Hoe de super succesvolle Nederlandse paralympische sporters in hun rolstoel zitten en op hun blades staan, is te danken aan kennis die voor een groot deel in Groningen is opgedaan.
En weer sleepten Nederlandse paralympische sporters de afgelopen dagen de ene na de andere medaille binnen in Parijs. Alleen grootmachten als China, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten haalden tot nu toe meer goud dan Nederland.
In de eerste plaats is het natuurlijk de prestatie van sporters als Joël de Jong (verspringer en sprinter) en Fleur Jong (sprintster) en hun team, zegt hoogleraar klinische bewegingswetenschappen Han Houdijk van het UMCG: ,,Maar op gepaste afstand dragen wij zeker ook ons steentje bij aan het succes.”
Grote veer
Bij blades, de beenprotheses waar de sporters op rennen, is de afstemming van het materiaal op de eigenschappen van de gebruiker cruciaal. Dit onderzoek doen Houdijk en zijn collega-bewegingswetenschappers in het UMCG. ,,Zo’n blade is een grote veer en het gaat dan om de mate waarin je de prothese laat veren”, zegt Houdijk. ,,Continu zijn we bezig om uit de data te halen hoe we de veer-eigenschappen van de blade optimaal aan de individuele sporter kunnen aanpassen.”
Revalidatiearts Rienk Dekker (links) en Riemer Vegter (beiden UMCG) bij de rolstoelrugbywedstrijd tussen Australië en Engeland in Parijs.
Ook de Nederlandse rolstoelsporters (denk aan tennis, basketbal, rugby en triatlon) profiteren van kennis uit Groningen. Bewegingswetenschapper Riemer Vegter en zijn collega’s hebben labtesten ontwikkeld voor topsporters in de rolstoel. Dat zijn inspanningstesten die gebruikt worden om trainingsadvies te geven óf om de rolstoel zo aan te passen dat je gestroomlijnder zit en meer kracht kunt zetten.
Samenwerking
,,Ook in andere landen worden slimme dingen gedaan om hun sporters zo goed mogelijk te laten presteren”, zegt Vegter. ,,Maar zo groots en wetenschappelijk onderbouwd als Nederland het doet, met samenwerking tussen universiteiten en NOC-NSF, daar zij wij wel uniek in.” Dat zal volgens Vegter zeker bijdragen aan de oranje medailleregen.
Vegter: ,,Onze methodes zetten we nu in voor Team-NL, maar we maken ze hierna ook openbaar, want het is immers wetenschappelijk onderzoek. Andere landen mogen het gaan gebruiken. Dat is ook goed, om het niveau internationaal alleen nog maar te laten groeien.”
Paralympisch Centrum Noord
Uiteindelijk begint de paralympische sport met de ontdekking van talent. Ook daar speelt Noord-Nederland een grote rol in, onder meer via het Paralympisch Centrum Noord, dat gehuisvest is in revalidatiecentrum Beatrixoord van het UMCG in Haren. ,,Wij zorgen ervoor dat talenten die revalideren zo snel mogelijk herkend worden en aangemeld worden bij NOC-NSF, als ze die ambitie hebben”, zegt revalidatiearts Rienk Dekker (UMCG). ,,Hoe meer talent, hoe meer strijd en hoger het niveau wordt. Dat betaalt zich uit.”