Ongenaakbare Jenning de Boo uit Groningen wordt Nederlands sprintkampioen. Jutta Leerdam wint voor de vierde keer

De nog maar 20-jarige Jenning de Boo had na de eerste dag van het NK sprint in Thialf in Heerenveen al een riante voorsprong op zijn naaste concurrenten. Die werd zondag alleen maar groter. Hij won in 1.07,34 de tweede 1000 meter, nadat hij eerder op de tweede 500 meter met 34,29 wederom de snelste was op de kortste sprintafstand. Zijn ploeggenoot Tim Prins, die op het NK na Merijn Scheperkamp (Team Essent) als derde eindigde, sprak van de ‘Jenning de Boo-show’.

Dat was terecht, want de stad-Groninger won in het volgepakte ijspaleis drie van de vier sprintafstanden. Alleen op de eerste 1000 meter zaterdag werd De Boo achter Prins ‘slechts’ tweede. De nieuwe Nederlandse kampioen, die de titel voor het eerst in zijn nu al imposante carrière won, oogde op het ijs als de koelste kikker. Hij maakte geen fouten en reed een kampioenschap van hoog niveau. Maar in zijn hoofd rommelde het soms behoorlijk.

,,Ik heb een hartstikke mooi NK gehad. Dat ik die laatste 1000 meter zo goed zou rijden, had ik niet verwacht. Daarom kwam ik zo verbaasd over de finish’’, zei De Boo. ,,Ik was heel erg moe en moest alles eruit persen. Dat dit er dan uitkomt, had ik niet verwacht.’’

Volgens het Groningse sprintkanon hakten vier zware races in twee dagen er lichamelijk behoorlijk in. ,,Het leek of ik er niet veel last van had? Zo leek het niet haha.’’ Ook de zenuwen hadden hem aardig te pakken. De Boo stond zelfs te shaken in de opwarmruimte. Maar toen hij op het ijs stond en de race begon, gleed dat schijnbaar van hem af. ,,Ik weet dat goed te verbergen. Zenuwen zijn er, want ondanks een grote voorsprong kan er van alles gebeuren. Valpartijen, noem maar op.’’

Zijn coach had De Boo op het hart gedrukt om geen risico’s te nemen, gezien zijn riante voorsprong. Maar daarnaar luisteren, deed hij niet echt. ,,Het gaat niet door mijn hoofd van: ik moet daar en daar een beetje inhouden. Het is alles of niets bij mij. Dat pakt vaak goed uit.’’

De Groninger verruilde niet eens zo lang geleden het shorttracken voor het langebaanschaatsen en is daarin als sprinter zeer succesvol. Zo eindigde De Boo in het afgelopen seizoen als tweede op het WK sprint achter de Chinees Zhongyan Ning.

,,Ik blijf mezelf verbazen en hoop dat ik deze lijn kan doortrekken. Er is nu extra druk. Daarmee ga ik in januari naar het EK toe. Ik hoop dat ik met de zenuwen kan blijven omgaan. Ik voel me door de spanningen soms wat ziekjes. Met een hoge hartslag in de keel. Ik kom dan moeilijk in slaap. Maar als ik op het ijs sta en de race begint, verdwijnt dat ook weer heel snel. Dan word ik rustig, omdat ik moet presteren.’’

De Boo ziet genoeg mogelijkheden voor nog snellere tijden. ,,Mijn perfecte race heb ik nog niet geschaatst. Ik hoop de eerste 33-er en 146-er te gaan rijden. Dat is wat ik het liefste wil. Ik wil in ieder geval proberen om een Nederlands record of baanrecord te pakken. Dat zou mooi zijn. Naar het EK neem ik nu meer zelfvertrouwen mee, maar ook meer druk.’’

Jutta Leerdam veroverde haar vierde Nederlandse sprinttitel. De 25-jarige bleef Suzanne Schulting in het klassement ruim voor. Chloé Hoogendoorn werd derde. De beste drie schaatssters plaatsen zich in principe voor het EK sprint op 10 en 11 januari in Heerenveen. Femke Kok meldde zich af voor de tweede dag van het NK. De regerend wereldkampioene op de 500 meter, die terugkomt na een ziekte, kan nog een beroep doen op een aanwijsplek. Dat zou ten koste gaan van de nummer drie in het klassement.