'Eindelijk zwart op wit wat wij al jaren zeggen.' Veiligheidsregio Groningen en VluchtelingenWerk zijn het roerend eens met rapport over asielzoekersopvang (die veel beter moet)
De opvang in Ter Apel is overvol: 20 mensen sliepen in een tent, 130 op een stoel. FOTO: ANP
Eigenlijk staat er niets in het rapport over de Nederlandse asielopvang dat de Veiligheidsregio Groningen nog niet wist. Toch is het goed dat het er is, vinden noordelijkebestuurders. Ze hopen, net als VluchtelingenWerk Nederland, dat het tot verbetering leidt.
Een ‘chronisch gebrek aan anticipatie’. Opvang die ‘door de humanitaire ondergrens zakt’. Een situatie die ‘Nederland onwaardig’ is. En dat wordt allemaal veroorzaakt en in stand gehouden door de rijksoverheid zelf.
De Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) en de Raad voor het Openbaar Bestuur (ROB) vellen een keihard oordeel over de asielopvang in Nederland. Die verkeert eigenlijk continu in crisisstand. Bij grote instroom, zoals nu uit onder meer Oekraïne en Afghanistan, moet altijd ad hoc opvang gezocht worden omdat er niet genoeg permanente ruimte beschikbaar is.
,,Herkenbaar’’, reageert Hans Coenraads, de woordvoerder van de Groningse burgemeester en Veiligheidsregiovoorzitter Koen Schuiling. ,,In grote lijnen is dit rapport een bevestiging van wat wij al lange tijd zeggen. We vinden het een zeer welkom rapport. Nu staan de argumenten eens zwart op wit en worden ze hopelijk meegenomen in nieuw beleid.’’
Burgemeester Schuiling verklaarde in april dat hij zich schaamt voor de situatie in Ter Apel, waar alle asielzoekers zich aanmelden wanneer ze Nederland binnenkomen. Het aanmeldcentrum zit al maanden veel te vol, omdat er veel vluchtelingen tegelijk arriveren en en er te weinig asielzoekers doorstromen naar gewone woningen.
In Ter Apel slapen mensen noodgedwongen op stoelen of zelfs buiten. Maandagnacht riep het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) ten einde raad de hulp in van het Rode Kruis, dat tenten kwam opzetten. Schuiling roept andere regio’s op om bij te springen met noodopvanglocaties, zodat de druk van Groningen af kan. Maar voor een structurele oplossing is het rijk aan zet.
Gemeenten moeten verplicht worden om opvang te regelen
,,Om te zorgen dat niet meer alles via Ter Apel gaat, moeten er meer aanmeldcentra komen’’, zegt Coenraads. ,,En de financiering moet anders.’’Nu hangt de rijksbijdrage voor het COA af van het aantal mensen dat wordt opgevangen: hoe minder asielzoekers in de verschillende centra, hoe minder geld, dus is het COA per definitie nooit goed op een piek voorbereid.
In het rapport pleiten de ACVZ en ROB voor minder vrijblijvendheid bij de gemeenten. Die moeten allemaal verplicht worden om opvanglocaties beschikbaar te stellen - desnoods heel kleinschalige. Groningen is daar een warm voorstander van, zegt Coenraads. ,,Al is geld wel een punt van zorg. Maatwerk met veel kleine opvangcentra is natuurlijk duurder dan een paar heel grote locaties.’’
‘Vluchtelingen verblijven maandenlang in ruimtes die niet menswaardig zijn’
VluchtelingenWerk, de organisatie die opkomt voor de belangen van vluchtelingen in Nederland, staat ook achter het advies om gemeenten meer verplichtingen op te leggen. ,,Tot op heden dragen gemeenten op basis van vrijwilligheid opvanglocaties aan. Hierdoor duurt het erg lang om goede plekken te vinden die voor een langere tijd beschikbaar zijn’’, weet persvoorlichter Nienke Toren. ,,VluchtelingenWerk pleit voor een eerlijke verdeling van alle asielzoekers over kleinschalige locaties in het hele land.’’
Net als de Veiligheidsregio Groningen is VluchtelingenWerk blij met het rapport. ,,Wij zien dagelijks hoeveel leed er ontstaat in de noodopvang, waar vluchtelingen maandenlang verblijven in ruimtes die verre van menswaardig zijn. Ook in Ter Apel hebben al te veel mensen op veldbedjes of stoelen moeten slapen. Er moet een einde komen aan ad-hocmaatregelen.’’
Het COA is dinsdag nog niet in staat om op het rapport te reageren, zegt woordvoerder Frank Neervoort. ,,We hebben het zo druk dat we nog geen tijd hebben gehad om ons erin te verdiepen. Dus we onthouden ons nog even van commentaar.’’