Etty Meijer en Ab Reitsma van Bewoners Belang Eerst (BBE) op de dijk bij Oudeschip met uitzicht over de Oostpolder. Foto: Anjo de Haan
Twee jaar, meer dan veertig bijeenkomsten en talloze brieven verder lijkt de uitbreiding van de Eemshaven tastbaar te worden met een hoogspanningsstation van Tennet in de Oostpolder. De dreiging hangt al langer in de lucht, maar hoe gaat het nu met het dorp Oudeschip?
Een dorp gebouwd tegen een dijk. Een dorp waar je alleen komt via smalle landwegen en dat oprecht als het einde van de wereld voelt, op een positieve manier. We zijn in Oudeschip, dat bekendstaat als ‘het plekje dat opgeslokt wordt door de Eemshaven’. Waar je ook staat tussen de nog geen honderd huizen (Oudeschip heeft 120 inwoners), overal zijn windmolens te zien.
Reeën en bruine kolen
„Kijk, daar staan twee reeën, mooi hè?” Etty Meijer (68) wijst richting de Oostpolder. We staan op de dijk, waar het uitzicht op de grote gebouwen van de Eemshaven overheerst. De Oostpolder, het gebied dat de huizen en de Eemshaven van elkaar scheidt, is waar het moet gebeuren. Ab Reitsma (68) kijkt naar de enorme berg bruine kolen die een paar kilometer bij de reeën vandaan ligt. „En dan schreeuwen ze hoog van de daken over duurzaamheid..”
De dijk die de Oostpolder en het dorp van elkaar scheidt. Foto: Anjo de Haan
Meijer en Reitsma hebben zich de afgelopen jaren ontwikkeld als woordvoerders voor Oudeschip en Spijk (ongeveer 6 kilometer verderop). Een paar weken geleden zijn de twee dorpen samen gaan werken in hun strijd tegen de uitbreiding van de Eemshaven, onder de naam Bewoners Belang Eerst (BBE). Op hun site zetten ze vijf punten uiteen waar ze afspraken over willen maken. Maar het belangrijkste stokpaardje: behandel inwoners als gelijken, betrek ze vroeg bij plannen en luister ook echt. Want dat is tot nu toe niet gebeurd, vinden ze. „We krijgen soms niet eens een reactie als we een brief naar de gemeente sturen.”
Bijna overal in het dorp zijn op de achtergrond de windmolens zichtbaar. Foto: Anjo de Haan
De twee praten met vuur in hun stem. In een kamer met zicht op de rustige dijkweg en daarachter de dijk, tikt Reitsma af en toe met een krachtige wijsvinger op de houten eettafel als om zijn punten extra aan te zetten. Hun betoog verzandt soms in technische details die, voor elk ander die niet net zo diep in het dossier zit, bijna onbegrijpelijk zijn.
Al jarenlange dreiging in de lucht
Twee jaar geleden werd de uitbreiding van de Eemshaven officieel aangekondigd met een brief aan alle inwoners van Oudeschip. De 600 hectare landbouwgrond moet industriegrond worden en de boeren moeten hun land verkopen aan de overheid. Het kwam destijds als een enorme klap, blikken de twee terug.
Een huis in Oudeschip, het dorp dat opgeslokt dreigt te worden door de Eemshaven. Foto: Anjo de Haan
De dreiging hing al veel langer in de lucht. Meijer woont sinds 1976 in Oudeschip en zegt dat ze in de jaren 80 al op de barricaden stond tegen de komst van een kerncentrale. In 2017 werden de vele windmolens rond het dorp gebouwd. Dat die er zijn, hebben ze geaccepteerd. Ze zouden financieel meeprofiteren van de windmolens door middel van een energiecorporatie. Dat is alleen nog steeds niet gebeurd.
Vorige maand, twee jaar na het nieuws dat de Eemshaven uit zou breiden, werd het tastbaar. Tennet gaat een hoogspanningsstation bouwen.
Zorgt gezamenlijke vijand voor hechte gemeenschap?
