Heb jij soms het gevoel dat er echt alleen maar slecht nieuws is over het klimaat? Journalist Jurgen Tiekstra uit Zuidhorn dacht dat ook, tot hij zich erin verdiepte. 'Alle nuance verdwijnt, dat jaagt mensen angst aan'
Jurgen Tiekstra schreef een boek over het klimaatdebat: 'We moeten mensen niet zo ontzettend bang maken' Foto: Geert Job Sevink
De mensheid is al talloze keren bang geweest dat haar voortbestaan aan een zijden draadje hing. Iedere keer viel het in de praktijk mee. Waarom houden we dát niet wat meer in gedachten als we het hebben over de klimaatverandering, vraagt journalist en schrijver Jurgen Tiekstra zich af. ‘Met doemverhalen die niet uitkomen creëer je alleen maar wantrouwen.’
Natuurlijk maakte Jurgen Tiekstra (39) zich ook zorgen.
Als kind van de jaren 80 werd hij groot met zure regen, luchtvervuiling en het alarmerende Global 2000-rapport, dat waarschuwde dat de wereld rond het aanbreken van deze eeuw een stuk armer, kwetsbaarder en onzekerder zou zijn. Als volwassene las hij nieuws over bosbranden, hongersnoden, overstromingen, wond hij zich stiekem op over mensen die zomaar in een CO2-uitbrakend vliegtuig stapten voor een weekendje weg.
Als vader van drie dochters vroeg hij zich af: in wat voor wereld gaan zij eigenlijk groot worden? Waar gaat het naartoe, nu het klimaat steeds warmer wordt, de gletsjers smelten, de zeespiegels stijgen?
,,Een paar jaar geleden had ik daar een gesprek over met mijn vrouw’’, herinnert Tiekstra zich. ,,Toen dacht ik: ik ga me hier in verdiepen. Hoe zit dit precies, hoe zijn we nou als mensheid op het punt terechtgekomen dat we met deze problemen zitten?’’
Als hij het antwoord had, zou Tiekstra het opschrijven. In een boek. Van tevoren leek het erop dat het een vrij pessimistisch boek zou worden, het verhaal van de mens als wrede vervuiler die door de eeuwen heen altijd maar meer wilde en nu met de catastrofale gevolgen zit.
,,Maar het werd gaandeweg een soort avontuur’’, beschrijft Tiekstra. ,,Je stuit op allerlei verrassingen. Ik kwam erachter dat het klimaat een chaotisch systeem is, dus niet lineair, waardoor het heel moeilijk is om exact te zeggen hoe het zich ontwikkelt. Opwarming op zichzelf is redelijk te voorspellen, maar niet precies wat voor gevolgen dat heeft qua weersextremen en zéker niet regionaal. Dat was helemaal nieuw voor mij.’’
‘We moeten ophouden met mensen zo ontzettend bang maken’
Het zette hem aan het denken. Als de wetenschap rekening houdt met een aantal verschillende toekomstscenario’s, hoe kan het dan dat zoveel mensen - hijzelf incluis - in de overtuiging leven dat we sowieso op een worst case scenario afstevenen? De manier waarop wij spreken over het klimaat en onze toekomst - wat zegt dat eigenlijk over ons? Dat werd uiteindelijk de vraag waarop Tiekstra een antwoord zoekt in Het klimaatdebat als lachspiegel, dat op 10 februari verscheen.
,,Tot nu toe is er eigenlijk vooral interesse uit de hoek van Elsevier en De Telegraaf’’, zegt hij lachend.. Niet direct de kant van het medialandschap waar de meest klimaatbezorgde schrijvers en lezers zitten.
Misschien is dit derhalve een goed moment voor een disclaimer. Jurgen Tiekstra beweert niet dat de huidige klimaatverandering niet bestaat. Hij ontkent ook niet dat het een groot probleem is, goeddeels veroorzaakt door mensen. Hij vindt de transitie naar schone groene energie geen onzin en het streven om de opwarming onder de twee graden te houden óók niet.
,,Maar we moeten ophouden met mensen zo ontzettend bang maken’’, vat hij samen. Dat doen veel organisaties en nieuwsmedia, signaleert hij, en het is misschien nietverkeerd bedoeld - maar het is ook niet helemaal terecht. ,,Alle nuance verdwijnt als er verslag wordt gedaan over klimaat.’’
Hoe ziet dat er bijvoorbeeld uit? Afgelopen najaar publiceerde het KNMI het rapport Klimaatsignaal 21, onder meer over de stijging van de zeespiegel in het jaar 2100. Waar het instituut eerst uitging van een stijging van een meter, meldt het nu dat 1,20 of zelfs 2 meter ook tot de mogelijkheden behoren.
,,Rob Trip vertelt dan in het NOS Journaal: het KNMI denkt dat het nóg erger wordt, we kunnen zelfs 2 meter zeespiegelstijging krijgen. Maar wat hij daar niet bij zegt, is dat dat het meest ongunstige scenario is’’, legt Tiekstra uit. ,,Het gaat ervan uit dat de klimaatafspraken van Parijs teruggedraaid worden en dat we de hele 21ste eeuw nog enorm veel steenkool gebruiken. Terwijl in werkelijkheid het steenkoolgebruik afneemt.’’
