat de vlinderboerderij in een natuurgebied (NNN) waaruit ook moest blijken wat de toeristische druk zou gaan worden. Tot grote frustratie van de inmiddels behoorlijk bejaarde Van Hemmen.
„De zwemplas van het Gasselterveld zit hier 300 meter verderop en trekt enorme hordes mensen. Deze vlinderboerderij krijgt misschien een keer een tiental bezoekers per dag, als het mooi weer is”, schampert Van Hemmen. Hij weigerde dit voorjaar om 2000 euro aan het onderzoek uit te geven. „Dit was ooit ontsmet aardappelland. Alles wat hier groeit heb ík hier naartoe gebracht. Wat willen ze nu met het resultaat?”
Deze maand heeft Van Hemmen gehoord dat de provincie Drenthe en gemeente Aa en Hunze twee derde willen meebetalen aan het ecologisch onderzoek. Daar gaat Van Hemmen nu mee akkoord. Vooral omdat bij de opgraving ook wat leem vrij komt, waar hij zijn kwijnende populatie valkruid op kan uitzaaien.
Willem van Hemmen zorgt niet alleen voor bloemen op zijn eigen grond, maar ook voor bloemrijke bermen bij Gasselte. Foto: Harry Tielman
Te oud om te bouwen of te wonen
Het is nog even wachten op de ecologische toets, maar het einde van het liedje lijkt toch dat de boerderij er eindelijk mag komen. Het euvel is dat Van Hemmen inmiddels niet zelf meer op de vlinderboerderij kan wonen. Toen de gemeente vier jaar geleden opnieuw dwarslag, kocht hij een seniorenappartement in Gieten.
De vlinderboerderij gaat Van Hemmen zelf niet meer bouwen. Toch wil hij het plan doorzetten. Volgens hem is het wijzigen van het bestemmingsplan en het aanleggen van een vlinderboerderij een tactische keuze zijn voor de toekomst, omdat zijn bloemenland nog altijd de bestemming landbouw heeft. „Als ik er niet meer ben, dan kan een boer er zo mais op gaan verbouwen en ben je al deze soorten kwijt.”
Staatsbosbeheer, leest u mee?
Als Van Hemmen komt te overlijden, zal het gebied naar zijn twee kinderen gaan. „En als mijn ene schoonzoon het krijgt, dan maakt hij hier beslist weer landbouwgrond van. Hij heeft altijd gezegd: ‘wat moet je ermee, dit levert geen geld op’.”
„Het mooiste zou ik vinden als een organisatie zoals Staatsbosbeheer zou zeggen: dít is een mooi voorlichtingsterrein, daar gaan we iets op bouwen, iets van een vlinderboerderij.”
Van Hemmen hoeft van de verkoop „geen goud te beuren” maar wil een onkostenvergoeding voor waterschapslasten, ruilverkavelingsrente en reiniging van sloten. „Wij hebben jarenlang sober geleefd om dit te houden en te ontwikkelen.”