„Wat Erik in de kop had, had hij niet in de kont.” Een spontane vakantie met zijn vrouw Henriëtte of ‘even’ vrienden bezoeken die in het buitenland op vakantie waren; de Assenaar draaide er zijn hand niet voor om. Ondanks zijn ziekte bleef hij zorgzaam voor anderen én optimistisch.
Er zijn drie dingen die Henriëtte Koops van Erik Vrijs moet weten als ze een relatie krijgen: hij wil geen kinderen, zijn kameraden zijn heilig voor hem en hij wil sowieso in zijn huis in de Asser wijk Peelo blijven wonen. „Wist ik gelijk waar ik aan toe was”, lacht ze.
Erik overleed op 25 november afgelopen jaar aan de spier- en zenuwziekte ALS. De manier waarop hij met de ziekte omging, is volgens alle naasten bewonderenswaardig. „Als er iemand was bij wie het glas halfvol was, dan was het Erik. Altijd zocht hij naar mogelijkheden om dingen te kunnen doen”, zegt Henriëtte. „Het laatste jaar heeft hij puur op wilskracht geleefd.”
Koffie
De eerste keer dat ze Erik ontmoet, in 2005, herinnert ze zich goed. Ze wonen bij elkaar om de hoek, maar Henriëtte kent aanvankelijk alleen Eriks toenmalige vriendin. Als ze elkaar voor het eerst tegen het lijf lopen op straat, is het stel net eerder teruggekomen van vakantie dan gepland. „Ik stond met zijn vriendin te praten en daar kwam Erik aangelopen met een lang gezicht. Dus ik riep: ‘Jij bent dus de buurman!’ Hij brieste wat terug en ik dacht: jeetje, zo’n leuke meid met zo’n man…?”
Nu lacht ze erom. Op haar werk bij de receptie bij Visio De Brink in Vries komt ze hem al snel weer tegen als hij namens de gemeente Tynaarlo controles uitvoert op milieugebied. Als hij weer vrijgezel is en probeert een afspraakje met haar te maken door wat omslachtig over ‘een kopje koffie’ te beginnen, ontgaat dat Henriëtte volledig. „’Keunegin’ noemde hij me later wel eens. Ik kwam op mijn werk denk ik vrij zakelijk over.”
De koffieafspraak komt er alsnog als een gezamenlijke buurvrouw haar meeneemt naar zijn huis. Ze leren elkaar beter kennen en worden verliefd. Met haar destijds 9-jarige dochter Eva wordt Erik dikke maatjes.
Vriendengroep
Erik Vrijs wordt op 15 maart 1968 geboren en groeit op in de Asser wijk Noorderpark. Zijn beste vrienden kent hij al uit zijn jeugd. Hij voetbalt bij LTC (dat hij op latere leeftijd verruilt voor de Asser Boys), is gek op schaatsen en doet jarenlang op wedstrijdniveau aan bowlen. Als de jongens een brommer hebben, gaan ze stappen in de wijde omgeving. ’s Winters kranten voor de borst tegen de kou en op naar discotheken in onder andere Marum en Rolde.
Erik dronk graag een biertje. Eigen foto
Na de lts gaat hij aan de slag bij een grondwerkbedrijf in Assen om vervolgens via allerlei baantjes bij de plantsoenendienst van de gemeente Vries te belanden, die in 1998 opgaat in de gemeente Tynaarlo. Erik volgt interne opleidingen en klimt hogerop. Uiteindelijk wordt hij toezichthouder op het gebied van milieu.
Als de RUD Drenthe in 2014 dat werk van de gemeenten overneemt, is hij één van de eersten die overstapt naar die nieuwe organisatie op het provinciehuis. „Hij vond zijn werk prachtig en ging vaak op pad: mestsilo’s controleren bij boeren, geluidsmetingen doen in de horeca of bij feesten… Hij was een echte praktijkman en hield ervan de dingen op een praktische manier af te handelen”, vertelt Henriëtte. „Denken in mogelijkheden in plaats van onmogelijkheden. Dat zagen we later ook terug in zijn ziekteproces.”