Maakbaarheid en pessimisme: alles kán misgaan
In het onderzoeksrapport zelf staan die voorbehouden allemaal beschreven. In het Journaal-item vallen ze weg. ,,En welke journaalkijker leest nou die rapporten na?’’ vraagt Tiekstra retorisch. ,,Er worden met zekerheid dingen gesteld die helemaal niet waarschijnlijk zijn. Dat jaagt angst aan.’’
Angst voor de toekomst, voor het einde van de wereld zelfs, heeft de mensheid eigenlijk altijd al gehad, merkte Tiekstra in zijn onderzoek. Tijdens de Industriële Revolutie hadden we misschien eventjes groot vertrouwen in De Vooruitgang - maar dat was gauw over toen we in de Eerste Wereldoorlog de schaduwkant van diezelfde vooruitgang zagen.
Na de Eerste Wereldoorlog kwam de Tweede. Dáárna kwamen de kernwapens, die de hele aarde zouden kunnen vernietigen als het goed fout ging. Tegelijk begonnen sociologen en geografen te waarschuwen voor explosieve bevolkingsgroei, waardoor alle aardse grondstoffen binnen afzienbare tijd op zouden raken. Vanwege zorgen over vervuiling van grond, lucht en water werd in 1970 de eerste jaarlijkse Earth Day gehouden.
,,Denken over de toekomst vinden we ontzettend lastig, omdat het altijdonzeker is. We geloven wel in maakbaarheid, dat we problemen kunnen oplossen, maar tegelijk is er een heel sterk pessimisme: alles kán misgaan.’’
Neem die zure regen, hét angstbeelduit Tiekstra’s kindertijd. Door zwaveldioxide en ammoniak werd het regenwater letterlijk steeds zuurder. Dat zure water tast van alles aan - van de bodem, planten en bomen tot gebouwen, metalen constructies en luchtwegen. Biologen waarschuwden vanaf de jaren ‘80 voor massale sterfte in meren en bossen. In Duitsland werd gevreesd dat het Zwarte Woud ervóór het jaar 2000 aan zou gaan.
Zo’n vaart liep het niet. De uitstoot van schadelijke gassen daalde, de regen is niet meer zuur en het Zwarte Woud is gewoon overeind blijven staan. ,,Het viel allemaal heel erg mee. De Duitse en Nederlandse bossen bleken er uiteindelijk prima bij te staan.’’
‘Iedereen gaat selectief met de waarheid om. Ook de partij waar jij fan van bent’
Ja, maar wacht eens - dat ging toch niet vanzelf? Dat de industrie en landbouw schoner werden, kwam door strengere Europese regels. Dat Europa regels maakte, kwam doordat eerst wetenschappers en vervolgens milieuorganisaties en de media alarm sloegen. Kan een beetje alarmisme niet juist een handig middel zijn tot een goed doel?
,,Dat zei iemand laatst ook tegen me op Twitter, dat we nu al vijftig jaar nuanceren rondom klimaat en dat er zo nooit iets verandert. Ik vind het best lastig. Ik wil ook dat de problemen worden opgelost. Je moet een bepaalde dankbaarheid hebben voor de radicale milieubeweging, die vanaf de jaren ‘70 heel veel momentum heeft gecreëerd voor wetgeving.’’
Maar activisme dat het niet zo nauw neemt met de feiten, zo vreest hij, heeft uiteindelijk een averechts effect. ,,Als je zúlke grote doemverhalen ophangt die niet uitkomen, als je niet reëel en niet eerlijk bent, ondergraaf je uiteindelijk het draagvlak. Ik begrijp wel dat er mensen zijn die de milieubeweging wantrouwen.’’
De beste remedie tegen de polarisatie, denkt hij, is een goed gesprek. ,,We moeten veel empathischer met elkaar praten, aan elkaar vragen: ‘Waar maak jij je zorgen over?’ En leren leven met het feit dat iedereen ongelijk kan hebben. Iedereen heeft de neiging om selectief met de waarheid om te gaan, óók de partij waar jij fan van bent. Ook jijzelf. Misschien heb ik in mijn boek ook bepaalde blinde vlekken, en dan hoop ik dat iemand me daarop wijst.’’
En hoe is het met zijn eigen toekomstzorgen, waar dat hele boek om begonnen was? Daar moet Tiekstra even over nadenken. ,,De opwarming neemt toe en de CO2-uitstoot nog niet echt af. Er moetheel veel gebeuren. Daar zit een bepaald ongemak in, hoe snel zal het gaan, wat komen we tegen? Maar ik denk dat het Parijsakkoord perspectief geeft. Voor het eerst zijn er plannen waar echt consensus over is, en die elke vijf jaar worden aangescherpt. Het is heel spannend. Maar dat is het al wel vaker geweest.’’