Jan B. (onherkenbaar gemaakt) bestormt met een groep het veld in het thuisduel met SC Cambuur. Foto: ANP
De naar eigen zeggen ‘ex-FC Groningen-hooligan’ Jan B. is dinsdag door de rechtbank veroordeeld tot een werkstraf. B. overtrad vorig jaar een gebiedsverbod dat burgemeester Schuiling van Groningen hem oplegde.
B. werd vrijdag 7 april 2023 gearresteerd door de politie vlakbij het stadion, waar FC Groningen juist met 1-2 heeft verloren van FC Utrecht. B. volgde die wedstrijd in de kroeg, hij had wat gedronken en hoorde dat er ‘trammelant was’ na afloop van het duel. Reden voor hem om zelf lijfelijk poolshoogte te nemen.
Maar B. had vanwege eerdere misdragingen in het stadion van burgemeester Koen Schuiling een gebiedsverbod gekregen. Zo stormde hij met anderen tijdens de thuiswedstrijd van de FC Groningen tegen Cambuur het veld op. Tot 17 augustus van dit jaar mag hij drie uur voor én na een thuisduel van de FC niet in de buurt van het stadion komen.
‘Politie sprak van een grimmige sfeer’
B. heeft de brief van de burgemeester niet goed gelezen, geeft hij toe in de rechtbank. „Ik wist de tijden niet precies. Ik dacht dat het gebiedsgebod gold tot een uur na de wedstrijd. En we hoorden in de kroeg dat er wat aan de hand was, dus ging ik er heen.”
Volgens de rechter was er inderdaad wat aan de hand, de politie sprak van een grimmige sfeer. Het was volgens de rechter dus niet zo slim van B. om er heen te gaan, gezien zijn verleden en ze herinnert hem aan zijn ‘documentatie’ – zijn strafblad– die bij Justitie bekend is.
Zo kreeg B. in 2011 negen jaar cel voor dertien strafbare feiten, waaronder drugshandel, afpersing, zware mishandelingen en deelname aan de criminele organisatie Groningen Casual Firm. Die firm was een hooliganclub die als doel had geweldsmisdrijven te plegen rond voetbalwedstrijden van FC Groningen.
De rechtbank noemde indertijd zijn daden ‘gewetenloos’. In 2016 kwam B. op vrije voeten nadat hij zes van de negen opgelegde jaren in de gevangenis had uitgezeten. In 2018 moest hij weer de cel in: zes weken voor mishandeling en wapenbezit (ploertendoder) en 180 dagen van het restant van de in 2011 opgelegde straf.
‘Ik heb wel vaker zo’n verbod gehad’
Later volgden voor B. nog een trits gebieds- en stadionverboden, en vorig jaar was hij nog betrokken bij rellen tussen hooligans in Alkmaar. „Ja, ik heb wel vaker zo’n verbod gehad. Maar dat had niks met geweld te maken, maar met betreding van het voetbalveld”, erkent B. die zich daarom ietwat verbaasd toont dat hij zich die 7e april zo had vergist in de opgelegde staftijden.
Inmiddels heeft B. naar eigen zeggen zijn leven gebeterd. „En ik ben al lang niet meer bij FC Groningen geweest”, zegt de voormalige hooligan. Hij zorgt nu om het weekeinde voor zijn twee kinderen en hij verschijnt gestoken in ogenschijnlijk dure merkkleding en schoenen in de rechtbank, iets dat ook de officier van justitie opvalt. Want B. meldt de rechtbank dat hij geen inkomen geniet, in de schuldsanering zit en leeft van een weekloon.
Advocate pleit voor geldboete
De officier van justitie vindt dat het strafbare feit bewezen is en eist een taakstraf van 40 uur. „B. wist wat zijn gebod inhield, maar dacht er een uur na de wedstrijd alweer te mogen zijn, vervelend feit is ook nog dat hij zich met anderen toch weer aangetrokken voelde tot die grimmige sfeer.”
B.’s advocaat vindt de taakstraf te zwaar. Ze pleit voor een voorwaardelijke geldboete voor haar verdachte.
De rechter oordeelt omdat er ‘vaker gedoe was met B. en hij had moeten weten wat de gevolgen van zijn daden waren’ een taakstraf van 40 uur op haar plaats is. Maar, de helft daarvan zet ze om in voorwaardelijk. Om niet nog vaker verplicht aan het werk gesteld te worden, moet B. zich de komende twee jaar dus blijvend netjes gedragen.