Eerste fragment van het Sinterklaasgedicht uit 1869. Bron Groninger Archieven
In de Groninger Archieven is het oudste moderne sinterklaasgedicht van Groningen – en wellicht van Nederland – ontdekt. Medewerker en historica Wendy Kolkert (26) vond een gedicht uit 1869 van de familie Geertsema.
Nogal wat sinterklaasvierders zitten de laatste dagen gepijnigd over hun toetsenbord gebogen. Leuk hoor die gedichten, maar waarom moeten ze per se rijmen? En iets beters dan ‘De Sint heeft zitten denken…’ moet toch mogelijk zijn.
Unieke vondst dankzij ‘gemakzuchtige’ dichter
De dichtstress was bij Wendy Kolkert al niet anders. ,,We hebben net een dochtertje gekregen. Mijn man zei tegen me: ‘als je niks kan verzinnen, dan ga je toch in de archieven zoeken? Daar ligt vast wel een mooi gedicht.’ Hij bedoelde het als grap, maar ik vond het een heel goed idee. En zo heb ik dit gedicht gevonden. Uit gemakzucht eigenlijk.’’
Eerste fragment van het Sinterklaasgedicht uit 1869. Bron Groninger Archieven
Het gedicht is tot nu toe het oudste sintgedicht van Groningen. ,,Er zijn al sinterklaasgedichten uit de 17de eeuw gevonden, maar de oudste bekende gedichten die vanuit het perspectief van Sinterklaas worden geschreven, verschenen pas vanaf 1880. Dit is dus een bijzonder exemplaar, ook omdat er weinig sinterklaasgedichten zijn overgeleverd. Ik weet niet of dit de oudste van Nederland is, maar het is niet uitgesloten. Zul je net zien dat in andere archieven nu oudere exemplaren opduiken.’’
Ze vond het gedicht in het archief van de familie Geertsema, een geslacht van paardenverkopers dat zich hoger opwerkte en burgemeesters en politici voortbracht. Kolkert heeft nog niet de naam van de overgrootmoeder kunnen achterhalen. Ook de schrijver is onbekend. ,,Het is een heel lief gedicht, gericht aan een overgrootmoeder. Soortgelijke gedichten waren vooral tuchtend van aard. Maar het is ook een mooie boodschap, dat je ook in moeilijke tijden dankbaar moet zijn.’’
Tweede fragment van het Sinterklaasgedicht uit 1869. Bron Groninger Archieven
Het gedicht aan overgrootmoeder leverde nog meer op: inspiratie. Kolkert: ,,Ik ben nu met een sinterklaasgedicht bezig waarin deze vondst is verwerkt.’’
Gedicht uit 1869
’T is meer dan tachtig jaar geleden sinds ik U ’t eerste lekkers bragt. ’T wicht van toen, d’oude vrouw van heden groot is ’t verschil. Maar welbedacht zag ik gelijkenis. Iets vrolijks in ’t gemoed bleef U tot heden bij; Dies werd ik opgemerkt en meende, na mijn bezoek bij ’t kind van Sey, ook grootmoeders moeder te gedenken; niet met een groote hoop geschenken zooals ik deed voor tachtig jaar, maar met een vriendelijk hartelijk praatje dat ik U toezend op een blaadje. Die vrolijkheid waarvan ‘k mogt spreken, ze blijve U bij dat aan Uw dood. Ze maak U ligt al de gebreken die de oudedag ook U aanbood, Ze blijf voor Kind en Kleinkind Tevens een ware vreugd, zoolang ge er zijt, en gaat ge heen naar betere oorden, als voorbeeld blijft ge voor hen staan. Om op ’t soms moeylijke pad des levens Steeds vrolijk, dankbaar voort te gaan.