Marije Drogt met haar kinderen Joshua (l) en Olivia (r). Foto: Nienke Maat
Van jongs af aan wist Marije Drogt (37) uit Eelde precies wat ze later wilde worden: moeder. Dat is gelukt. Zonder partner, maar met hulp van een spermadonor. In deel 3 van de DVHN-serie De Kinderwens doet zij haar verhaal.
Haar kinderen Olivia (5) en Joshua (1) legt ze het zo makkelijk mogelijk uit. „Mama wilde heel graag moeder worden, maar ze was niet verliefd, zeg ik dan. Er was geen papa.” Marije zit in haar woonkamer in Eelde. Op de eettafel liggen kleurboeken en stiften. „Dus mama is naar de dokter gegaan. Die heeft zaadjes in mama’s buik gedaan en daaruit begon jij te groeien.”
In de kern is dat het verhaal, maar de volledige versie is iets langer. Marije vertelt het met plezier, ze zit ontspannen aan tafel. In een notitieboekje heeft ze aantekeningen gemaakt. „Dan weet ik wat ik sowieso wil vertellen”, zegt ze lachend.
Wanneer Marije 29 jaaris gaat haar laatste relatie uit. Al snel stelt ze zichzelf de vraag: maar die kinderwens dan? Op een nieuwe partner zal altijd een bepaalde druk liggen, beseft ze. Ze wil kinderen en kan het zich niet veroorloven om nog jaren en jaren te wachten.
Serie Kinderwens
In de serie ‘De Kinderwens’ vertelt Dagblad van het Noorden het verhaal van mensen die op een bijzondere manier een kind (willen) krijgen. Elke eerste dinsdag van de maand verschijnt een aflevering.
In haar hoofd is het besluit snel genomen. Ze wil moeder zijn, ook als het alleen moet. Marije vertelt het als eerste aan haar ouders. ”Als iemand het kan, ben jij het wel”, zegt haar moeder. Twee jaar lang staat Marije nog open voor de mogelijkheid dat ze iemand ontmoet, maar een relatie blijft uit. Dus begint het voorwerk.
Online shoppen
Marije heeft een vriendin die met behulp van een spermadonor moeder is geworden, dus van een afstandje heeft ze gezien wat erbij komt kijken. Het helpt haar beslagen ten ijs te komen.
Ze stopt met de pil en begint haar menstruatiecyclus in kaart te brengen. Ze zoekt een zorgverzekering uit die de kosten van behandelingen in een fertiliteitskliniek en kunstmatige inseminatie zoveel mogelijk dekt, haalt ovulatietesten in huis en maakt een afspraak bij de huisarts. Die moet een verwijzing geven naar de fertiliteitskliniek.
Verhaal gaat verder onder de foto.
Een kind krijgen met hulp van een spermadonor betekent héél veel regelwerk, weet Marije inmiddels. Foto: Nienke Maat
Marije komt uit bij Nij Barrahûs in Wolvega. Daar volgt een intakegesprek en een follikelonderzoek. De kliniek heeft het donorzaad niet zomaar klaar staan: dat moet Marije zelf regelen via een spermabank. Ze kiest voor het Deense bedrijf Cryos.
Een wereld gaat voor haar open. Zaad kopen lijkt wel online shoppen. Ze vult een paar basisvereisten in: de donor moet getekend hebben voor ten minste één contactmoment, als haar toekomstige kinderen ouder zijn. Dat is in Nederland wettelijk verplicht. En ze kiest voor een minimum spermakwaliteit, want dat betekent een hogere kans op zwangerschap.
Alles een prijskaartje
Met een klik op de knop rollen 51 profielen uit de website van de spermabank. Allemaal spermadonoren die voldoen aan haar vereisten. ‘En nu?’, vraagt ze zich af. Basisgegevens zijn van elke donor bekend. Zijn nationaliteit, lengte, beroep, hoogst genoten opleiding en medische gegevens.
Dan zijn er de ‘extraatjes’. Wil je een kinderfoto van de donor? Dat kost extra, zo ontdekt Marije. Ook voor een stemopname tik je geld af, net als voor een handgeschreven brief waarin de man vertelt waarom hij donor is. Sperma dat op een bepaalde manier behandeld is, en daarmee geschikt voor verschillende vormen van inseminatie, heeft een prijskaartje. Er zijn zelfs verschillende verzendwijzen om uit te kiezen.
Uiteindelijk kiest ze een donor. Een man met een pedagogisch beroep, net als Marije zelf. Zij werkt op een dovenschool in Haren. Ze bestelt zes ‘pogingen’, waarmee ze hoopt twee kinderen te krijgen. Het kost haar ruim 3000 euro. Alle extra’s heeft ze achterwege gelaten.
Na de eerste en tweede inseminatie wordt Marije ongesteld. Dat is slikken, want wat als nummer drie ook niet aanslaat? Dan is ze al door de helft van haar pogingen heen. Maar in december 2018 laat een test zien waar ze zó lang op heeft gewacht: ze is zwanger.
Alleen naar het ziekenhuis
Met oud en nieuw gaat ze op bezoek bij haar ouders. Als haar moeder de keuken inloopt haalt Marije de positieve zwangerschapstest tevoorschijn. „Meissie, meissie, meissie”, zegt haar moeder terwijl ze haar dochter omarmt. „Wat fijn.” Dan komen de tranen. Alle spanning, het werk, het hopen: ineens komt het eruit.
