Illustratief beeld uit een opvanghuis voor vrouwen en kinderen die te maken hebben met huiselijk geweld. Foto: Kees van de Veen ARCHIEF
Veilig Thuis Groningen en Jeugdbescherming Noord kampen met lange wachtlijsten door hoog personeelsverloop en ziekteverzuim. Als gevolg daarvan wordt slechts de helft van alle meldingen binnen de daarvoor toegestane tijd opgepakt, met alle risico’s van dien.
De twee hulpverleningsinstanties bestaan naast elkaar en werken samen onder één bestuur en directie. Veilig Thuis is het meldpunt voor kindermishandeling en huiselijk geweld in Groningen. Jeugdbescherming Noord helpt kinderen en ouders in Groningen en Drenthe bij ernstige problemen rondom opgroeien en opvoeden. Dat hoeft niet altijd vrijwillig. De kinderrechter kan een kind onder toezicht stellen.
De twee organisaties hebben al langer wachtlijsten, maar die lopen sinds juni dit jaar verder op. Een melding bij een van de organisaties hoort binnen vijf werkdagen opgepakt te worden. Dat gebeurt nu in 52 procent van de gevallen. Een vervolgstap moet binnen tien weken genomen zijn, maar dat gebeurt slechts in 49 procent van de gevallen. Een structureel personeelstekort en hoog ziekteverzuim maken de wachtlijsten moeilijk in te korten.
‘Je wilt huiselijk geweld snel doorbreken’
De Groningse zorgwethouder Manouska Molema (GroenLinks) maakt zich zorgen over de situatie bij Veilig Thuis Groningen en Jeugdbescherming Noord. „Ze beoordelen signalen van mishandeling, daar wil je überhaupt geen wachtlijsten in hebben”, legt ze uit.
Een wachtlijst kan bovendien betekenen dat een hulpverlener pas maanden na een incident aan de deur staat. Dat is onwenselijk, vindt Molema. „Het grootste risico op geweld is achter de voordeur. De neiging om hulpverlening te accepteren is na een paar maand kleiner en het wordt moeilijker om de juiste dingen te doen. Als er huiselijk geweld is, dan wil je dat zo snel mogelijk doorbreken.”
Veilig Thuis Groningen probeert sinds mei dit jaar met aanvullende maatregelen de eigen wachtlijsten in te korten, maar dit lost de problemen onvoldoende of niet snel genoeg op. Het betekende voor bestuurder Henk Schreurs het einde bij de twee organisaties. Hij heeft ‘in samenspraak met de Raad van Toezicht zijn opdracht neergelegd’, zo valt te lezen in een brief van Molema aan de gemeenteraad van Groningen.
‘Te weinig mensen’
Gert Cazemier staat nu tijdelijk aan het roer van Veilig Thuis en Jeugdbescherming Noord, maar hij vindt het te vroeg om de vinger op de zekere plek te leggen. „Ik ben er net vier dagen”, zegt hij. Wel geeft hij aan dat de problemen bij Jeugdbescherming Noord groter zijn dan bij Veilig Thuis.
„Het heeft te maken met ziekteverzuim en vacatures”, legt hij uit. In een krappe arbeidsmarkt zijn die niet zomaar ingevuld. „Het is weerbarstig. De collega’s werken hard, maar het moet soms met te weinig mensen gebeuren.” Hij moet daar ondanks alle moeilijkheden in de komende zes maanden verbetering in zien te krijgen.
Acute crisis niet op wachtlijst
Acute en urgente situaties worden volgens Cazemier altijd meteen opgepakt en belanden niet op een wachtlijst. Zo worden de binnenkomende meldingen geprioriteerd. Wat urgent is? „We proberen voortdurend risico inschattingen te maken, want we worden niet voor niets ingeschakeld. Het is dus eigenlijk altijd urgent. Maar een levensbedreigende situatie duldt geen uitstel, waar je bij andere situaties kunt kijken of we het kunnen aanzien met andere maatregelen.”
Er komt nu een groot onderzoek naar beide organisaties. Dat is ingestoken door alle gemeenten in Groningen en Drenthe en wordt gedaan door een extern bureau. Dit onderzoek moet bijdragen aan een plan voor de korte- en lange termijn om de problemen bij Veilig Thuis en Jeugdbescherming Noord op te lossen.