Ancel Klooster besloot op zijn 40ste alleen te spelen waar zijn muzikale hart ligt. „Ik noem het niet be-bop, maar ‘heart-bop’.'' Foto: Martini Grey
Noordelijke musici vliegen uit, de hele wereld over. Groninger Ancel Klooster (58) bracht een aantal weer even samen, in zijn nieuwe band Martini Grey. Op hun debuut-cd ‘Country City’ klinkt wereldse jazz, op basis van Groningse nuchterheid.
Ancel Klooster weet het nog goed: hij was een jaar of 17 en bezocht voor het eerst jazzcafé De Spieghel in Groningen. Daar zag hij het George Adams/Don Pullen Quartet met drummer Dannie Richmond. „Eén groot feest. De tent stond op z’n kop! Het was bijna freejazz.’’
Hoe kwam die jongen uit Scheemda, die bij de fanfare zat en zoon was van de dirigent, terecht bij zulke vrije jazz in Stad? „Oh, ik speelde van alles. Ik zat bij de fanfare en ook bij de operette. Ik trad al op; dat verdiende beter dan vakken vullen, haha. En via mijn drumleraar kwam ik op het spoor van de jazz. Ik had ook al een jazzbandje.’’
Maar die avond in De Spieghel was levensbepalend: de jonge Ancel koos voor het conservatorium. Op de cd is Song from the old country te horen’, dat het Amerikaanse kwartet destijds ook liet horen. „Het is een ‘easy tune’: toegankelijke jazz met een eenvoudig thema. En dan toch helemaal los gaan!’’
Dollemansrit
Klooster volgde de opleiding Klassiek Slagwerk. „Misschien had ik mij moeten focussen op alleen het drumstel. Maar nu ben ik breed onderlegd, wat me meer mogelijkheden geeft.’’ Daarna ging hij naar New York voor een studie bij het Drummers Collective. „Dat was toen het summum voor drummers. Je speelde in allerlei bekende clubs, zoals Village Vanguard. Fantastisch.’’
Die eerste reis naar New York bracht hem terug naar een ander jazzconcert in De Spieghel: van de Veendammer pianist Rein de Graaff en drummer John Engels. „Zij speelden zúlke snelle bebop. Dat ik mij afvroeg: waarom zo snel?’’ Aangekomen in New York, in de taxi vanaf het vliegveld, begreep hij het. „Het was een dollemansrit, in het donker, terwijl de bruisende energie van die stad mij overdonderde. Daar kwam die muziek dus vandaan.’’
Dit inspireerde Klooster tot het energieke nummer New York cab ride ’94. Het is geschreven door Michael Monkau, de pianist van zijn eerste jazzbandje. Zo grijpen verleden en heden in elkaar op het debuutalbum Country City.
Heart-bop
Zijn muzikale smaak is altijd breed gebleven. „Klassiek, pop, jazz. Al tijdens mijn studie speelde ik bij de popband Weekend at Waikiki en ging ik mee op tournee door Nederland en Duitsland.’’ Hij speelde met de New Metronome Bigband en bij musicals als Chicago, 42’nd Street en Annie. Hij trad wel op met Edwin Rutten en Rein de Graaff en begeleidde artiesten als Lee Towers, Sugar Lee Hooper en Gordon. Tot hij 40 werd en besloot alleen te spelen waar zijn muzikale hart ligt. „Ik noem het niet be-bop, maar ‘heart-bop’. De vrijheid in de jazz is toch het leukste.’’
De afgelopen vijftien jaar werkte hij veel samen met pianist Boelo Klat. Ze maakten zes cd’s. „Boelo wilde dat ik ging soleren. Maar dan moet je wat te vertellen hebben. Ik dacht dat ik dat niet kon. Tot ik in De Oosterpoort een concert zag met drummer Paul Motian. Die deed bijna niks, zo leek het. Minimalistisch, misschien. Maar het was heel kleurend. Eigenlijk was het zeer Gronings: met weinig woorden veel zeggen.’’
Eerbetoon aan plaatsen wereldwijd
Met de band Martini Grey grijpt Klooster terug naar de Noordelijke roots. „Mijn kinderen begonnen mij steeds vaker ‘Olle Grieze’ te noemen. Ik weet ook niet waarom…’’, vertelt hij lachend over de herkomst van de bandnaam. „Het zal een leeftijd-ding zijn, dat je kijkt naar je afkomst, de avonturen die je beleefd hebt en de toekomst die nog voor je ligt. Ik ben in de loop der tijd jongens als Joost Swart en Jeroen Vierdag regelmatig tegengekomen, en je denkt: daar wil ik nog eens samen mee spelen. En voor je het weet heb je een groep bij elkaar met Groningen als gemene deler.’’
De vijf kernleden van Martini Grey (vlnr.): Ancel Klooster, Efraïm Trujillo, Joost Swart, Jeroen Vierdag en Suzan Veneman. Foto: Martini Grey
Bassist Jeroen Vierdag schreef een ode aan Haren, waar hij opgroeide. Een kalm en statig begin van de cd. „Ideaal om op drums in te kleuren met zo’n Motian-sfeer’’, schetst Klooster. Trompettiste Suzan Veneman haalt in twee zelfgeschreven nummers herinneringen op aan Westerbork, waar ze opgroeide, en aan de Verenigde Staten, waar ze studeerde. Saxofonist Efraïm Trujillo komt zelf uit Amerika, woonde als klein jongetje in Groningen en is hier nu docent aan het conservatorium. Hij brengt een tintelend eerbetoon aan zíjn geboortestad: Los Angeles.
Opvallend is de bijdrage van zangeres Francien van Tuinen. Zij komt uit Oosterwolde, groeide muzikaal gezien op op de jazzpodia in Groningen, waar ze inmiddels ook weer docent is, terwijl ze tegenwoordig woont in Noord-Holland. Van Tuinen is vooral bekend van haar Engelstalige songs. Maar nu schreef ze een Nederlandse tekst op de jazzklassieker Moonlight in Vermont. Haar Maanlicht in Aartswoud klinkt verrassend en verfrissend. Het vertoont parallellen met leden van de familie Stalknecht, die in de vorige eeuw bekende jazzliedjes vertaalden naar het Gronings en daar veel succes mee hadden.
‘Must-have’
Een voorwoord van radio-jazzman Co de Kloet maakt dit album af (‘Deze cd is een ‘must-have’!’). Hij komt in januari naar Groningen om een optreden van Martini Grey live uit te zenden. Ancel Klooster is blij met elk beetje aandacht dat dit project krijgt. Hij citeert een recensie op Jazzradar: ,,‘Een muzikale reis die begint in het noorden – van Winschoten tot Tokyo – en eindigt in het hart’. Prachtig toch? Beter kan ik het zelf niet verwoorden. Dit is jazz met een verhaal.’’
Het album van Martini Grey is verschenen bij Tetra Records.
Concerten
Martini Grey - 25 januari Prins Claus Conservatorium in Groningen (Jazzclub), live radio-uitzending InJazz met Co de Kloet; 19 februari Neushoorn, Leeuwarden; 6 maart De Tor, Enschede; vanaf april planning Nederlandse tournee