Jorinde van Klinken won dit jaar als eerste Nederlandse een WK-medaille met discuswerpen. Grote persoonlijke vreugde blijft uit, maar haar uitgesproken mening zet de sponsorwereld in beweging.
Op een grijze ochtend op de atletiekbaan van Papendal loopt Jorinde van Klinken achter een kruiwagen naar de kogelstootring. Alleen.
In de duwbak haar kogels en een paar handdoeken. Iets na tienen hijst de nummer 2 van de wereld de plastic deksel van de ring, veegt de vloer droog en trekt er een aluminium terrasstoel bij om van schoenen te wisselen.
Dit is het decor van de vicewereldkampioen. Geen trainingsgenoot, geen trainer. Het oogt eenzaam.
„Ja, dit was verschrikkelijk”, zegt Van Klinken lachend na haar trainingssessie. „Gelukkig is het een uitzondering. Mijn coach kon vandaag niet, maar leuk is anders.” Nog een geluk dat de judoka’s rondjes kwamen rennen, zegt de atlete. Onder hen Marit Kamps, net als Van Klinken afkomstig uit Assen. „Dat geeft toch wat afleiding.”
Voldoening
Met een afstand van 67,50 meter won Van Klinken in september een schitterende zilveren medaille op de WK in Tokio achter de ongenaakbare Valarie Allman. Een unieke prestatie voor een Nederlandse werpster, de bekroning van jarenlange arbeid. Maar ultieme voldoening bracht de historische plak Van Klinken niet.
„Ik had verder willen werpen, over de 70 meter”, zegt Van Klinken over haar eerste poging in de finale, een worp die ze in de vijf resterende beurten niet weet te overtreffen. „Ik had totaal ingezet op goud. Hoe moeilijk ook, want die Amerikaanse is al twee jaar ongeslagen.”
Jorinde van Klinken juicht na haar eerste worp op het WK atletiek, die later goed blijkt voor zilver. Foto: ANP/Robin van Lonkhuijsen
Nog altijd knaagt het, ondanks de uitzonderlijke ereplaats. „De totale vreugde is nooit gekomen”, concludeert de 25-jarige wereldtopper maanden na haar ongekende prestatie. „Ook omdat ik deze nieuwe situatie niet bij mij vind passen. Vroeger was het zeldzaam dat een Nederlandse atleet met een plak terugkwam van het WK. Dat waren helden. Zo zie ik mezelf niet.”
De rest van ons land ook niet, is de wrange constatering. „Ik vind Nederland geen sportland. Die tweede plek heeft bijna niks veranderd”, zegt Van Klinken na haar trainingssessie op Papendal, gehuld in een trainingsvest van haar oude school Arizona State. „Als je geen sponsoren hebt, kun je lekker aantrekken wat je wil”, grapt ze cynisch.
„Mensen vragen mij vaak: ‘Maar wat doe jij dan? Welke baan heb je?’. Tja, ik krijg een stipendium, maar verdien helemaal niks. Ik bekostig alles zelf en zou meer verdienen als ik een baan zou doen die aansluit bij mijn masterdiploma’s.”
Statement
Dat is niet terecht, vindt de atlete, die kort na haar zilveren prestatie op het WK bij de NOS in felle bewoordingen haar teleurstelling uit, vooral over het uitblijven van sponsoren voor atletes die uitkomen op de technische onderdelen. Haar uitgesproken mening (’een sprintster had al lang een miljoenencontract voor meerdere jaren gehad’), trekt daarna meer aandacht dan de historische zilveren worp.
„Dat statement was niet echt gepland, maar zorgde voor een soort explosie. Het zit in mij om me uit te spreken, om te proberen het systeem te veranderen. Ineens wilden veel partijen met me spreken, maar ik zat nog twee weken in Japan. Niet heel handig”, lacht Van Klinken.
Jorinde van Klinken. Foto: Helena Vegter
Onder de belangstellenden bevindt zich zangeres, fotograaf en make-up artiest Helena Vegter uit Sappemeer, die Van Klinken uitnodigt voor een glamoureuze fotoshoot. De atlete gaat overstag. „Ironisch, hè. Helena is heel expressief, werkt ook met dragqueens. En ik draag nooit make-up, dat is totaal niets voor mij. Helena veranderde mij bijna onherkenbaar. Ik sta niet graag in het middelpunt van de belangstelling, maar het was ontzettend leuk om te laten zien dat dit ook kan.”
Naast de voor haar hoogst ongebruikelijke fotoshoot neemt Van Klinken een commerciële agent in de arm. „Haar taak is zoveel mogelijk geld binnen te halen, maar potentiële sponsors moeten wel bij me passen”, zegt de atlete. „Ik ben vegan, dus een slager promoten zal ik niet doen.”
Maar kijk aan, ondanks die weloverwogen beperkingen, verandert langzamerhand de wereld rond Van Klinken. „Voor mijzelf heeft dat ene interview veel opgeleverd”, vertelt ze op het nationale sportgala aan presentatrice Dione de Graaff. „Het gaat financieel een heel ander jaar worden, met mooie samenwerkingen. Daar ben ik super dankbaar voor. Het had heel anders kunnen uitpakken met mijn gekke uitspraken.”
Kogelstoten
Net als tijdens de eenzame, grijze trainingsochtend op Papendal richt Van Klinken zich begin volgend jaar eerst op het kogelstoten, met het oog op de WK indoor in maart. Dat doet ze in de geruststellende wetenschap dat de voldoening over haar unieke zilveren discusmedaille vanzelf zal volgen.
„Ik heb erover gesproken met Anouk Vetter”, zegt Van Klinken over een ontmoeting met de onlangs gestopte meerkampster op het nationale trainingscentrum. Vetter werd ooit tweede werd op de Olympische Spelen en het WK. „Zij herkende mijn gevoel. Het komt goed.”
Liever verspringster
Jorinde van Klinken is vicewereldkampioen met de discus, maar haar hart ligt bij een heel andere discipline in de atletiek. „Het liefst was ik verspringster”, zegt ze lachend. „Helaas heb ik daar niet het juiste lichaam voor.”
Geluk bij een ongeluk: ook voor haar specialiteiten discuswerpen en kogelstoten komt (voorzichtig) verspringen best van pas. „Snelheid, kracht, soepele spieren; dat kun je heel goed op een andere manier trainen, dus verspringen doe ik nog altijd. Gematigd, dat wel. Vanwege blessuregevaar doe ik geen maximale aanloop en afzet.”
In de toekomst hoopt Van Klinken kinderen te inspireren met haar brede liefde voor de atletiek. „Ik wil mijn kennis graag overdragen, aan de jeugd bijvoorbeeld. Maar het past nu nog niet in mijn schema.”