Groningen, het academiegebouw van de Rijksuniversiteit Groningen RuG. Foto: Corné Sparidaens
De Rijksuniversiteit Groningen doet te weinig om intimidatie en pesterij door leidinggevenden aan te pakken. Medewerkers dringen aan op meer maatregelen.
De Young Academy Groningen (YAG), een groep jonge academici verbonden aan de RUG, schetste in een rapport dat in oktober vorig jaar verscheen een onthutsend beeld. De onderzoekers concludeerden dat ‘zelfs aan de Rijksuniversiteit Groningen, die tot nu toe geen spraakmakende gevallen heeft gekend, ernstige gevallen van intimidatie voorkomen, die meestal onder de radar blijven.’
‘Bron van de klachten wordt niet aangepakt’
Universitair hoofddocent organisatiegedrag Susanne Täuber was een van de onderzoekers en is lid van de personeelsfractie in de Universiteitsraad, een medezeggenschapsorgaan van de RUG. ,,Er zijn sinds het verschijnen van het rapport wel maatregelen genomen en aangekondigd, zoals een ombudsfunctionaris, maar hierbij gaat het slechts om symptoombestrijding. De bron van de klachten wordt niet aangepakt. De RUG is net als andere universiteiten hiërarchisch en competitief ingesteld. Veel medewerkers hebben tijdelijke contracten en zijn afhankelijk van een of twee leidinggevenden die ze kunnen maken of breken. Bovendien moeten ze met elkaar concurreren om de weinige vaste banen die er zijn.’’
Voor het rapport dat vorig jaar verscheen, voerden de onderzoekers twee jaar lang gesprekken met 26 huidige en voormalige stafleden. Uit hun verhalen blijkt dat in bijna alle gevallen mannelijke leidinggevenden zich schuldig maakten aan de overtredingen.
Ze zijn onder meer handtastelijk, gebruiken scheldwoorden of dreigen met het niet doorgaan van een promotie. Een vrouw vertelt over de seksuele intimidatie door een collega. De laatste zei onder meer: ‘O, ik vind het geweldig dat het lente is zodat ik meer van je lichaam kan zien.’ Een ander vertelt hoe een professor Chinezen ‘gele mieren’ noemde. Een vrouw klaagt dat ze veel meer onderwijstaken kreeg dan haar mannelijke collega’s.
RUG belooft maatregelen
Een woordvoerder van de RUG laat weten dat het college van bestuur de ernst van het onderwerp intimidatie onderschrijft en heeft hiervoor in overleg met diverse betrokkenen een aanpak ontwikkeld die dit binnen de universitaire gemeenschap moet tegengaan. Deze aanpak wordt op basis van ervaringen en nieuwe inzichten regelmatig bijgesteld. Het YAG-rapport van vorig jaar heeft er ook voor gezorgd dat er binnen de universitaire gemeenschap meer aandacht en urgentie voor dit onderwerp is gekomen en dat juicht het CvB toe. Afgelopen donderdag is over de stand van zaken en over de maatregelen ter preventie van ongewenst gedrag een constructief en open debat gevoerd met de URaad.
Binnen de universiteit zijn en worden tal van maatregelen getroffen om intimidatie tegen te gaan. Zo hebben leidinggevenden cursussen ‘Oog voor Sociale Veiligheid’ gevolgd en bewustwordingstrainingen gevolgd. Tot op heden zijn ruim 1500 RUG-medewerkers getraind hoe te handelen bij het signaleren van sociale onveiligheid. Het college van bestuur voert -mede naar aanleiding van het YAG-rapport- een driejarenprogramma uit om de sociale veiligheid verder te verbeteren. Hierbij wordt ook de YAG betrokken.
Prof. dr. Jouke de Vries, voorzitter van het college van bestuur: ,,Binnen onze academische gemeenschap blijft het aanpakken van sociale onveiligheid hoog op de agenda staan. Hierbij past ook dat we de aanbevelingen uit het YAG-rapport omzetten in acties, hetgeen we ook doen. Dit hebben we ook zo in de URaad besproken. Laat één ding duidelijk zijn: ongewenst gedrag heeft geen plaats binnen onze gemeenschap. Samen moeten we hier alles aan doen. Op onze universiteit hanteren we een zero tolerance beleid, maar uiteindelijk willen we zero cases.’’
Klacht indienen had nauwelijks zin
Veel betrokkenen - 22 – zijn vrouw en 23 komen uit het buitenland. In alle gevallen verkeerden zij in een afhankelijke positie ten opzichte van de dader. Een klacht indienen had nauwelijks zin. Leidinggevenden, die vaak de veroorzaker van het probleem zijn, nemen de klachten niet serieus. Faculteitsbesturen kijken de andere kant op en de afdeling personeelszaken kiest bijna altijd de kant van de leidinggevende. In veel gevallen worden de slachtoffers tot cursussen gedwongen waarbij ze hun eigen gedrag moeten ‘fiksen’, of wordt een mediationtraject op de rails gezet.
Täuber: ,,Het besef ontbreekt dat hiërarchie an sich geen kwaad kan. Het zijn mensen die hun positie binnen die hiërarchie gebruiken om anderen te kleineren, te discrimineren, en carrières en studiesuccessen te beschadigen, die de universitaire hiërarchie onveilig maken.’’
Een van de maatregelen die in het YAG-rapport werd voorgesteld was om slachtoffers van machtsmisbruik niet te dwingen tot een bemiddelingspoging met de bewuste leidinggevende. ,,Bemiddeling is niet raadzaam bij machtsverschillen. In veel gevallen gaat de intimidatie van het slachtoffer namelijk onder toeziend oog van de mediator – en nu voorzien van een geheimhoudingsplicht – gewoon door, en krijgt de persoon die voor sociaal onveilige werk- of leersituaties zorgt, haar zin. De slachtoffers worden op die manier uit de universiteit gepest, daders worden beschermd, en het onveilige systeem blijft zichzelf in stand houden.’’
‘Tijdelijke contracten bron van angst’
Ze benadrukt dat universiteiten over de hele wereld hiermee worstelen en verwijst naar een onderzoeksrapport van de actiegroep Casual Academy, een samenwerkingsverband van Nederlandse universiteitsmedewerkers, over de gevolgen van deze tijdelijke contracten in het hoger onderwijs. In het rapport, dat maandag verscheen, staat onder meer: ‘Precaire contracten zijn een grote bron van angst en beïnvloeden daarom stress, gezondheid en welzijn van werknemers. Daarmee heeft het niet alleen invloed op hun privéleven, maar ook op hun professionele ontwikkeling. Precair werk maakt werknemers ook bijzonder kwetsbaar voor intimidatie, machtsmisbruik, discriminatie en uitbuiting.’
‘Schaf functioneringsgesprekken af’
Het creëren van meer vaste banen helpt volgens Täuber dit op te lossen. ,,En schaf functioneringsgesprekken af. Academici worden geacht autonoom te werken, dus waarom worden ze afgerekend op zaken – zoals collegialiteit – die niets met je eigenlijke taken te maken hebben? De Efteling lijkt op dat gebied verder dan wij.’’