Theatermaker Afra Rijkhoff (links) en filmmaker Marleen Danhof (rechts) hebben samen de documentaire Roze Bubbel gemaakt. Foto: Jan Willem van Vliet
Afra Rijkhoff groeide op met twee liefdevolle moeders. Al had ze voor de wet maar eentje. Een probleem waar meer regenbooggezinnen mee kampen. In de docu ‘Roze Bubbel’ krijgen zij een stem.
‘Wie is dan je échte moeder?’ en ‘Huh, wie is dan je vader?’: het zijn zomaar wat vragen die Afra Rijkhoff (29) in haar leven heel wat keren heeft gekregen. Stom, vindt ze. Pijnlijk zelfs. Want Willy en Evelien zijn allebei haar échte moeder. En nee, een vader heeft ze niet.
Haar ouders waren één van de eerste lesbische stellen in Nederland die besloten samen een kind te krijgen. Pioniers, al hadden ze dat zelf niet echt in de gaten.
Rijkhoff werd geboren in Amsterdam en streek in 2017 neer in Groningen. Dat de manier waarop haar moeders hun gezin vormgaven hobbels en bobbels met zich meebracht, leerde ze pas later. Reden voor haar om een documentaire te maken. Een eerbetoon aan haar moeders. Een cadeau.
Maar tijdens het vooronderzoek en de gesprekken stuitte de theatermaker op een nog belangrijker onderwerp. Want waar moeder Willy na 12 jaar ein-de-lijk officieel door de wet werd erkend als ouder, is dat voor veel andere ouders in regenbooggezinnen nog steedsniet het geval.
Niet voor de wet
In Nederland erkent de wet maximaal twee ouders per kind. Dat betekent dat bij meeroudergezinnen, bijvoorbeeld een vrouwenstel en een man die hebben besloten om samen een kindje op te voeden, er altijd één ouder is die voor de wet geen familie is van zijn of haar kind.
Laat dat even op je inwerken: een liefdevolle ouder, die alles doet wat een ouder hoort te doen, is voor de wet géén familie van zijn of haar kind. Dat betekent dat deze ouder geen medische beslissingen mag nemen, geen paspoort kan aanvragen voor het kind en niet uitgenodigd hoeft te worden bij oudergesprekken.
Dát moest het onderwerp worden van de documentaire, wist Rijkhoff toen ze alle informatie op een rijtje had. Samen met regisseur Marleen Danhof (31) ging ze aan de slag.
Danhof, ‘gepensioneerd dj’ en filmmaker uit Groningen, sloeg meteen aan op het plan van Rijkhoff. „Ik val zelf op vrouwen”, vertelt ze. „En ik krijg daar nog steeds dagelijks vragen en rare opmerkingen over. Het verhaal van de moeders van Afra is mijn toekomst. Ik had geen idee hoeveel obstakels dat nog steeds met zich meebrengt.”
„Veel mensen niet denk ik”, zegt Rijkhoff. „Daarom vinden we het zo belangrijk om het te vertellen.” De documentaire is het verhaal van haar moeders én het verhaal van ouders die – volgens de letters van de wet – niet bestaan.
Roze bubbel
Drie jaar zijn de twee bezig geweest met Roze Bubbel. Het is de eerste keer dat ze zo’n film maken. In de documentaire, die 30 minuten telt, komen Afra’s moeders, twee meeroudergezinnen, hoogleraar Henny Bos (Sexual and Gender Diversity in Families and Youth), kinderwenscoach en bestuurslid Sara Coster van de stichting Meer dan Gewenst en oud D66-kamerlid Lisa van Ginneken aan het woord. De stichting Meer dan Gewenst en Van Ginneken proberen de wet te veranderen.
Dik acht jaar geleden adviseerde een speciale staatscommissie het kabinet om het mogelijk te maken dat meer dan twee ouders het gezag over kinderen kunnen hebben. Een meerderheid van de Tweede Kamer heeft in tussentijd tot drie keer toe de regering opgeroepen om actie te ondernemen. Tevergeefs. Op dit moment is het onduidelijk hoe hoog het punt op de prioriteitenlijst staat.
Met Roze Bubbel hopen Rijkhoff en Danhof een inkijkje te geven in het leven van meeroudergezinnen en de juridische hobbels waar zij mee te maken krijgen. Al was het tijdens het maken soms spannend of de docu er echt zou komen. Danhof: „We verzopen in het materiaal en we hebben gaandeweg moeilijke keuzes moeten maken.” Zo zijn ze, ergens halverwege, compleet opnieuw begonnen. Alles om het hoogst haalbare resultaat te krijgen.
Nu is het af. Ze zijn apetrots op het resultaat. De documentaire gaat 16 november 2024 in première op het Noordelijk Film Festival in Leeuwarden. De Groningse première is op 30 november in Forum Groningen. Rijkhoff, naast theatermaker ook docent, ontwikkelt een randprogramma voor scholen en wijken. „Daarmee gaan we dieper in op de thematiek van de documentaire met bijvoorbeeld een nagesprek, een oefening over het herschrijven van een sprookje en een spel over vooroordelen.”
En die vragen waar Rijkhoff zich al jaren zo aan ergert? Krijgt ze die nog? „Ja, soms. Vragen op zich zijn niet erg. Je voelt het als de interesse oprecht is en wanneer het voor entertainment is. Sinds het maken van de docu durf ik daar veel beter iets van te zeggen.”