Marije ‘fladdert’ door haar eerste zwangerschap heen. Ze voelt zich goed, en heeft er weinig moeite mee wanneer ze alleen naar afspraken bij de verloskundige moet. In week 37 besluit ze nog gauw de bevallingsmodule van een online zwangerschapscursus te volgen. Puffen op het ritme van Altijd is Kortjakje ziek, leert ze. Al-tijd-is-kort-jak-je-ziek. Puf-puf-puf-puf-puf-puf-puf.
Niet veel later wordt haar dochter geboren. Marije noemt haar Olivia Grace. De eerste dagen dat ze samen thuis zijn is er altijd iemand over de vloer om te helpen: overdag komt de kraamhulp, ‘s avonds en ‘s nachts de moeder van Marije. Na vier nachten durft Marije het aan om alleen thuis te zijn met haar kindje.
Als Marije haar ouders vertelt dat ze zwanger is, komt opeens de emotie. "Meissie, meissie, meissie", zegt haar moeder. Foto: Nienke Maat
Marije’s wereld wordt een stuk kleiner. Tijd voor hobby’s is er voorlopig niet meer, en dan begint ook nog de coronapandemie. Maar het vele alleen zijn gaat haar goed af, merkt ze tot haar eigen verbazing.
Als Olivia twee is voelt Marije dat ze klaar is voor een volgende zwangerschap. Ze heeft nog drie pogingen over, maar meteen bij de eerste inseminatie is het raak. Baby nummer twee is op komst. Deze keer verloopt de zwangerschap een stuk minder soepel. Marije heeft veel last van ochtendmisselijkheid en bekkeninstabiliteit. Onverwacht bevalt ze tijdens een vakantie in Oostenrijk, via een keizersnede. Olivia, dan drie en een half, heeft een broertje: Joshua James.
Voordat Marije terug kan keren naar Nederland blijkt een hele hoop papierwerk vereist. Ze vult de formulieren in vanuit haar ziekenhuisbed. Dat Joshua geboren is via een zaaddonatie maakt het complex, want bij alle formaliteiten is de aanname dat er twee ouders zijn. Elf dagen na de bevalling gaat Marije per ambulance naar een Nederlands ziekenhuis. Joshua ligt naast haar in een couveuse, Olivia rijdt met haar opa en oma terug naar huis.
Bij thuiskomst keert langzaam de rust terug. Voor Marije is het duidelijk: haar gezin is compleet.
Geen punt
Olivia is nu vijf, Joshua anderhalf. Zittend aan haar keukentafel in Eelde kijkt Marije vooral dankbaar terug op het traject dat ze achter de rug heeft.
Vanuit haar omgeving krijgt ze veel begrip voor haar keuze. Haar ouders zijn een grote bron van steun, zowel praktisch als emotioneel. Joshua en Olivia zijn dol op hun opa en oma. Bij Olivia in de klas is het verhaal van haar moeder geen punt. „Er zijn ook kinderen met gescheiden ouders, en met twee moeders. In die zin helpt de maatschappij van tegenwoordig. Er is besef dat ouderschap er verschillend uitziet in verschillende gezinnen.”
Ze krijgt wel eens een storende opmerking. Bijvoorbeeld als mensen haar, in het bijzijn van haar kinderen, vragen „of ze dezelfde vader hebben”. Marije fronst. „Het is sowieso bijzonder dat je het gepast vindt om dat te vragen waar ze bijstaan. ‘Ze hebben dezelfde donor’, zeg ik dan. Want dat is wat hij is. Net als dat iemand de vader van een kind kan zijn, zonder dat hij dat biologisch is. Het heeft te maken met betrokkenheid bij de opvoeding, en dat is de donor niet.”
Maar, benadrukt Marije: misschien voelt dat voor haar kinderen anders, als zij ouder worden. „Ik zal me altijd aanpassen aan wat mijn kinderen prettig vinden. Als zij later liever spreken over ‘hun vader’, dan doen we dat.”
"De maatschappij van tegenwoordig helpt. Er is besef dat ouderschap er verschillend uitziet in verschillende gezinnen." Foto: Nienke Maat
Als haar kinderen 16 zijn, kunnen ze contact leggen met de donor. Marije probeert ze zo goed mogelijk voor te bereiden op hoe dat kan lopen. „Ik wilde eerst tegen ze zeggen dat een ‘aardige’ man mij heeft geholpen om een kindje te krijgen. Maar mijn moeder merkte terecht op dat je daarmee al een bepaalde verwachting wekt. Ik vind het heel aardig dat iemand dit doet, maar ik wéét niet of de donor aardig is. Dus ik hou het neutraal.”
„Dit traject heeft me twee kinderen gebracht. Daar ben ik heel trots op”, zegt Marije. Ze heeft ook geluk, beseft ze. Dat het lukte om zwanger te raken. „En dat ik het als vrouw op deze manier kon doen. Ik heb alles helemaal zelf kunnen en mogen beslissen. Dat is een voorrecht.”
Heb jij een bijzonder verhaal een kinderwens? Heb bijvoorbeeld een onvervulde kinderwens, of ben je zwanger geworden met medische hulp? Raakte je op oudere leeftijd onverwacht nog in verwachting? Hebben jullie een kindje gekregen via gepland co-ouderschap? Laat het ons weten en mail naar: marjolijn.van.raaij@mediahuisnoord.nl