Voor de rasechte Assenaar en zijn vrienden is de TT een terugkerend fenomeen. Ze bezoeken de feestavonden en -nachten in de stad en gaan op de racedag naar Witten om daar sfeer te proeven onder het genot van bier, zijn favoriete drank, en dreuge worst. Het feest eindigt elk jaar op TT-camping De Haar.
Gran Canaria
Erik geniet van de vakanties met Henriëtte en Eva op Gran Canaria, waar ze sinds 2011 vaak naartoe gaan. Tussendoor gaan ze geregeld weekendjes weg. „Erik hield ervan om dingen uit te zoeken, voor zichzelf en voor anderen. Soms kwam ik thuis van het werk en vertelde hij trots dat hij een vakantie had geboekt. Dat ik dan nog wel even vrij moest regelen, was niet bij hem opgekomen. Wat hij in de kop had, had hij niet in de kont.”
Erik zocht 'bonusdochter' Eva op als ze voor haar werk in Europa was. Eigen foto
Een ondernemende en zorgzame man, een loyale en vrolijke collega, dat is Erik. ALS weerhoudt hem er niet van om zijn naar Dubai geëmigreerde ‘bonusdochter’ Eva op te zoeken als zij voor haar werk in Europa is.
Strijder
In 2019 krijgt hij de diagnose. Zijn klachten beginnen een jaar eerder met een klapvoet, later gaat hij steeds moeilijker lopen en laat hij dingen uit zijn handen vallen. Erik blijkt erfelijk belast met ALS en meldt zich na de diagnose meteen aan voor medicatieonderzoek. Wekelijks gaat hij naar het UMC Utrecht. Beter worden kan hij niet, maar hij hoopt nog zeker 60 te kunnen worden.
Ondanks de tegenslagen blijft hij zorgzaam. „Toen ik hem thuis bij alles moest helpen, zei hij dat we 24-uurszorg moesten inschakelen. ‘Anders ga jij er aan onderdoor, Jet’.” Uiteindelijk heeft de medicatie niet het gewenste resultaat. Langzaam gaat Erik achteruit. Toch blijft hij ook dan positief. „Mij gaat het niet helpen, maar ik heb wel een bijdrage geleverd voor anderen, die het misschien wel gaat helpen”, zegt hij tegen Henriëtte.
Erik was een sportliefhebber; Ajax was zijn favoriete voetbalclub. Eigen foto
Als werken niet meer lukt, gaat hij nog geregeld op de koffie bij zijn collega’s op het provinciehuis. Met personeelsuitjes gaat hij ook mee. ‘Zijn’ team Toezicht & Handhaving is voor hem en Henriëtte een warm bad. ‘Onze strijder’ maakt op de collega’s een onuitwisbare indruk, schrijven ze later in een overlijdensadvertentie: ‘Erik heeft ons meegenomen in zijn strijd en geleerd wat leven is’.
Tot het einde
Graag wil hij thuis blijven tot het einde, maar als het thuiszorgteam in maart 2022 corona krijgt, wordt hij tijdelijk verpleegd in Het Zonnehuis in Zuidhorn. Al snel is hij ervan overtuigd dat hij daar op de goede plek is. Met alle zorg om zich heen hoeft hij nooit meer naar het ziekenhuis als hij het bijvoorbeeld benauwd heeft vanwege een luchtweginfectie.
Na bijna drie maanden wordt hij overgeplaatst naar een kleinschalige zorgvoorziening in Ruinerwold, waar hij zich meteen thuis voelt. Daar geniet hij zo lang het kan van zijn geliefde biertje. Als gewoon drinken niet meer gaat, dan maar met een rietje. Roken doet hij ook nog. „Hij kon zó genieten van een sigaretje, dat wilden we hem niet ontnemen. ‘Dood ga ik toch’, reageerde hij als iemand er iets over zei.”
In de week van 25 november gaat het niet goed met hem. Die avond wil hij na de WK-wedstrijd van het Nederlands elftal vroeg naar bed. Hij wil het shirt van zijn favoriete club Ajax aan, dat hij anders alleen draagt tijdens wedstrijden van die club. Als een medewerkster hem vertelt dat ze ‘Jet’ heeft gebeld en dat zij onderweg is, weet hij met gebaren – praten gaat niet meer – aan te geven dat het klaar is. Niet veel later overlijdt hij. Henriëtte: „Erik had tot het einde de regie.”