Arend van wijngaarden is parlementair verslaggever van Dagblad van het Noorden. Foto: Marcel Jurian de Jong
Het Noorden moet op zijn tellen passen na de presentatie van het rapport-Wennink. De investeringen kunnen zomaar aan de regio voorbijgaan terwijl de bezuinigingen hier wel hard aankomen.
Oud-ASML-topman Peter Wennink presenteerde vrijdag een advies aan de politiek om fors te investeren in de hightech-economie, om te voorkomen dat Nederland de internationale boot mist. Twee bestuurders van het UMC Groningen, Stephanie Klein Nagelvoort en Wiro Niessen, waren betrokken bij het rapport en reageerden dan ook vol optimisme. Het Noorden en dan vooral de kennisintensieve cluster rond het UMCG zouden kunnen bijdragen aan de investeringsagenda. Ze schoven Lifelines en de AI-fabriek meteen naar voren als kansrijke projecten.
Toch komt het woord ‘Groningen’ maar drie keer voor in het rapport van Wennink en dan gaat het ook nog grotendeels over het verlies van de gasopbrengsten. RTV Noord stelt in een analyse terecht vast dat er vergelijkingen te maken zijn met het rapport van oud Shell-topman Wagner in de jaren tachtig, die een beleid inluidde van investeren in kansrijke regio’s zoals de Randstad en Eindhoven, waardoor het Noorden jarenlang veel geld en aandacht tekort is gekomen. In het rapport-Wennink gaat het ook weer vooral over de bioscience in Leiden en kansen rond Schiphol en de Rotterdamse haven.
Bij de ontwikkeling van kennisindustrie kan de stad Groningen en omgeving hopelijk aanhaken. Maar voor veel bedrijvigheid elders in Groningen en Drenthe is dat lastiger. Wennink adviseert bijvoorbeeld te stoppen met de papierindustrie, terwijl er nog altijd forse kartonfabrieken zijn in onze regio. Andere zware industrie en bijvoorbeeld landbouwgerelateerde bedrijvigheid kan het ook moeilijk krijgen.
Het rapport komt ook nog op een politiek riskant moment voor het Noorden. Bij de vorige verkiezingen speelde de achterstand in de regio nog een grote rol, nu gaat het in de formatie voor een kabinet over heel andere onderwerpen.
Er wordt door de formerende partijen ook vooruitgelopen op harde bezuinigingen in zorg en sociale zekerheid en daar heeft Wennink ook ingrijpende plannen voor. Zo zou Nederland verder moeten snijden in flexcontracten en andere zekerheden voor werknemers.
Dat zou in het economisch altijd kwetsbare Noorden pijnlijke gevolgen kunnen hebben. Zoals korten op de zorg in Noord-Nederland ook harder aankomt dan elders, doordat hier naar verhouding meer mensen in de zorg werken en er van afhankelijk zijn.