'Mensen die moeite hebben met basisvaardigheden als lezen, schrijven, rekenen en omgaan met de computer, moeten eerder worden gedetecteerd, zodat ze geholpen kunnen worden'. Foto: ANP
Brieven, de bijsluiter, het stembiljet niet begrijpen; 2,5 miljoen laaggeletterden in Nederland hebben niet alleen zelf een probleem, voor de hele samenleving is het noodzaak dat de toenemende laaggeletterdheid wordt teruggedrongen, stelt docente Inge Graumans.
Bijna twintig procent van alle mensen in ons land is laaggeletterd. Het is een stille crisis in Nederland en met het nieuwe tv-programma Een leven zonder letters, waarin Frans Bauer twaalf mensen die laaggeletterd zijn volgt, wordt er mogelijk een taboe doorbroken.
Moeite hebben met lezen, rekenen en het gebruik van een computer of smartphone zorgt ervoor dat laaggeletterden moeilijk kunnen functioneren in de maatschappij. Een gebrek aan deze basisvaardigheden wordt als een individueel probleem gezien, maar zorgt voor grote problemen in onze maatschappij. In dit stuk benadruk ik het belang van het terugdringen van laaggeletterdheid in ons land met drie argumenten.
Om te beginnen moeten mensen die moeite hebben met basisvaardigheden als lezen, schrijven, rekenen en omgaan met de computer eerder worden gedetecteerd, zodat ze geholpen kunnen worden. Zij kunnen vaak wel lezen en schrijven, maar niet genoeg om mee te doen in onze samenleving. In schrijnende gevallen zorgt dit ervoor dat mensen worden uitgesloten van de maatschappij. Beter leren lezen en schrijven kan leiden tot een socialer leven, meer kansen op de arbeidsmarkt en een betere kwaliteit van leven.
Ten tweede kan laaggeletterdheid zorgen voor een vicieuze cirkel waardoor steeds meer kinderen opgroeien in armoede. Ouders die zelf moeite hebben met lezen kunnen hun kinderen niet goed voorlezen of minder goed helpen bij het maken van huiswerk. De financiële middelen zijn in deze gezinnen niet aanwezig om kinderen extra hulp te bieden wat leidt tot kansenongelijkheid.
Deze kinderen beginnen al met een achterstand op school, met als gevolg dat kinderen van laaggeletterde ouders vaker vroegtijdig uitvallen op school. Er ontstaat dan een vicieuze cirkel waarin laaggeletterdheid leidt tot armoede en armoede leidt tot laaggeletterdheid.
Op de laatste plaats kost laaggeletterdheid ons allemaal veel geld. De Algemene Rekenkamer becijferde de maatschappelijke kosten op 1,1 miljard euro. Gemiste inkomstenbelasting, verstrekken van uitkeringen en een lagere productiviteit zijn grote kostenposten voor onze samenleving. Maar ook hogere ziektekosten dragen hieraan bij doordat laaggeletterden vaker fysieke- en mentale gezondheidsproblemen ervaren. Stress en schaamte, veroorzaakt door het niet begrijpen van een gesprek in de spreekkamer met een arts of het niet kunnen lezen van bijsluiters, zijn hier slechts twee voorbeelden van.
Laaggeletterdheid is een stille crisis in Nederland doordat er nog steeds een taboe op rust. Mensen die moeite hebben met lezen, schrijven, rekenen en omgaan met de computer dreigen hierdoor te worden uitgesloten van de maatschappij.
Laaggeletterdheid zorgt ervoor dat kinderen opgroeien in armoede en de dupe worden van kansenongelijkheid. Het ontbreken van basisvaardigheden bij laaggeletterden kost de maatschappij veel geld. We kunnen dus niet anders concluderen dat het terugdringen van laaggeletterdheid van cruciaal belang is.
Inge Graumans is docente Nederlands en Economie in het voortgezet onderwijs