De puber in de bloemkoolwijk heeft een plastic tas in zijn ene hand en een aansteker in de andere. De hormonen in zijn lijf, die in de vorm van jeugdpuistjes wanhopig aan alle kanten uit zijn kop knallen, krijgen vanavond vrij spel.
Hij steekt vuurwerk af.
De opwinding giert door zijn aderen, zelfs al staan zijn aangeschoten ouders vlak achter hem aanstellerig lang met de buren te knuffelen − ‘ach laiverd, na dit shitjaar kan het alleen maar beter worden’ − en nog eindelozer te praten over hun kantoorbanen, hun huizen en hun Netflix-series.
De puber denkt aan niets dan vuur. Hij wil het onvoorspelbare, de hitte, het explosieve, de rook, het lawaai. Hij wil zijn vrienden horen juichen – al is het maar om grondbloemen en fonteintjes.
Kinderspul, maar het brandt.
Hij groeide op in deze wijk. Die vrienden kent hij al sinds ze hun eerste stapjes op de stoep zetten. In het midden van de straat, die kronkelt als een bloemkoolroosje, is hun speeltuin. Elke oud en nieuw vieren ze met de straat: de eerste sterretjes, de jolige ouders, de eerste keer wakker blijven, de oliebollenbuiken.
Het is Nederland. Veilig en beschermd. Risico’s uitgebannen. Alles onder controle.
Net toen de puber het leven buiten het speeltuin-universum begon te ontdekken moest hij thuisblijven vanwege een virus dat voor zijn jonge lichaam geen bedreiging is. Nu moest hij anderen beschermen.
Ondertussen werd het vuur verbannen uit de samenleving.
Toch is oud en nieuw gewoon gezellig in de bloemkoolbuurt. Net als elk jaar. Hapje, drankje, muziekje. Heel af en toe lopen er jongens voorbij met illegale rotjes op zak. Als ze er eentje afsteken waarschuwt een van de vaders − ‘harde knal!’ − en krimpt iedereen even angstvallig in elkaar om daarna vlug weer verder te kletsen over hoe saai het leven is geworden door corona.
De puber steekt nog maar eens een knetterbal af. Vertederd gadegeslagen door de volwassenen die hem zagen opgroeien. Aangestoten door de vrienden met wie hij hier avonden lang schommelde tot het donker werd.
Wat er ook gebeurt in 2022, het maakt hem niet uit. Als er maar niet wéér een vuurwerkverbod komt.