Arend van Wijngaarden is parlementair verslaggever van Dagblad van het Noorden Foto: Marcel Jurian de Jong
De startbeslissing voor de Nedersaksenlijn die maandag in Emmen wordt genomen, mag historisch genoemd worden. Het kabinet belooft eindelijk volmondig dat er een spoorlijn komt van Emmen naar Groningen.
Het heeft natuurlijk jaren te lang geduurd en het gaat ook nog heel wat jaren duren. En het is nog lang niet uitgesloten dat er toch weer beren op de weg komen. Maar de voortekenen zijn gunstig. Dat is voor het hele Noorden van groot belang en met name voor de Drents-Groningse Veenkoloniën; Emmen, Ter Apel, Stadskanaal, Veendam en omgeving.
Sinds 2011 rijdt er weer een trein van Groningen naar Veendam, maar dat is het eindstation. ’s Avonds en op zondag rijdt de trein er maar eens per uur.
Sinds die tijd heeft de provincie al serieuze plannen om de lijn door te trekken naar Stadskanaal. Daar was ook al geld voor uitgetrokken en eigenlijk zou die lijn vorig jaar al rijden. Er kwam alleen een veel omvangrijker plan bij: het doortrekken van de lijn naar Emmen waarmee ook de verbinding naar Enschede tot stand komt.
Een nieuw stuk spoor door een gebied waar eigenlijk nog nooit een serieuze trein heeft gereden en een nieuwe spoorverbinding Twente-Drenthe-Groningen die er eigenlijk eerder nooit was.
Het zou voor de bevolking van een grote regio betekenen dat er eindelijk een goed vervoermiddel bij komt naast de auto. De trein was voor veel Emmenaren, Veendammers en iedereen die in dat gebied moet zijn nauwelijks een serieuze optie omdat het eindstations zijn zonder verdere verbindingen.
Ook voor Groningen, de rest van Oost-Groningen en Oost-Drenthe betekent het een flinke oppepper. Niet voor niets zijn er ook tienduizenden woningen gepland in het gebied, komen er bedrijven en voorzieningen bij. De hele regio wordt er levendiger van.
Dat zal nog heel wat stuurmanskunst vergen
Maar het is nog lang niet zo ver. Er mag nu dik 2 miljard euro klaar liggen, de Nederlandse politiek is grillig. Er zou uit onderzoek zomaar kunnen blijken dat het toch wat tegenvalt met de verwachte aantallen reizigers of de economische baten omdat er nu eenmaal minder mensen in deze regio wonen dan in de Randstad.
Je kunt er ook op rekenen dat er heus nog wel bezwaren komen over het tracé. In Stadskanaal, Musselkanaal, Nieuw-Weerdinge en Emmen komt de rails soms vlak bij woningen. Er zijn hier en daar natuurgebieden langs de lijn, met name in Emmen.
Het is zaak daarover goed overleg te voeren met alle betrokkenen. Dat zal nog heel wat stuurmanskunst van regionale bestuurders, Prorail en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat vergen. Dat is in het huidige politieke klimaat lang niet eenvoudig. Maar het begin is er.