Susan Top in gesprek met Jan Wigboldus. Foto: Anjo de Haan
Onder inwoners van Bourtange, Onstwedde en Pieterburen is onrust ontstaan. Ze vrezen dat ondergrondse zoutkoepels in dat gebied in de toekomst gebruikt kunnen worden voor de opslag van kernafval. De dorpen worden genoemd als locaties die kunnen worden onderzocht in het kader van het Nationaal Programma Radioactief Afval (NPRA).
Onlangs publiceerde de regering een voorlopige versie van het NPRA. Daarin staat hoe de overheid wil omgaan met kernafval. Nederland moet als lid van de Europese Unie elke tien jaar zo’n plan opstellen. In het voorlopige programma staat dat Nederland op dit moment onderzoekt hoe kernafval kan worden opgeslagen in klei- of zoutlagen onder de grond. Daar ontstond de onrust over. Temeer ook omdat de coalitie van PVV, VVD, BBB en NSC de ambitie heeft om vier nieuwe kerncentrales te bouwen. Meer kerncentrales betekent meer afval.
Geen concrete plannen
Op dit moment wordt kernafval bovengronds opgeslagen bij de kerncentrale in Borssele. Actiegroepen zijn opgericht om tot het juridisch tot het uiterste te gaan om opslag te voorkomen. Het is niet de eerste keer dat Groningen wordt opgeschrikt. De Groninger zoutkoepels zijn zeker al een halve eeuw in beeld als opslagplaats voor kernafval. Tot nog toe zag Den Haag er vanaf na fel verzet van bewoners en de politiek.
De gedeputeerde benadrukt nogmaals dat het probleem nu niet speelt of aan de orde is. ,,Er zijn geen concrete plannen. Dat wil ik nadrukkelijk zeggen. Toch begrijp ik de onrust. Zodra dit onderwerp ter sprake komt is iedereen op z’n hoede. Maar nogmaals: Groningen is niet beschikbaar’’, betoogt de gedeputeerde. ,,Dat is onze boodschap.’’
Top: ,,Voor de zekerheid herhalen wij het als provinciebestuur nog eens. Opslag van kernafval op ons grondgebied is geen optie voor Groningen. Dat zeggen we al tientallen jaren, dat blijven we zeggen. Daar zijn we heel helder over. We willen geen radioactief afval binnen de provinciegrenzen, niet ondergronds en niet bovengronds. Wij blijven alert. Dat moeten de mensen ook blijven.’’
Tot 25 maart kunnen er zienswijzen en bezwaren tegen de plannen worden ingediend.