Wie aan de bel trok over risico's gaswinning werd tegengewerkt. 'Na mijn kritiek werd ik persona non grata bij de NAM', zegt wetenschapper bij parlementaire enquête Groningen
Tijdens de tweede parlementaire enquêtedag kwamen de wetenschappers aan bod. Foto: ANP/Lex van Lieshout
Tussen 1990 tot aan de zware aardbeving bij Huizinge op 16 augustus 2012 was er amper geloof dat de aardbevingen een veiligheidsrisico voor Groningers zouden zijn. De wetenschappers die anders beweerden, troffen weerstand en merkten hoe ver de invloed van gaswinningsbedrijven kon reiken.
,,In feite was ik een soort klokkenluider. Dat moest ik zeker niet te hard doen, omdat je anders de klepel terug zou kunnen krijgen’’, zegt geoloog en voormalig docent en onderzoeker aan de Technische Universiteit (TU) Delft Hans Roest tijdens zijn verhoor.
De tweede dag van de openbare getuigenverhoren van de parlementaire enquête over de gaswinning in Groningen staat volledig in het teken van de wetenschap. De drie uitgenodigde wetenschappers deden allen al in de jaren negentig onderzoek naar de relatie tussen aardbevingen en gaswinning. Urenlang vertellen Hans de Waal, Hans Roest en Peter van der Gaag hoe zij tegenstand hebben ervaren tijdens hun wetenschappelijke werk.
Spanningsveld op universiteit
Zo vertelde mijnbouwkundig ingenieur Hans Roest dat hij in zijn tijd als universitair docent bij de TU Delft een spanningsveld bemerkte waar de universiteit mee te maken had. Hoe de TU aan de ene kant onafhankelijk onderzoek probeert te doen, maar aan de andere kant ook te maken heeft met verschillende belangen van geldschieters als de NAM en Shell. ,,Er waren goede contacten met de Shell en de NAM.’’ Die wilde de top van de universiteit niet op het spel zetten.
Nieuwsbrief Naschokken
Wil je niets missen over de parlementaire enquête en alles daaromheen? Schrijf je dan hier in voor de nieuwsbrief Naschokken.
Hans Roest Foto: DvhN
Roest stelt zich in de beginjaren als een van de weinigen zeer kritisch op. Hij hekelde toen al de belangenverstrengeling met olie- een aardgasmaatschappijen zoals de NAM die onderzoek en informatievoorziening in de weg zouden staan.
Roest was ook lid van het in 1993 opgerichte Onafhankelijk Geologenplatform en was het voor ‘110 procent eens’ met de boodschap van het Drentse Statenlid Meent van der Sluis. Die stelde dat er een relatie is tussen aardbevingen en gaswinning.
,,Van der Sluis legde dat verband. Alleen zijn praktische uitwerking van die relatie was zeer zwak en daar werd hij door de NAM en andere wetenschappers heel hard op aangevallen. Maar de kernboodschap van Van der Sluis was heel juist.”
NAM betaalt onderzoek
Binnen de universiteit waren er wel grote zorgen over de houding van Roest, vertelde hij aan de enquêtecommissie. Hij memoreerde een opmerking van de toenmalige rector magnificus van de TU Delft die bij de NAM op bezoek was geweest en tevreden meldde dat ‘de onderzoeksgelden weer op gang waren gebracht’. Alleen niet voor het onderzoek naar aardbevingen. ,,Dat was in 1995.”
Experimenteel natuurkundige Hans de Waal, die van 1997 tot 2009 voor Shell werkte en daarna overstapte naar het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) sprak zelf over een tunnel. ,,Vanaf 1990 raakte iedereen in een tunnel. Er waren wel aardbevingen, maar de risico’s daarvan werden niet gezien. Die tunnel is blijven bestaan tot aan Huizinge. Iedereen zat in de tunnel: de NAM, SodM, KNMI, TNO... noem maar op.”
De Waal kwam bijvoorbeeld tot de conclusie dat de bodem bij een bepaalde gasproductie veel sneller zou dalen dan waar de NAM vanuit ging. Het gasbedrijf trok zijn conclusies in twijfel en zijn oud-werkgever Shell zette er een stempel op: restricted. Daarmee kwam het jarenlang in een kluis te liggen. Hij wordt door de NAM buiten de second opinion gehouden, iets wat zeer ongebruikelijk is in de wetenschap zegt de experimenteel natuurkundige. ,,Ik was vanaf dat moment een soort persona non grata. Ze wilden niet zoveel met mij te maken hebben. Het was over en uit.”
De Waal zegt zich altijd bijzonder verbaasd te hebben over het gebrek aan onafhankelijk kennis over de gaswinning. ,,Er zijn honderden miljarden verdiend aan het Groningenveld, en als je kijkt wat er geïnvesteerd is in onafhankelijke kennisontwikkeling, dat is heel weinig.’’
Als laatste was, tegen het einde van de middag, onafhankelijk geoloog Peter van der Gaag aan de beurt. Net zoals de vorige twee wetenschappers, is hij kritisch op het onderzoek dat naar de gaswinning gedaan is. Van der Gaag stipte aan dat niet goed gebruik is gemaakt van tiltmeters om het effect van aardbevingen op huizen te meten.
Kritiek op KNMI
Alle drie waren kritisch over de rol van het KNMI. Van der Gaag gaf de commissie mee om vooral toenmalig KNMI-directeur Hein Haak te bevragen, die toen de Begeleidingscommissie onderzoek aardbeving (BOA) voorzat. Die commissie concludeerde in 1993 dat er ‘onder bepaalde omstandigheden een verband kan zijn tussen bodemtrillingen en de gaswinning’. Ze kwamen ook tot de mogelijk zwaarste aardbeving een maximale kracht zou hebben van 3.3. Wetenschapper Roest, wiens opvatting daar haaks op staan, kreeg te horen dat hij zijn mond moest houden. Terwijl het volgens Roest zo belangrijk is dat kritische geluiden ook een kans krijgen.
Ook Van der Gaag trok vrijwel direct na de publicatie van het BOA in 1993 de onderzoeksresultaten in twijfel. Hij stelde voor om 1 procent van de gasopbrengsten uit Groningen opzij te zetten voor fundamenteel onderzoek. Hij wordt bijkans verketterd. ,,Als je een eenpitter bent, dan ben je een wijsneus. Het is moeilijk je dan te verdedigen.”