Dit is waarom trainer Dick Lukkien geloof houdt bij FC Groningen. 'Al snap ik mensen die zeggen, waar lult hij over?'

FC Groningen en het bekertoernooi, het is sinds het winnen van de cup in 2015 geen gelukkige combinatie. Na die legendarische zege op PEC Zwolle in De Kuip schaarden de noorderlingen zich nooit meer bij de laatste zestien. Twee keer bereikte de vervallen Groninger voetbaltrots nog de derde ronde, maar daarin bleken FC Utrecht (seizoen 2015-2016) en NEC (seizoen 2021-2022) te sterk. Het meest vers in het geheugen ligt nog de bekerschande van vorig seizoen tegen de amateurs van Spakenburg, die er in Euroborg met een 3-2 zege vandoor gingen. Het paste naadloos in het rampseizoen.

Wat dat betreft zijn trainer Dick Lukkien en zijn mannen gewaarschuwd voor de wedstrijd van woensdagavond tegen tweede divisionist Rijnsburgse Boys. Dacht FC Groningen er vorig jaar tegen de Spakenburgers misschien te licht over, de insteek is deze keer volgens de Veendammer oefenmeester een hele andere.

,,We zijn op zoek naar succesbeleving’’, stelt Lukkien, die in de competitie zijn ploeg al vijf keer op rij niet zag winnen. De Rijnsburgers, die ook nog niet al te florissant presteren dit seizoen, moeten als prooi dienen voor een positieve opsteker waar de noorderlingen zo naar snakken, al is het eigenlijk niet meer dan normaal dat het grote FC Groningen de topamateurs onder de voet lopen. ,,Maar het is altijd uitkijken voor die ene bananenschil in de eerste bekerronden’’, weet ook Lukkien.

Met welke opstelling hij het bekersuccesje denkt binnen te harken, wilde de trainer dinsdag nog niet zeggen. Eén ding is zeker: Hidde Jurjus staat weer op het doel. Zo vroeg in het bekertoernooi is het bij veel trainers goed gebruik om de reservekeeper een beurt te gunnen, maar Jurjus heeft nog maar net de positie van de als te onrustig beoordeelde Michael Verrips onder de lat overgenomen. ,,We moeten op zoek naar vastigheid’’, verklaart Lukkien de keuze om Jurjus voor het duel tegen Rijnsburgse Boys gewoon te laten staan.

Verder is de grote vraag met welke aanvallers FC Groningen aantreedt in het bloembollendorp. Kevin van Veen, de man van de beloofde dertig doelpunten, kon de laatste twee wedstrijden ondanks zijn status van topscorer niet langer rekenen op een basisplaats, maar het alternatieve aanvalskoppel Romano Postema - Kristian Lien deed het – zeker in het laatste duel tegen Cambuur (2-1 nederlaag) – niet veel beter.

Toch wijzen de voortekenen erop dat Lukkien vooralsnog vasthoudt aan het duo dat meer intensiteit en meer druk op de bal zou moeten brengen. ,,Wij schrijven als staf nooit iemand af, maar ik moet keuzes maken die goed zijn voor de ploeg’’, legt Lukkien uit. ,,Op dit moment denken wij dat dit het beste is. Wie de doelpunten moet maken? Lien heeft in het verleden bewezen dat hij dat kan. Hij was topscorer in Noorwegen, al was dat op het op een na hoogste niveau. Ook Postema heeft bewezen goals te kunnen maken, maar dat geldt ook voor Thom van Bergen en Kevin van Veen.’’

Intussen ligt Lukkien, samen met de beleidsbepalers van de club en directeur Wouter Gudde voorop, zwaar onder vuur bij de ontevreden achterban van FC Groningen. Hier en daar wordt om het vertrek geroepen van de beleidsbepalers en de trainer. Een onverhoedse uitschakeling in de beker zou de zaak nog erger maken, maar de coach blijft er rustig onder.

,,Ieder mens hoort liever complimenten dan dit soort dingen, maar ik vind dat iedereen recht heeft op zijn eigen mening. Ik lig er niet wakker van, omdat ik zie dat we stappen maken. Het kost alleen tijd om de zaken naar onze hand te zetten, om een elftal dat zonder vertrouwen speelde om te bouwen naar een team met vertrouwen, dat van reactief voetbal naar proactief voetbal overschakelt.’’

Tijd lijkt Lukkien nauwelijks te worden gegund. Na bijna twee jaar ellende eisen supporters succes en wel per direct. ,,We hebben last van het verwachtingspatroon waar we zelf ook een bijdrage aan hebben geleverd, maar we konden en wilden ons niet verstoppen. Iedereen weet dat we veel geld hebben uitgegeven aan spelers. Wij proberen als staf dingen maximaal te beïnvloeden. Ik zie de progressie die we boeken. Dat geeft mij rust. Ik snap mensen die zeggen, waar lult hij over, we hebben één punt uit vijf wedstrijden, maar ik houd geloof in waar wij mee bezig zijn.’’