Wie op de site van het dorp Oudeschip kijkt, ziet dat berichten over de Eemshaven en Seaports de hoofdmoot vormen. De aankondiging dat Sinterklaas aankomt, lijkt een vreemde eend in de bijt. Meijer en Reitsma besteden veel tijd aan hun comité tegen de uitbreiding van de Eemshaven. Ze zijn beide met pensioen. Maar ja, zegt Meijer, dit is niet waar je de jaren na het einde van je carrière het liefst aan zou willen besteden. Op de vraag of het als een baan voelt, moeten ze lachen.
In Oudeschip draait het dorpsleven om de dreiging van de Eemshaven. Foto: Anjo de Haan
Het valt mee. Maar er zit wel veel werk in: het dorp op de hoogte houden via de website en een krantje, elke bijeenkomst bijwonen, alle documenten en ontwikkelingen binnenstebuiten keren, opiniestukken en brieven aan overheden schrijven en in het ideale geval meedenken over de invulling van de Oostpolder.
Is het ondankbaar werk? Hebben ze het idee dat de dorpen achter hun staan en dat anderen net zo actief zijn? Zorgt zo’n gezamenlijke ‘vijand’ voor een hechte gemeenschap? „De noordelijke rand (de kant het dichtst bij de dijk) van Oudeschip wel, de rest van het dorp minder. Zij hebben andere belangen want ze hebben minder zicht op de Oostpolder”, zegt Meijer. „Maar elke bijeenkomst is goed bezocht, het dorpshuis zit altijd helemaal vol. Onze strijd wordt gedragen, al zal niet iedereen ervan wakker liggen. Maar ik krijg goede reacties vanuit het dorp. En het geeft mij voldoening om op te komen voor de belangen van mijn leefomgeving. Dat doe ik altijd al.”
Reitsma: „Ik kom uit Ridderkerk en ben op mijn 17de naar ‘t Zandt verhuisd met mijn ouders. Ik heb het idee dat het meer in de aard van Groningers ligt om de dingen maar te accepteren. Ik ben echt een vechter en ik geloof erin dat je meer kan bereiken dan je denkt. En ik weet honderd procent zeker dat als dit in het midden van het land was gebeurd, er veel meer protest was geweest.”
Ze worden ook weleens uitgescholden, of ze wordt verweten dat ze tegen duurzame vooruitgang en economische groei zijn. Deze dorpen staan bekend als de plekken die opgeslokt worden door de Eemshaven, dus je had toch kunnen weten dat de rust en ruimte hier niet eeuwig zou zijn? „Dat hoor ik weleens van jongeren uit de stad”, zegt Reitsma. „Ik ben niet tegen vooruitgang, maar hier zijn de lusten en lasten voor inwoners niet goed verdeeld. Er is een grens aan wat een dorp aankan. Vooruitgang is niet altijd meer, niet als het ten koste gaat van ons welzijn.”
Etty Meijer: ,,In dit dorp wonen is deel van identiteit. Dat wil ik niet kwijt." Foto: Anjo de Haan
Natuurlijk zijn er ook nieuwe mensen die helemaal nergens last van hebben. Die wisten precies waar ze aan begonnen toen ze een huis in Oudeschip kochten. „Een gezin uit de stad bijvoorbeeld. Ze wonen hier nu drie maanden en vinden het fantastisch.”
‘Wonen in dit dorp is deel van mijn identiteit’
En zij? Vindt ze het nog leuk om in Oudeschip te wonen? „We moeten het wel leuk houden, want we kunnen geen kant op”, zegt Meijer. „Er is een garantieregeling waarbij we 95 procent van de WOZ-waarde van ons huis zouden kunnen krijgen. Voor die prijs zouden we misschien een schuurtje kunnen kopen in Drenthe of Overijssel. In een stad ga ik natuurlijk niet wonen. Ik heb voor rust en ruimte gekozen, en wonen in dit dorp is deel van mijn identiteit. Dat wil ik niet kwijtraken.”
Ooit schrok ze ‘s nachts wakker. Ze dacht ineens aan de oude klinkers rond haar huis. Die moeten mee, die wil ik niet kwijt, schoot door haar hoofd. Maar het gaat nog wel goed, ja. Meijer: „We blijven hier wonen tot we de dag echt niet meer doorkomen. Totdat we ziek worden van de stress. Pas dan geven we op en gaan we weg.”